Spreekwoorden met `laats`

Zoek

22 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `laats`

  1. de juiste man op de juiste plaats zijn (=zeer geschikt zijn voor het werk)
  2. de laatste der Mohikanen zijn (=de laatste zijn die nog ergens in gelooft)
  3. de laatste hand aan iets leggen (=iets afmaken/voltooien)
  4. de laatste loodjes wegen het zwaarst (=het afwerken is vaak het lastigst)
  5. de rechte man op de rechte plaats (=de juiste man voor de juiste taak)
  6. de snoeren zijn mij in lieflijke plaatsen gevallen (=ik ben op goede plaatsen beland)
  7. een vraagteken plaatsen achter (=in twijfel trekken)
  8. elk zijn meug, zei de boer en hij at paardenkeutels in plaats van vijgen. (=boeren zijn koppige mensen die hun eigen zin doen)
  9. het hart op de goede plaats hebben (=een oprecht en menslievend karakter hebben)
  10. het hart op de rechte plaats hebben (=eerlijk zijn)
  11. het laatste hemd heeft geen zakken (=je kunt niets meenemen als je dood gaat (laatste hemd = doodshemd))
  12. het laatste woord willen hebben (=de baas willen zijn)
  13. in zijn laatste schoenen lopen (=het einde naderen - erg ziek zijn)
  14. je laatste adem uitblazen (=sterven, doodgaan)
  15. je laatste hemd aan hebben (=je hebt iets fout gedaan en er zal wat voor je zwaaien)
  16. je laatste troef uitspelen (=het laatste wat iemand achter de hand had naar buiten brengen)
  17. kijken alsof hij zijn laatste oortje versnoept heeft (=heel ongelukkig kijken)
  18. op je laatste benen lopen (=bijna niet meer kunnen van vermoeidheid)
  19. opgestaan is plaats vergaan (=als je even wegloopt kan iemand anders op je stoel gaan zitten)
  20. pas op de plaats maken (=geen voortgang maken. Geen groei of ontwikkeling doormaken)
  21. tussen beurs en geweten geplaatst zijn (=een financieel goede - maar misdadige - zaak kunnen doen)
  22. wie het laatst lacht, lacht het best (=pas aan het einde kan je zien we gewonnen heeft)

39 betekenissen bevatten `laats`

  1. de lijdensbeker tot de bodem ledigen (=al het slechte, tot het laatste toe, over zich heen krijgen)
  2. alles over de vloer halen (=alles verplaatsen)
  3. als je geschoren wordt, moet je stilzitten (=als er scherpe kritiek op je is (je wordt geschoren), kun je beter rustig wachten tot het voorbij is, in plaats van erop in te gaan)
  4. het hinkende paard komt achteraan (=de grootste problemen houdt men voor het laatst)
  5. de laatste der Mohikanen zijn (=de laatste zijn die nog ergens in gelooft)
  6. het land van belofte (=de plaats waar het goed toeven is)
  7. van de wal in de sloot (helpen) (=de situatie verergeren in plaats van verbeteren)
  8. de draad oppakken (=doorgaan van de plaats waar je was gestopt)
  9. iemand de wacht aanzeggen (=een laatste waarschuwing geven)
  10. met de rug tegen de muur staan (=geen kant op kunnen, hooguit een laatste uitweg)
  11. het grondsop is voor de goddelozen (=gezegd van iemand die het laatste restje uitdrinkt)
  12. je laatste troef uitspelen (=het laatste wat iemand achter de hand had naar buiten brengen)
  13. het venijn zit hem in de staart (=het slechtste komt op het laatste)
  14. de wijde wereld intrekken (=het verkennen van nieuwe plaatsen, ervaringen en mogelijkheden buiten het vertrouwde)
  15. grote vissen scheuren het net (=hooggeplaatste personen worden niet zo gemakkelijk gestraft)
  16. iemand iets in de mond geven (=iemand de mening van een ander laten geven in plaats van de eigen mening)
  17. de snoeren zijn mij in lieflijke plaatsen gevallen (=ik ben op goede plaatsen beland)
  18. geen profeet is in zijn (eigen) land geëerd (=in tegenstelling tot vreemden, zijn mensen uit je woonplaats minder bereid te luisteren)
  19. op je tandvlees lopen (=in totale uitputting voortdoen, zijn laatste krachten gebruiken)
  20. je als een vis in het water voelen (=je helemaal op je plaats voelen)
  21. het laatste hemd heeft geen zakken (=je kunt niets meenemen als je dood gaat (laatste hemd = doodshemd))
  22. er blijft veel aan maat en strijkstok hangen (=lang niet alles komt op zijn plaats terecht)
  23. aan de middelhand zitten (=niet eerst of laatst moeten spelen)
  24. met iemand niet willen oversteken (=niet in iemands plaats willen zijn)
  25. loco citato (=op de aangehaalde plaats)
  26. aan een goed kantoor zijn (=op de juiste plaats zijn)
  27. hoc loco (=op deze plaats)
  28. komen waar de duivel zijn staart keert (=op een zeer onherbergzame plaats aankomen.)
  29. in het zicht van de haven schipbreuk lijden (=op het laatste nippertje nog verliezen)
  30. op de valreep (=op het laatste ogenblik)
  31. ter elfder ure (=op het laatste ogenblik)
  32. tussen lepel en mond valt veel pap op de grond (=problemen komen vaak pas op het laatst)
  33. je bivak opslaan (=ter plaatse blijven)
  34. het veld ruimen (=vertrekken om plaats te maken voor een ander)
  35. met een zilveren hengel vissen (=vis kopen in plaats van vangen. Ook: doel bereiken met bedrog)
  36. ruim baan maken (=voldoende plaats maken)
  37. in iemands huid kruipen (=zich in een ander verplaatsen)
  38. het hieltje van de ham kluiven (=zijn laatste geld opmaken)
  39. sine loco et anno (=zonder opgave van plaats en jaartal)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen