splitsen
werkw.
in stukken verdelen | Voorbeeld: | `Dit grote huis is gesplitst in vier appartementen.` | |
Synoniemen
afscheiden afsplitsen afzonderen breken delen klieven kloven loskoppelen onderverdelen opdelen opsplitsen scheiden separeren splijten uit elkaar halen uiteengaan uiteenhalen uiteensplijten uitsplitsen 15 definities op Encyclo
- (Amsterdams) toestoppen, meestal tegen iemands' wil in ('in de maag gesplitst')
- •"zich ~": in twee of meer delen uiteen gaan •"iets ~": in twee of meer delen opdelen •tweede betekenisomschrijving. •enz.
- ze niet samen laten blijven vb: de groep werd in tweeën gesplitst Synoniem: scheiden Tegenstelling: verenigen in delen uiteen gaan vb: de weg splitst zich hier in twee wegen Synoniemen: scheiden vertakken Tegenstelling: verenigen
- 1) Scheuren 2) Separeren 3) Uiteenhalen 4) Uiteengaan 5) Ontleden 6) Vertakken 7) Onderverdelen 8) Verdelen 9) Verbing tussen twee touwen of kabels 10) Vaneengaan 11) Smaldelen 12) Opsplitsen 13) Doorhakken 14) Oplossen 15) Opdelen 16) Splijten 17) Loskoppelen 18) Desintegreren 19) Ieder zijn deel geven
- 1> het maken van een splits. [ Uitdrukkingen e.d. ] Gerelateerde termen: splitshoorn, splitsnaald, splitsijzer, marlspijker, marlpriem, fit, kleedspaan, kleedkuil, draaier. 2> een lading bestemd voor een groter schip in twee delen verdelen, opdat deze in twee schepen vervoerd kan worden. Zie verder bij splits...
Toon uitgebreidere definitiesDeze woorden eindigen op splitsen:
•
afsplitsen•
opsplitsen•
uitsplitsenHerkomst volgens etymologiebank.nl
splitsen = splitten (verdelen)Taaladvies
- Schrijf je splijten met ei of ij? Zie splijten / spleiten
- Schrijf je beitel met ei of ij? Zie beitel / bijtel
Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van splitsen?
De verleden tijd van splitsen is 'splitste'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gesplitst'.
Wat betekent splitsen?
'in stukken verdelen'
Hoe spel je splitsen?
splitsen spel je S P L I T S E N
Wat is een ander woord voor splitsen?
Andere woorden voor splitsen zijn afscheiden, afsplitsen, afzonderen, breken, delen, klieven, kloven, loskoppelen, onderverdelen, opdelen, opsplitsen, scheiden, separeren, splijten, uit elkaar halen, uiteengaan, uiteenhalen, uiteensplijten en uitsplitsen.Op andere websites
Zoek
splitsen op Woordenlijst.org
Zoek
splitsen op Google
Zoek
splitsen op Wikipedia