Spreekwoorden met `honger`

Zoek

8 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `honger`

  1. al etende krijgt men trek / honger. (=al etende krijgt men steeds meer trek (ook figuurlijk).)
  2. honger als een paard hebben (=veel trek in eten hebben.)
  3. honger is de beste kok/saus (=wanneer men honger heeft, smaakt alles goed)
  4. honger maakt rauwe bonen zoet (=als men honger heeft, smaakt alles)
  5. hongerige luizen bijten scherp (=met de arme mensen heeft men de meeste last)
  6. je mag wel ergens anders honger krijgen, als je thuis maar komt eten. (=een getrouwde man mag wel met knappe meisjes flirten, daar moet het bij blijven.)
  7. zo hongerig als een kerkrat/kerkmuis (=heel hongerig zijn)
  8. zwart van de honger (=uiterst hongerig)

10 betekenissen bevatten `honger`

  1. een spiering is vis als er anders niet is (=als je honger hebt, ben je niet kieskeurig / bij gebrek aan beter)
  2. honger maakt rauwe bonen zoet (=als men honger heeft, smaakt alles)
  3. zo hongerig als een kerkrat/kerkmuis (=heel hongerig zijn)
  4. de beren zien dansen (=honger hebben)
  5. op een houtje bijten (=honger hebben)
  6. een mot in de maag hebben (=honger lijden)
  7. lang vasten is geen brood sparen. (=honger lijden is niet hetzelfde als geld besparen)
  8. mijn maag jeukt (=ik heb honger)
  9. zwart van de honger (=uiterst hongerig)
  10. honger is de beste kok/saus (=wanneer men honger heeft, smaakt alles goed)

50 dialectgezegden bevatten `honger`

  1. 'k zie ze vliegen (=ik heb grote honger) (Meers)
  2. 'k Zien ze vlieg'n. (=ik heb honger) (Maldegems)
  3. 'keun'een pird de rug'uiteet'n. (=Ik heb grote honger) (Zelzaats)
  4. ' k ben skele van d' n oong' r (=ik heb heel veel honger) (Zwevegems)
  5. ' ksoe kun' n un pèèrd de rugge oit eetn, ' k ben skeel van d' n ouwre (=ik heb zeer grote honger) (Waregems)
  6. annen bieër grolt (=darmen rammelen van de honger) (Meers)
  7. ansjovis is vis as d'r aarst nijt is (=honger maakt rauwe bonen zoet) (Huizers)
  8. As em nie crepeert van de paan dan crepeert em van den oenger (=Als hij geen last heeft van pijn dan heeft hij (last van) erge honger) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  9. azje doorrege spek van eur vêrkes wiltj sni-jje, mojje ze um d'n angersten daag honger laote li-jje (=iets slim aanpakke) (Weerts)
  10. bau de brauwer kimp hoef de bekker nie te koëme (=iemand die veel drinkt heeft niet gauw honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. bèir: Aan bèir grolt (=Je darmen rammelen van de honger) (Lebbeeks)
  12. bäökendje keuj en fluitendje vrolli-j douge neet (=als koeien honger lijden en vrouwen lui zijn, komt er ongeluk van) (Weerts)
  13. bäökendje keuj en fluitentje vrolli-j doûge neet (=als koeien honger hebben en vrouwen lui zijn, komt er ongeluk van) (Weerts)
  14. daaj jing fraete de panne van het daok (=die kinderen hebben altijd honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  15. dae geit vanne graot (=hij heeft flinke honger) (Heitsers)
  16. dae haet hónger wie eine heimeier (=hij heeft veel honger) (Heitsers)
  17. dan aet dich mer get veur d'n hònger dae kump!! (=als iemand geen honger heeft wanneer 't etenstijd is) (Steins)
  18. de kons op zën kin kloppe (=je moet honger lijden) (Munsterbilzen - Minsters)
  19. die moet op 'n holtje biet'n (=die moet honger lijden) (Westerkwartiers)
  20. een peird de ru (gg) e oit eten, dood van d' n ouwre zijn (=zeer grote honger hebben) (Waregems)
  21. eten tegen d'n onger da komt (=eten zonder honger te hebben) (Meers)
  22. geen goestink ein (=geen honger (zin) hebben) (Sint-Niklaas)
  23. Hae môt op zien doême fluite (=Hij moet honger lijden) (Weerts)
  24. Hedde gullie honger (=Hebben jullie honger?) (Bosch)
  25. hoen honger hebbie (=hoeveel honger heb je) (Hendrik-Ido-Ambachts)
  26. hoenger mok roo baune ziet (=als je honger hebt, lust je alles) (Munsterbilzen - Minsters)
  27. hol weezen tot aan zien / heur hakken (=honger hebben) (Gronings)
  28. honger dè' t mauwt (=veel honger) (Berlicums)
  29. honger moakt rauwe boon'n zoet (=in tijden van nood smaakt alles lekker) (Westerkwartiers)
  30. honger mokt rauwe boon' n zoet (=een hongerig iemand lust alles) (Westerkwartiers)
  31. ich bèn stijf van den hoengër (=ik rammel van de honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  32. ich hën staajven hoengër (=ik heb stevige honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  33. ich stik (val kepot) van den dos en hoenger (=ik heb geweldige dorst en honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  34. iech stik vaan d'n appetiet (=ik heb erg honger) (Mestreechs)
  35. iemëd de aure van de kop fraetë (=veel eten, grote honger hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
  36. ik bin giesum (=flauw van de honger) (Lutters)
  37. Ik heb hongu- vreet je je kop maar op ken je buikspreken (=Ik heb honger - we gaan over een (tijd) eten….) (Utrechts)
  38. Ik hem honger dè ut goerst (=Ik heb grote honger) (Lommels)
  39. Ik het honger als een peerd (=Ik heb honger) (Spakenburgs)
  40. ik zol wel 'n heul zwien luzz'n (=als men een enorme honger heeft :) (Westerkwartiers)
  41. is hol tot aan zien hakken (=heeft honger) (Gronings)
  42. je zie ze vliegn (=hij heeft grote honger) (Kortemarks)
  43. k' é ' onger (=Ik heb honger) (Ronsisch)
  44. keen oengre lik e peîrd, mne beîr grolt (=ik heb honger) (Kortemarks)
  45. kein oenger lik euh peird (=ik heb grote honger) (Roeselaars)
  46. kfal oemvaar vanden oenger (=Ik heb honger) (Antwerps)
  47. Kval oemvaar van den oenger (=Ik heb grote honger) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  48. m¨ne bauk roddëlt (=ik heb honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  49. maainen beir grolt (=ik heb honger) (tervurens)
  50. Maane bèèr grolt (=Ik heb honger) (diesters)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen