Spreekwoorden met `beu`

Zoek

18 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `beu`

  1. aan beurt komen (=aan werk geraken)
  2. beurs op de knip / Hand op de knip (=geen geld (meer) uitgeven)
  3. bij schering en inslag gebeuren (=erg vaak gebeuren)
  4. brutaal als de beul (=zeer brutaal)
  5. dat gebeurt pas als de Paus een geus wordt (=dat gebeurt nooit)
  6. dat is beulemans Frans (=dat is slecht Frans spreken. In België zeggen de Vlamingen dat over Waals. Walloniërs op hun beurt vinden Vlaams weer slecht Nederlands)
  7. een beurt krijgen (=onderhanden genomen worden)
  8. een goede beurt geven (=grondig reinigen, grondig aanpakken)
  9. een goede beurt maken (=iets heel goed doen, een goede indruk maken)
  10. een voet in de stijgbeugel hebben (=uitzicht hebben op bevordering)
  11. het moet zo tussen neus en lippen gebeuren (=het moet bijna ongemerkt gebeuren)
  12. iemand de beurs lichten (=van iemand geld stelen/afhandig maken)
  13. iets zo beu zijn als koude pap (=iets grondig beu zijn)
  14. je moet om de beurt ademhalen (=gezegd als het erg druk is)
  15. met gesloten beurs betalen (=door middel van een wederzijdse schuld het bedrag verrekenen)
  16. niet door de beugel kunnen (=de norm overschrijden van wat aanvaardbaar of behoorlijk is)
  17. tussen beurs en geweten geplaatst zijn (=een financieel goede - maar misdadige - zaak kunnen doen)
  18. zo brutaal als de beul zijn (=erg brutaal zijn)

47 betekenissen bevatten `beu`

  1. berouw komt na de zonde (=als het eenmaal gebeurd is komt pas de berouw)
  2. ongevraagd, ongeweigerd (=als je iets doet waarvoor geen toestemming is gevraagd kan het achteraf niet meer geweigerd worden omdat het al gebeurd is)
  3. van uitstel komt afstel (=als je iets niet meteen doet, loop je het risico dat het nooit meer gebeurt)
  4. haar wil is wet (=als wat zij wil niet gebeurt, dan ontstaan er grote conflicten)
  5. om kaneelwater lopen (=beuzelwerk doen - van het kastje naar de muur gestuurd worden)
  6. dat staat op de agenda (=dat gaat nog gebeuren; dat gaat nog besproken worden)
  7. dat gaat zo tussen neus en mond (=dat gebeurt in een verloren ogenblik)
  8. dat gebeurt pas als de Paus een geus wordt (=dat gebeurt nooit)
  9. dat mag met een krijtje aan de balk (=dat is een ongewone gebeurtenis)
  10. dat is een ver-van-mijn-bedshow (=dat is iets waar ik me helemaal niet mee bezighoud; dat is iets dat op grote afstand van hier gebeurt)
  11. dat is de druppel die de emmer doet overlopen (=dat is maar een kleine ergernis, maar samen met wat er al gebeurd is, wordt het niet meer geaccepteerd)
  12. dat is Beulemans Frans (=dat is slecht Frans spreken. In België zeggen de Vlamingen dat over Waals. Walloniërs op hun beurt vinden Vlaams weer slecht Nederlands)
  13. dat paard zal mij niet meer slaan (=dat zal mij niet meer gebeuren)
  14. daar is wel wachten maar geen vasten naar (=dat zal niet gauw gebeuren)
  15. de mens wikt, maar God beschikt (=de mensen maken allerlei plannen, maar het is niet aan hen of dat ook gebeurt)
  16. een ongeluk zit in een klein hoekje (=door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
  17. in de lucht hangen (=dreigen te gebeuren - onzeker zijn)
  18. een draai aan het verhaal geven (=een hele eigen versie van wat er gebeurd is vertellen)
  19. een ongeluk komt te paard en gaat te voet (=een ongeluk is snel gebeurd, maar de gevolgen slepen lang aan)
  20. als een donderslag bij heldere hemel (=een onverwachte gebeurtenis, die een grote schok teweeg brengt)
  21. één zwaluw maakt nog geen zomer (=één positieve gebeurtenis betekent niet dat alle problemen opgelost zijn.)
  22. het verkorven hebben (=een slechte beurt gemaakt hebben bij iemand)
  23. teken aan de wand (=een waarschuwing dat er iets gaat gebeuren)
  24. elk waarom heeft zijn daarom (=elke gebeurtenis heeft een oorzaak)
  25. de beer is los (=er gebeurt opeens van alles; er ontstaat ruzie of paniek)
  26. doorgestoken kaart (=er is heel duidelijk iets mis! Hier is getracht om iemand te laten geloven dat er bij toeval iets gebeurt, terwijl het in feite van tevoren gearrangeerd is)
  27. er is meer dan de molen in het woud omgegaan (=er is iets bijzonders gebeurd)
  28. bij schering en inslag gebeuren (=erg vaak gebeuren)
  29. het oude liedje (=het al zo vaak gebeurde of gezegde)
  30. de dood wil een oorzaak hebben. (=het is belangrijk onm te weten waarom iets gebeurt)
  31. beter laat dan nooit (=het is beter dat iets een beetje te laat komt, dan dat het nooit gebeurt)
  32. het moet zo tussen neus en lippen gebeuren (=het moet bijna ongemerkt gebeuren)
  33. het oog van de meester maakt het paard vet (=het werk gebeurt beter als de baas toezicht houdt)
  34. iets zo beu zijn als koude pap (=iets grondig beu zijn)
  35. iets met lede ogen aanzien (=iets met tegenzin zien gebeuren)
  36. uitstel van executie (=iets onaangenaams wordt tijdelijk uitgesteld Later gaat dit toch nog gebeuren)
  37. als Pasen en Pinksteren op één dag vallen (=iets wat nooit zal gebeuren)
  38. het zwaard van Damocles (=iets wat snel of ieder moment kan gebeuren)
  39. het woord hebben (=in een gesprek aan beurt zijn)
  40. daar kan je gif op innemen (=je mag er zeker van zijn dat het gaat gebeuren)
  41. iets niet met droge ogen kunnen aanzien (=letterlijk: gaan huilen/tranen bij het zien gebeuren van iets)
  42. eraan moeten geloven (=of iemand wil of niet, het moet toch gebeuren)
  43. beidt Uw tijd, duur Uw uur (=op de toren van de Amsterdamse koopmansbeurs)
  44. weten hoe de vork in de steel zit (=precies weten wat er gebeurd is)
  45. de dienst uitmaken (=vertellen wat er gebeuren moet)
  46. wat heb ik nou aan mijn fiets hangen? (=wat gebeurt er nu voor iets raars?)
  47. wat het zwaarst is moet het zwaarst wegen (=wat het belangrijkste is moet het eerste gebeuren)

50 dialectgezegden bevatten `beu`

  1. 'k Zen 't beu gelék kau pap (=Ik ben het echt beu) (Mechels (BE))
  2. 'k Zen 't meug (=Ik ben het beu) (Mechels (BE))
  3. 'k zén da zoê muug as kaa pap (=ik ben dat zo beu als koude pap) (Sint-Katelijne-Waver)
  4. 'k zén da zoeê muug as kaa pap (=Ik ben dat grondig beu) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  5. 'k zen het muug (=Ik ben het beu) (Herentals)
  6. 'kbenne kik dade zwo moe lik kode pap (=ik ben het beu) (Harelbeeks)
  7. 't beuj-verlieët zijn (=het enorm beu zijn) (Kaprijks)
  8. 't es mij stinkend verleêt (=Ik ben het beu) (Waregems)
  9. 't es mij verliet (=Het is me beu) (Hansbeeks)
  10. 't es mij verlit (=ik ben het beu) (Oudenaards)
  11. 'T hang dikke myn klwutt'n eut (=Ik ben het grondig beu) (Harelbeeks)
  12. 'T hang mijn bott'n eut (=Ik ben het beu) (Harelbeeks)
  13. 't zoe nen oudn ond verleën (=iedereen zou het beu worden) (Waregems)
  14. ' t Es maij verliët (=Ik ben het hartstikke beu) (Evergems)
  15. a kloe'tn ouètangen (=iets beu zijn) (denderleeuws)
  16. bedde: Dad oët 't bedde klapt, es 't moeg (=Wie te vaak over zijn liefdesleven praat, is het beu) (Lebbeeks)
  17. beu verlied (=hartstikke beu) (Gents)
  18. d' er de koede kurs van kriegn (=het grondig beu zijn) (Veurns)
  19. dat hink mich mën stroeêt aut (=ik ben het beu) (Munsterbilzen - Minsters)
  20. dat wërk op me sisteem (=ik ben het beu) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. er 't scheit van kraage (=het beu raken) (Gents)
  22. GEI beu WUSTE (=IEMAND DIE NIET KAN LACHEN) (Zomergems)
  23. het hangt hier maan kluuten aat (=ik ben het hier beu) (Gents)
  24. Het werkt oep maan sèskes (=Ik word het beu / het werkt op mijn zenuwen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  25. ich bèn ët kotsmieg (=ik ben het helemaal beu) (Munsterbilzen - Minsters)
  26. Ich zen 't zoe muj as kaa pap (=ik ben het beu) (Stals)
  27. ich zen het muug (=ik ben het beu) (Heusdens)
  28. ie ang hoed tennen de viengers (=iemand beu zijn) (Zeeuws)
  29. iets kotsmiech zin (=iets hartsgrondig beu zijn) (Bilzers)
  30. iets miech zin (=iets beu zijn) (Bilzers)
  31. ik ben het zat als gespogen spek (=ik ben het beu) (West Zeeuws Vlaams)
  32. ik zen da ee zu meuj as kaa pap (=ik ben het beu) (Hals)
  33. Ik zent zo muug as kaa pap (=Ik ben het beu) (Antwerps)
  34. Ik zent zoe muug as kaa pap (=Ik ben het beu) (Herentals)
  35. k kant we uut mn keele langen (=beu) (Zeeuws)
  36. k zai ut zoo zat as gespege spek (=ergens beu van zijn) (Betuws)
  37. kbint zo beu as hespohen spek (=beu) (Zeeuws)
  38. kèn der min goesting van; 'k ben tsoe beu as kaa pap (=ik ben het beu) (Sint-Niklaas)
  39. kzent muug (=ik ben het beu) (Geels)
  40. kzent muug (=ik ben het beu) (Leopoldsburgs)
  41. kzijn ut beu (=ik doe het niet meer) (Oudenbosch)
  42. Kzint zo moe lik koude keirre pap (=Ik ben het beu) (West-Vlaams)
  43. Kzoen drin schipn leek in de vorte raupn (of bjeetn) (=ik ben helemaal beu) (Maldegems )
  44. kzouwe we wihg wiln loopn a kme wisse ni wie-er (=beu) (Zeeuws)
  45. t hangt men kloeïten uit (=ik ben het beu) (Aalsters)
  46. t zoeë meug zeen wie kaoj pap (=iets helemaal beu zijn) (Heitsers)
  47. t'es on ouer (=ik ben het beu) (Erps)
  48. Tès mè verleet! (=Het is me beu) (Deinzes)
  49. ze kunne ninne zak opbloazen; ze kunnen de pot op (=ze kunnen naar de vaantjes lopen, ik ben het beu) (Sint-Niklaas)
  50. zo beu als kehwe (koude) pap (=uitermate beu) (Lovendegems)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen