Eén spreekwoord bevat `helemaal`
- helemaal van slag zijn (=in de war zijn)
51 betekenissen bevatten `helemaal`
- van de ratten besnuffeld/gebeten zijn (=ben je nu helemaal gek!)
- beter een half ei dan een lege dop (=beter iets dan helemaal niets)
- mijn verstand staat er bij stil (=dat begrijp ik helemaal niet)
- dat is geen punt. / Daar maken we geen punt van (=dat is geen probleem. / Dat is helemaal geen argument)
- dat is een ver-van-mijn-bedshow (=dat is iets waar ik me helemaal niet mee bezighoud; dat is iets dat op grote afstand van hier gebeurt)
- dat past als een vuist in een oog (=dat past helemaal niet)
- het heen en weer krijgen (=diarree krijgen - vooral gezegd van iets dat helemaal niet bevalt)
- er geen tittel of jota van afweten (=er helemaal geen kennis van hebben)
- van Teeuwes nog Meeuwes weten (=ergens van helemaal geen verstand hebben)
- tabula rasa maken (=geheel herbeginnen - de boel helemaal opruimen)
- moederziel alleen (zijn) (=helemaal alleen (zijn))
- op een strowis komen aandrijven (=helemaal berooid en arm ergens komen)
- zo zat als een deur (=helemaal bezopen zijn)
- van de kook zijn (=helemaal in de war zijn)
- er zonder kleerscheuren afkomen (=helemaal niets mankeren na een ongeluk)
- zwijgen als het graf (=helemaal niets zeggen en/of totaal niets over iets vertellen)
- zwijgen in alle talen (=helemaal niets zeggen, niets van zich laten horen)
- kruit noch lood hebben (=helemaal ongewapend zijn)
- uit het veld geslagen zijn (=helemaal van streek zijn)
- averechts uitpakken (=helemaal verkeerd aflopen. Tegengesteld uitpakken)
- tot op de draad versleten (=helemaal versleten)
- op en top (=helemaal, tot in de puntjes)
- het loopt in`t honderd (=het gaat helemaal mis)
- zo klaar als een klontje voor iemand zijn (=het helemaal begrijpen)
- het is volle bak (=het is helemaal uitverkocht; er zijn heel veel mensen)
- er zit een luchtje aan (=het is niet juist, het klopt niet helemaal)
- er lak aan hebben (=het zich helemaal niet aantrekken)
- het scheelt hem onder de muts. (=hij is niet helemaal goed wijs)
- er zit een schroefje bij hem los (=hij is niet helemaal goed wijs)
- iemand op het verkeerde been zetten (=iemand ergens een verkeerde indruk van geven, waardoor hij of zij iets gaat denken wat helemaal niet klopt)
- in zijn zak hebben (=iemand goed kennen, iets helemaal begrijpen, iets voor elkaar hebben)
- iemand wel achter het behang kunnen plakken (=iemand heel vervelend vinden, waardoor je het liefst even helemaal niets meer met hem of haar te maken zou willen hebben)
- iemand laten barsten (=iemand helemaal niet helpen, aan zijn lot overlaten)
- iemand de brokken in de mond tellen (=iemand iets helemaal niet gunnen)
- iemand van haver tot gort kennen (=iemands persoonlijkheid helemaal kennen)
- bijna is nog niet half en een koe is nog geen kalf (=iets bijna hebben is hetzelfde als iets helemaal niet hebben)
- er je eigen plasje overheen doen (=iets een beetje veranderen zodat helemaal naar je zin is. In werksituaties kan dit soms uit de hand lopen, als er veel belanghebbers zijn die allemaal hun eigen plasje over een document willen doen. Het kan dan resulteren in een onleesbare tekst.)
- tot moes slaan (=iets helemaal kapot slaan)
- in geen velden of wegen te zien zijn (=iets is helemaal nergens te vinden)
- iets met een korreltje zout nemen (=iets niet helemaal voor waarheid aannemen)
- iets soldaat maken (=iets openmaken en helemaal opeten)
- je als een vis in het water voelen (=je helemaal op je plaats voelen)
- beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald (=je kan beter iets voortijdig stoppen dan doorgaan tot het helemaal verkeerd gaat)
- de melk optrekken (=je woord terugnemen, je belofte niet helemaal vervullen)
- beter één vogel in de hand dan tien in de lucht (=liever een beetje dan helemaal niets / kleine concrete resultaten zijn beter dan grootse plannen)
- niet zuiver op de graat (=niet helemaal eerlijk)
- de man wel, maar het paard niet (=niet helemaal eerlijk zijn)
- iets onder de leden hebben (=niet helemaal gezond zijn)
- scoren alsof het warme broodjes zijn (=scoren alsof het helemaal niets is)
- op je hoede (of qui-vive) zijn (=voorzichtig zijn omdat het niet helemaal vertrouwd wordt)
50 dialectgezegden bevatten `helemaal`
- `kben helemaal in de bonen (=ik ben een beetje in de war.) (Westlands)
- ´t ken me gien spier schill´n (=het interesseert mij helemaal niets) (Westerkwartiers)
- 'k bè ('k zî) vervrozen (=ik ben helemaal verstijfd van de kou) (Sint-Niklaas)
- 'k bè zoe nat as ne messink; 'k bè kleddernat (=ik ben helemaal nat van de regen) (Sint-Niklaas)
- 'k ben stenzat (=ik zit helemaal vol) (Westerkwartiers)
- 'k Bin sloerderig in 'n balg. (=ik voel me niet helemaal fit.) (Vechtdals)
- 'k zien mor un olven (=ik voel mij niet helemaal fit) (Brugs)
- 't Aete waor gans verzawweld (=Het eten was helemaal afgekoeld en smakeloos geworden) (Gelaens (Geleens))
- 't es de steukke vanien (=Het is helemaal kapot) (Walshoutems)
- 't ès èr mojer gesketen (='t is helemaal haar moeder) (Meers)
- 't ès grat èr mojer (='t is helemaal haar moeder) (Meers)
- 't es za voeër gedrojd en geskeet'n (=het is helemaal zijn vader) (Ninoofs)
- 't est er boef op (=het is helemaal raak) (Wichels)
- 't foetert oe gin kant'n (=het werkt helemaal niet) (Wevelgems)
- 't glas is geelegans kapot (=het glas is helemaal kapot) (Sint-Niklaas)
- 't het niks om 't lief (=het stelt helemaal niets voor) (Westerkwartiers)
- 't is êm gescheedn in gespooën (=hij lijkt helemaal op hem) (Kaprijks)
- 't is groag of troag (='t is graag of helemaal niet) (Westerkwartiers)
- 't is moar e schorte grooët (='t is helemaal niet groot) (Veurns)
- 't is ten gescheten en gekakt (=hij lijkt er helemaal op) (Veurns)
- 't is zien voader heskeet'n en hespooh'n (=hij is helemaal zijn vader) (Izegems)
- 't kan me ginnen bal skillen (=ik trek het mij helemaal niet aan) (Meers)
- 't moakt mij gien mieter uut (=het maakt mij helemaal niks uit) (Westerkwartiers)
- 't ston doar heuln'daol op stelt'n (='t was daar helemaal in rep en roer) (Westerkwartiers)
- 't was doar wat sudereg (=het was daar niet helemaal schoon) (Westerkwartiers)
- 't wordt me groen en geel veur d' oog'n (=ik begrijp er helemaal niets meer van) (Westerkwartiers)
- ‘k moen’tj gieëlegaus émmen (=ik moet het helemaal hebben) (Meers)
- ‘t is ‘t er grad af (=het is er helemaal af) (Kaprijks)
- ’t Es beedre ien luis in de panne dan gien vet! (=Beter iets klein dan helemaal niets.) (Evergems)
- ' k ben wat vremd ien de huud (=ik voel me niet helemaal lekker) (Westerkwartiers)
- A'j de koe niet kende, zo'j nie:t wette, woor 't kalf vandaan kump (=kinderen die helemaal niet op hun ouders lijken) (Barghs)
- Aa ei gieëne platte praas gereeë (=Hij heeft helemaal geen prijs gereden (wielrennen) ) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa lei straak (=Hij is helemaal uitgeput) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa wet van toete of blauze (=Hij weet er helemaal niets van) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- aij haf gênen asum! (=hij reageerde helemaal niet.) (Hulsters (NL))
- Aij reettum nohal! (=Hij was helemaal van zijn stuk gebracht) (Hulsters (NL))
- as ich mëne mond rier, zitste al op mich (=ik heb hier helemaal niets te zeggen !) (Munsterbilzen - Minsters)
- as ich tich wor, loeët ich niks doër aste prësessë (=in jou plaats zou ik helemaal niets laten passeren) (Munsterbilzen - Minsters)
- as Poeësen en Pinkstëre op dezelfden daog valle (=dat kan helemaal niet) (Munsterbilzen - Minsters)
- autgesnië z'ne pa; den aaë gekots ên gesjiëte (=helemaal zijn vader) (Bilzers)
- baeter ein loes inne pot, as gein vèt (=beter een beetje dan helemaal niets) (Heitsers)
- bajoe bajee (=ik ben het er helemaal mee eens) (Tielts)
- Beeje helemaal van de pot gepleurt! (=Ben je nou helemaal bedonderd!!) (westlands)
- begiejn vaveurn' aaf on (=helemaal herbeginnen) (Brakels)
- Bekant is nog niet half (=Bijna is niet helemaal) (Boskoops)
- Bëlangë nie! (=helemaal niet!) (Mechels (BE))
- ben de helemaal betoeterd (=Ben je gek) (Nieuw-vossemeers)
- Ben de nouw 'n aartje betoeterd (=Ben je nou helemaal gek geworden) (Bredaas)
- Bén je haartje besodemietert... ?! (=Ben je nou helemaal gek geworden?!) (Rotterdams)
- Ben je helemaal belatafeld? (=Ben je helemaal bedonderd?) (Amsterdams)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen