vastbinden

werkw.
Uitspraak:  [ˈvɑs(t)bɪndə(n)]
Afbreekpatroon:  vast·bin·den
Vervoegingen:  bond vast (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft vastgebonden (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

vastmaken met touw
Voorbeeld:  `De ontvoerders hadden hem vastgebonden aan een verwarmingsbuis.`


Synoniemen
aanleggen   aanmeren   afmeren   bevestigen   binden   boeien   ketenen   knevelen   knopen   meren   sjorren   strikken   vastleggen   vastmaken   vastmeren   vastsjorren   vastzetten   verbinden   verzekeren   

4 definities op Encyclo
  • •ketenen, bevestigen met veter of touw. (+audio)
  • er zo omheen doen dat het vast zit vb: ze hebben zijn handen vastgebonden Synoniem: knopen
  • 1) Aanleggen 2) Vastmeren 3) Opbinden 4) Aansjorren 5) Aanmeren 6) Vastzetten 7) Aangorden 8) Aaneenboeien 9) Aanbinden 10) Aan banden leggen 11) Knopen 12) Vastsjorren 13) Vaststrikken 14) Boeien 15) Knevelen 16) Bevestigen 17) Tuien 18) Reien 19) Knechten 20) Repen 21) Samenbinden 22) Ketenen 23) Afmeren
  • Vastbinden wil zeggen iemand stevig vastmaken zodat deze zich niet meer kan verroeren, knevelen. [basiswoordenlijst groep 3]
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van vastbinden?
De verleden tijd van vastbinden is 'bond vast'. Het voltooid deelwoord is 'heeft vastgebonden'.
Wat betekent vastbinden?
'vastmaken met touw'
Hoe spel je vastbinden?
vastbinden spel je V A S T B I N D E N
Wat is een ander woord voor vastbinden?
Andere woorden voor vastbinden zijn aanleggen, aanmeren, afmeren, bevestigen, binden, boeien, ketenen, knevelen, knopen, meren, sjorren, strikken, vastleggen, vastmaken, vastmeren, vastsjorren, vastzetten, verbinden en verzekeren.

Op andere websites
Zoek vastbinden op Woordenlijst.org
Zoek vastbinden op Google
Zoek vastbinden op Wikipedia