36 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `brengen`
- aan de man brengen/helpen (=verkopen)
- aan het licht brengen (=bekend maken (bijz. van ongunstige dingen))
- aan het verstand brengen (=duidelijk maken)
- al moesten de kraaien het uitbrengen (=ooit wordt de zaak bekend)
- al zouden de raven het uitbrengen (=ooit wordt de zaak bekend)
- alles komt uit al moesten de kraaien het uitbrengen (=de waarheid komt altijd uit)
- de bal aan het rollen brengen (=de aanzet geven)
- de kraaien zullen het uitbrengen (=de waarheid zal aan het licht komen)
- de raven zullen het uitbrengen (=de waarheid komt hoe dan ook aan het licht)
- geen tien paarden brengen me daar naar toe. (=in geen geval ga ik daar naar toe)
- geen zoden aan de dijk brengen/zetten (=niets bijdragen tot)
- iemand van zijn stuk brengen (=iemand onzeker maken)
- iets aan de man brengen (=iets verkopen)
- iets aan het licht brengen (=iets bekend maken wat verborgen is)
- iets niet met zijn geweten overeen kunnen brengen (=iets niet kunnen doen omdat men het niet goed vindt)
- iets op het tapijt brengen (=over een onderwerp beginnen (te praten))
- iets te berde brengen (=een voorstel doen; iets ter sprake brengen)
- iets ter tafel brengen (=voorstellen om iets te bespreken)
- iets voor het voetlicht brengen (=iets onder de aandacht brengen)
- in de aanslag brengen (=gereedmaken)
- in diskrediet brengen (=de goede naam aantasten)
- je eieren goed naar de markt brengen (=met een rijke vrouw getrouwd zijn)
- je huid zelf ter markt brengen (=zichzelf verdedigen)
- je klompen wegbrengen/wegzetten (=naar huis gaan/sterven)
- leven in de brouwerij brengen (=waar het rustig is activiteit, vrolijkheid of drukte inbrengen)
- morgen brengen (=dat geloof je toch zelf niet! dat doe ik beslist niet!)
- niets dan lege briefjes hebben in te brengen (=voorstellen waarvan je vooraf al weet dat deze toch niet bekeken worden)
- om hals brengen (=iemand doden)
- om zeep brengen/helpen/zijn (=doden/mislukken)
- onder het juk brengen (=onderwerpen)
- onder het oog brengen (=doen opmerken)
- onder ogen brengen (=onder de aandacht brengen)
- onder zijn scepter brengen (=ondergeschikt maken)
- scherven brengen geluk. (=dit zeg je om iemand zich minder schuldig te laten voelen)
- tot de bedelstaf/bedelzak brengen (=alle aardse bezittingen ontnemen)
- uilen naar Athene brengen. (=onzinnig werk (er zijn al wijzen=uilen genoeg in Athene))
34 betekenissen bevatten `brengen`
- eén rotte appel in de mand, maakt al het gave fruit te schand (=als één persoon uit een groep zich misdraagt, wordt de hele groep erop aangekeken. / Een negatieve beïnvloeding van één persoon kan vele anderen op het slechte pad brengen.)
- daar moet de schoorsteen van roken (=dat moet de inkomsten voortbrengen. Daar moeten we van bestaan)
- daar kun je ketelaar van blijven (=dat zal niets opbrengen)
- een zaak/kwestie aankaarten (=een onderwerp ter discussie brengen)
- nood doet zelfs oude vrouwen rennen (=een onverwachte situatie kan verrassende kwaliteiten naar boven brengen (vergelijkbaar met `angst geeft vleugels`))
- iets te berde brengen (=een voorstel doen; iets ter sprake brengen)
- het ijs breken / het ijs is gebroken (=een vriendelijk gesprek op gang brengen na een kil begin)
- er een plasje overheen doen (=ergens een kleine wijziging in aan (laten) brengen, dat wel duidelijk laat zien dat de afzender iemand van belang is)
- rapen en schrapen (=geld bijeenbrengen)
- gestolen goed gedijt niet (=gestolen zaken brengen nooit voordeel)
- je laatste troef uitspelen (=het laatste wat iemand achter de hand had naar buiten brengen)
- het onder de pet houden (=het niet in de openbaarheid brengen)
- het klopt als een zwerende vinger (=het past goed; het is logisch; het is volkomen juist; er is niets tegen in te brengen. (Equivalent aan: het sluit als een bus.))
- iemand de rekening presenteren (=iemand de kosten ten laste brengen (ook figuurlijk))
- iemand met de neus op de feiten drukken (=iemand iets zó onder de aandacht brengen, dat hij het niet langer kan negeren)
- het iemand warm maken (=iemand in moeilijkheden brengen)
- de strop om de hals doen (=iemand in uiterste problemen brengen)
- de kat bij de melk zetten (=iemand in verleiding brengen)
- de kat bij het spek zetten (=iemand in verleiding brengen)
- voor het blok zetten (=iemand onverwacht in een lastige positie brengen; bijvoorbeeld iemand dwingen te reageren die dat eigenlijk niet wil, of iemand dwingen een keuze te maken.<>)
- iemand het land opjagen (=iemand uit zijn humeur brengen)
- iemand de mond snoeren (=iemand verbieden iets te zeggen / tot zwijgen brengen)
- iemand uit het zadel werpen (=iemand wegwerken, iemand in verlegenheid brengen)
- iets voor het voetlicht brengen (=iets onder de aandacht brengen)
- een goed pad krom loopt niet om. (=je kunt beter geen onnodige veranderingen aanbrengen)
- een nul in het cijfer zijn (=niets in te brengen hebben)
- onder ogen brengen (=onder de aandacht brengen)
- de noppen van de kleren houden (=onkosten met zich meebrengen)
- in de plooi zetten (=op orde brengen)
- de oude Adam afleggen. (=slechte gewoonten of gedrag achterlaten om positieve veranderingen aan te brengen.)
- van twaalf ambachten en dertien ongelukken zijn (=telkens ander werk doen maar er bij geen van allen iets terecht brengen)
- de mond snoeren (=tot zwijgen brengen)
- leven in de brouwerij brengen (=waar het rustig is activiteit, vrolijkheid of drukte inbrengen)
- de pen is machtiger dan het zwaard (=woorden kunnen meer teweeg brengen dan wapens)
50 dialectgezegden bevatten `brengen`
- `Zo kunde ennen hoeëp stroont nog lekker maken.` (=Als je vindt dat een kok wel erg veel ingrediënten nodig heeft om iets op smaak te brengen zegt men) (Wells)
- ' t katje bie de melk zetten (=in verleiding brengen) (Veurns)
- a ge zoe-se toch wew ne schup geevn (=ze brengen er niets van terrecht) (Kaprijks)
- arezeern / arañ'zérne (=in orde brengen) (Oudenaards)
- arrozjiëre (=in orde brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- astij ein zijne kop hé, eent hij oak nie in tholleken van zijn gat (=hij is niet van een bepaald plan af te brengen) (Wetters)
- Binne nen boëte wippe (=Snel een bezoek brengen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- dae heet zien erte oet (=iemand die niets meer heeft in te brengen) (Weerts)
- de hëbs haaj niks te koekke (=je hebt hier niets in te brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kat de bel aon bènne (=de bal aan het rollen brengen) (Bilzers)
- de kat opt spek binne (=in verleiding brengen) (Opglabbeeks)
- de stroutn afdwoële me iet / leurn (=rondgaan in de straten om iets aan de man te brengen) (Moorsel)
- diejen beker oalde gij (=daar is niets tegen in te brengen) (Oudenbosch)
- eeme op glaad iês lei-je (=iemand anders in de problemen brengen) (Weerts)
- één 'n jobstieding breng'n (=iemand slecht nieuws brengen) (Westerkwartiers)
- èen de bak èsset aete graotes (=een restaurant voor het gerecht brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- één de mond snoer' n (=iemand tot zwijgen brengen) (Westerkwartiers)
- een pan' ieët woadre opzedn (=water aan de kook brengen) (Kaprijks)
- emus an ziên engd brengen (=iemand verzorgen tot aan de dood) (Sevenums)
- es het nemes wet dan brengen het de kreije uut (=Als het niemand weet brengen het de kraaien uit) (Opglabbeeks)
- ff opgooien (=even langs brengen) (Benschops)
- Ge zoggut mar ies vur du' n blakke moete brengen (=Je zou het maar eens duidelijk moeten maken) (Kaatsheuvels)
- gein zeik blom rake (=er niets van terecht brengen) (Mestreechs)
- genen puit te biechten hebben (=niets in te brengen hebben) (Graauws)
- Hee slöp ächteran (=Hij heeft niets in te brengen (in huwelijk) ) (Epers)
- hij het 'n kop woar d'r noar leeft (=hij laat zich niet van de wijs brengen) (Westerkwartiers)
- hij het nog genog ien zien eig'n tuun te wied'n (=laat hem eerst maar zijn eigen zaakje op orde brengen) (Westerkwartiers)
- hij het ok 'n stem ien 't kapittel (=hij heeft ook wel iets in te brengen) (Westerkwartiers)
- hij zit tuus onner de pantovvel (=hij heeft thuis niets in te brengen) (Westerkwartiers)
- huis ter mop brengen (=ieder huis krant, folders e.d.) (Hardinxvelds)
- iemand naar Huisduinen brengen (=iemand begraven) (Helders)
- iemand uet zeun hengsels hoale (=iemand in de war brengen) (Arendonks)
- iemëd allërmieërë (=iemand verwittigen, op de hoogte brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemëd van den taun aofbringe (=iemand uit zijn gewone bedoening brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemed van zënen apropo bringe (=iemand in de war brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemes d'r kop verdrieëne (=iemand aan het twijfelen brengen) (Sjeeter plat)
- je gao gièèn oîge toppn scheîrn (=hij zal het niet ver brengen) (Kortemarks)
- kloesjkes bijieên gieten (=restjes bijeen brengen) (Meers)
- maug ich tèssëdoër ook ës ë wiëdsje plassiëre (=heb ik ook nog wat in te brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- met de vinger noawiez'n (=iemand in een kwaad daglicht brengen) (Westerkwartiers)
- Met ein vorkèt schriève (=Te veel in rekening brengen) (Venloos)
- Moet ik ouw dalik nor Venroy brengen (=Als je een beetje raar of té lollig doet) (Oeffelts)
- Mot ik oow na Venroi brenge (=Moet ik je naar het gekkenhuis brengen) (Horster)
- n mal figuur slon (=het er slecht vanaf brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- nie klaoge mér draoge (=klagen en zagen brengen niets op) (Munsterbilzen - Minsters)
- nije bezzems veeg'n schoon (=nieuwe bazen brengen alles op orde) (Westerkwartiers)
- on de graute klok hange (=in de openbaarheid brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
- onder de slof zitten (=niets in te brengen hebben) (Graauws)
- tinnës niks te koekke hëbbe (=thuis niets in te brengen hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
- Tör niks van bakke (=Er niets van kunnen / terrecht brengen) (Stals)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen