Spreekwoorden met `dicht`

Zoek

13 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `dicht`

  1. dát doet de deur dicht (=dat wordt niet geaccepteerd)
  2. de handen dicht mogen knijpen (=van geluk mogen spreken)
  3. de kraan dichtdraaien (=de (financiële) hulp sterk verminderen of stopzetten)
  4. de Paus van dichtbij zien. (=dronken zijn)
  5. een oogje dichtdrukken/toeknijpen/luiken (=niet optreden tegen iets wat eigenlijk niet mag. Iets gedogen)
  6. je handen dichtknijpen (=erg veel geluk hebben)
  7. ketters wonen het dichtst bij de paus (=de beste vrienden van een machtig man zijn vaak zijn grootste vijanden)
  8. menen ligt dicht bij Kortrijk (maar verre van Waregem) (=iets menen is niet genoeg; je moet er zeker van zijn.)
  9. platvis eet je met de ramen open en rondvis met de ramen dicht (=m.a.w. platvis is een zomervis en rondvis is in de winter op z`n best)
  10. poppetje gezien kastje dicht (=we laten het even zien, maar daarna is het voorbij)
  11. wie het dichtst bij het vuur zit, warmt zich het meest (=als je ergens nauw bij betrokken bent, geniet je het meeste voordeel ervan)
  12. zo dicht als een pot zijn (=goed kunnen zwijgen/geheimen bewaren)
  13. zo dicht als een zeef. (=spottend gezegd van iets met veel zwakke plekken)

9 betekenissen bevatten `dicht`

  1. onder de wal zijn (=dicht bij de wal zijn)
  2. op een kluitje (=dicht bij elkaar)
  3. op je Pegasus stijgen (=een gedicht schrijven)
  4. uit de hengstebron gedronken hebben (=erg veel gedichten schrijven)
  5. het is er haardje bij schuurtje (=het is er klein, dicht op elkaar)
  6. ik zoek het paard, maar ik zit erop. (=iets zoeken waar je heel dichtbij bent)
  7. als sardientjes in een blik (=stijf boven op elkaar; dicht opeen)
  8. als haringen in een ton zitten (=zich erg dicht op elkaar bevinden)
  9. geen hand voor ogen zien (=zich in totale duisternis (of dichte mist) bevinden)

50 dialectgezegden bevatten `dicht`

  1. 't geet roar tou boe geen dier oan ès (=het gaat raar dicht waar geen deur aan is.) (Genker)
  2. Aggij nou nie oew bakkus houwt, dan slao ik um subbiet meepussaant dicht (=als jij nu niet je mond houd sla ik hem zo direct dicht) (Tilburgs)
  3. assët vries èn zën sjoen, hëbste geen stattële vandoen (=slechte schoenen kunnen de koude niet tegenhouden, zelfs niet door ze goed dicht te binden) (Munsterbilzen - Minsters)
  4. d´r stoef bij laans (=er dicht bij langs) (Westerkwartiers)
  5. Daar klapt toch echt m'n mossel van dicht (=Daar word ik niet echt warm of koud van..) (Brabants )
  6. dat deit de deur tow (=dat doet de deur dicht) (Mestreechs)
  7. dat doot de dure, deure too (=dat doet de deur dicht) (Twents)
  8. de brug is dicht (=de brug is open) (Leewarders)
  9. de deur prompt (=de deur gaat moeilijk open en dicht) (Sint-Niklaas)
  10. de deure toedoen (=de deur dicht doen) (Waregems)
  11. De EL komt erûit doe de déjr dicht want de EL komt er in. (=Er komt erg koude lucht naar binnen. Doe de deur dicht, t wordt erg koud hier) (Volendams)
  12. de knabbels mèt zen heil gezich (=knabbel langzaam en met je mond dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  13. de latste koe doet portje toe (=de laatste doet de deur dicht) (Kortemarks)
  14. De leste koe dot 't ekke toe (=Wie het laatst de deur uit gaat, die doet hem dicht) (Giethoorns)
  15. De leste koe dot 't ekke toe (=Wie het laatst de deur uit gaat die doet de deur dicht) (Giethoorns)
  16. de zies wo daste geaete hëbs (=houd je mond tenminste wat dicht als je gaapt) (Munsterbilzen - Minsters)
  17. déja és gewoewen van no de mès te goan (=dat is iemand die de deur niet achter zich dicht trekt (verwijzend naar de kerkdeur die automatisch sluit)) (Tiens)
  18. den keutel dicht bij 't hart hèbbe (=Angstig zijn) (Genneps)
  19. Deure dich! Wie'j stokkert hier nich veur heel Hengel, Doo de deur too, plaank int gat (=Doe de deur dicht) (Twents)
  20. deure toe! (=deur dicht !) (Waregems)
  21. dië goa noar korniesj da ligt dicht tege de panne (=iemand die niet op reis gaat) (Antwerps)
  22. Doch, t breer mer toew angesch kumet peard oe, et. (=Doe het hek dicht voor het paard.) (Nuths)
  23. doet dei deur tow (=doe de deur dicht) (Heusdens)
  24. Doet het schaap toeu (=Doe de kast dicht) (Hasselts)
  25. doet te plank ènt koet (=doe de deur dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  26. Doot de plank in 't gaat (=Doe de deur dicht) (Venloos)
  27. doot de plank in ‘t gaat (=doe de deur dicht) (Heitsers)
  28. Dronge (=dicht gewas) (Hierdens)
  29. e geheem bewaorstet beste dür geheem te haate datter e geheem és (=mondje dicht en snaveltje toe) (Bilzers)
  30. e maske teige zaën gilei trekke (=dicht tegen een meisje aan dansen) (winksels)
  31. effe ut lucht dicht gooien (=ramen dicht doen) (westlands)
  32. gaui die plank is in dat gat (=doe die deur eens dicht) (Haags)
  33. Goei schoap weie nie dicht bei hois (=Verkering ver van huis hebben) (Astens)
  34. gooitie plank is in da gat (=doe de deur eens dicht) (Graauws)
  35. haach zënën tetter en zwijg (=mond dicht !) (Munsterbilzen - Minsters)
  36. haag zën lëlëke sneddër mér (=houd die lelijke mond van u maar eens dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  37. haat em dicht of bakkes toe (=zwijg nu toch eens!) (Geels)
  38. haat ze bakkes (tau) (=mond dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  39. haat zën graute snedder mér get (=hou je grote mond maar wat dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  40. Haat zen snedder (=Mond dicht) (Bilzers)
  41. haat zënë baviô ! (=mond dicht !) (Munsterbilzen - Minsters)
  42. haat zene bêk (=mondje dicht) (Bilzers)
  43. haat zëne bémmël (=mond dicht) (Munsterbilzen - Minsters)
  44. hauw oew bakkes dich (=houd je mond dicht) (Geldermalsens)
  45. hauwt oew klep dicht (=hou je mond) (Kaatsheuvels)
  46. hè nêep un ugske toe (=hij deed een oogje dicht) (Tilburgs)
  47. hij is zo dicht as 'n pot (=hij vertelt echt niets) (Westerkwartiers)
  48. hij ken de lipp'm goed dicht holl'n (=hij kan zwijgen als het graf) (Westerkwartiers)
  49. hij ston d'r op 'e neus en oor'n bij (=hij stond er heel dicht bij) (Westerkwartiers)
  50. Hou ouwe bekkis dicht (=hou je mond eens) (Bosch)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen