8 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `gezicht`
- een gezicht als een oorwurm trekken (=erg ontevreden kijken (omdat er bijv. iets gedaan moet worden))
- een gezicht van ouwe lappen (=een huilerig of lelijk gezicht)
- een lang gezicht trekken/zetten (=laten merken dat men niet tevreden is)
- een vriendelijk gezicht brengt overal licht (=een vrolijk persoon weet vaak meer te bereiken dan een nors persoon)
- hou je gezicht (=zwijg!)
- je gezicht verliezen (=zijn eer verliezen)
- uit iemands aangezicht gesneden zijn (=sterk op iemand lijken)
- wie zijn neus schendt schendt zijn aangezicht (=wie zijn goede naam verliest, komt in moeilijkheden)
14 betekenissen bevatten `gezicht`
- in het oog houden (=binnen het gezichtsveld houden)
- in het oog hebben (=binnen het gezichtsveld zijn)
- dat spreekt boekdelen (=dat is overduidelijk, bijv. `zijn gezicht spreekt boekdelen`)
- een hoofd als een boei krijgen (=een erg rode kleur krijgen in het gezicht, erg blozen)
- een gezicht van ouwe lappen (=een huilerig of lelijk gezicht)
- er schuilt iets achter (=er is meer aan de hand dan op het eerste gezicht lijkt.)
- daar zitten nogal wat haken en ogen aan (=er zijn meer problemen dan je op het eerste gezicht zou denken)
- het kainsmerk aan zijn voorhoofd dragen (=het is op zijn gezicht te lezen dat hij een schurk is)
- iemand bont en blauw slaan (=iemand zo slaan dat hij een dik gezicht met blauwe en geel blauwe vlekken krijgt)
- in het vizier hebben (=in het oog hebben, binnen het gezichtsveld zijn)
- geen schoner gewaad als een zedig gelaat. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- het gelaat is de spiegel der ziel. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- met ongebroken lading wegzeilen (=zich zonder gezichtsverlies uit de situatie redden)
- het masker afdoen/afleggen/afnemen (=zijn ware gezicht tonen)
50 dialectgezegden bevatten `gezicht`
- 'n Freute treeken (=Een vies gezicht opzetten) (Ronsisch)
- 'n gezicht wi-j 'n hinnevot (=er bleek uitzien) (Weerts)
- 'n gezicht wi-j ein hinnekoont (=witjes kijken) (Weerts)
- 'n gezicht zette wi-j 'n schaermoês (=iemand die bang is) (Weerts)
- 't zwit brobbelde em toe de kop uut (=het zweet borrelde uit zijn gezicht) (Westerkwartiers)
- Aa hei ne smoel oem aat oep te kappe (=Hij heeft een onaantrekkelijk gezicht) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- as ziêne kop op 'n kelder deur stóng, kwoom gein kat inne kélder (=iemand met een afzichtelijk gezicht) (Weerts)
- bleuze gelijk nen ietekoeke - ne sniewlekker (=een bleek gezicht hebben) (Gents)
- da zeetie meej un staole gezicht (=dat beweerde hij glashard) (Oudenbosch)
- daaj hèt e gezich waajne klaun en dat steet hër nie sjaun (=die vrouw is lelijk met haar opgeverfd gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj hèt ènne koestront gebloeëze (=zij heeft veel sproeten in haar gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj laach mèttër heil gezich (=ze heeft een brede lach op haar gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj trok ë gezich waajne stront (=ze trok een heel lelijk gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae ès ziëker bij de brandwaer (=als hij praat vliegt zijn speeksel in je gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae haet ein gezicht wie ein gezèt (=hij ziet er ongezond en vaal uit) (Heitsers)
- dae haet ein gezicht wie eine sjóttelsplak (=hij heeft een onfris gezicht) (Heitsers)
- dae heet aan de krînte gezaete (=iemand met uitslag in het gezicht) (Weerts)
- dae kiektj of d’r haver mót pikke oet ein spakan (=hij heeft een bleek, mager gezicht (spakan = kan met enge hals om gist te bakken, daar krijg je niet gemakkelijk wat uit gehaald)) (Heitsers)
- dane pei ei ne smoel veu stront oep te sorteire, of een bakkes voe offerblokke op te kleeve (=die man heeft een lelijk gezicht) (Brussels)
- De hubs e geziech wèèj ene vechhoan (=je hebt een gezicht gelijk een vechthaan) (Vlijtingens)
- de kop mót de vot ane mertj bringe (=ze heeft een mooi gezicht maar wel een dikke kont) (Heitsers)
- de misiëre kump aon zën auren aut (=de miserie lees je af van zijn gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- Den dieën ee zeekre in nun peirdestront gebloazen, zijn totte stoa vol mee sproet' n. (=Hij heeft een gezicht met sproeten.) (Evergems)
- diej hee het vougelekeutje op zaane kop gat (=iemand met een verwonding in zijn gezicht) (Ransts)
- dieje hee e bakkes oem een petrel oep te ploeje (=hij trekt een lelijk gezicht / is niet tevreden) (Geels)
- Dieje hei ne kop oem leir oep te kloppen (=Hij heeft een lelijk gezicht) (Herentals)
- dien s'oondags geziech opzette (=je gezicht opklaren) (Mestreechs)
- doe bis klutesjwat. (WT) (=Je bent zwart in het gezicht) (Mechels (NL))
- e gezich trèkke waaj ne stront (=een vertrokken gezicht trekken) (Munsterbilzen - Minsters)
- e gezich waaj ne stront (=een vertrokken gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- ë gezich waaj ne stront trèkkë (=een triestig gezicht opzetten) (Munsterbilzen - Minsters)
- e gezich waaj nen daudgraovër hëbbe (=een serieus gezicht trekken) (Munsterbilzen - Minsters)
- ë gezich waajne stront (=zeer vertrokken gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- e gezich waajne stront (=een lelijk bekakt gezicht) (Munsterbilzen - Minsters)
- e gezicht wi-j 'n hinnekoont (=iemand die er witjes uit ziet) (Weerts)
- E kreeg do een pezze in zenne smikkel (=Hij kreeg een klap in zijn gezicht) (Liedekerks)
- è ned è anzichte lik è fotrèkulle (=een raar gezicht hebben) (Poperings)
- e wezen gullèk een volle moan (=een groot vet, rond gezicht) (Sint-Niklaas)
- een bakmuil'ên (=een lang gezicht trekken) (Kaprijks)
- Een dorre op oe totte (=Een slag in je gezicht) (Maldegems)
- een eike geven (=zacht en strelend met een wang tegen elkaars gezicht wrijven) (Sint-Niklaas)
- een heis voor je tote (=een klap in je gezicht) (Flakkees)
- een kartasj op a moil - een kest op a bakkes (=een mep op je gezicht) (Aalsters)
- een klasj op zèn bakkes (=een klets / slag in zijn gezicht) (Meers)
- Een klets water door je gezicht halen (=gezicht wassen) (Rotterdams)
- een lulleke miene (=een lelijke gezicht) (Zeels)
- een moef hemme (=een lang gezicht trekken) (winksels)
- Een moef of een brot trekke (=Een zuur gezicht trekken) (Walshoutems)
- Een mot oep aa bakkes (=Een slag op je gezicht) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- een mot op a wezen (=een slag in het gezicht) (Temses)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen