74 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `heeft`
- menig heeft te veel, niemand heeft genoeg. (=sommige mensen hebben nooit genoeg)
- mist heeft vorst in de kist. (=na mist gaat het vaak vriezen.)
- nakaarten heeft geen zin (=men moet niet doorgaan met zeuren over iets dat al geweest is)
- onze Lieve Heer heeft vreemde kostgangers (=er bestaan nu eenmaal merkwaardige mensen)
- oude schoenen wegwerpen voor men nieuwe heeft (=het onzekere voor het zekere nemen)
- tijd heeft vleugels en geen teugels. (=de tijd gaat snel en is niet te beïnvloeden)
- verdrinken eer men water gezien heeft (=mislukken voordat het begonnen is)
- wat voor vlees men in de kuip heeft (=wat voor iemand (of iets) het is)
- weten wat voor vlees men in de kuip heeft (=weten met wat voor iemand men te doen heeft)
- wie aan de weg timmert heeft veel bekijks (=iemand die grote beslissingen moet nemen, krijgt vaak ook veel kritiek)
- wie boter op zijn hoofd heeft moet niet in de zon lopen (=wie schuldig is houdt zich best gedeisd)
- wie de naam heeft, krijgt de daad (=wie bekend staat als misdadiger, krijgt de schuld)
- wie een kluitje heeft, heeft er graag een turfje bij (=ieder probeert zijn bezittingen te vermeerderen)
- wie geeft wat hij heeft, is waard dat hij leeft (=als je zoveel geeft zoveel je kunt, dan kan niemand je iets verwijten)
- wie het breed heeft laat het breed hangen (=iemand die veel geld heeft kan veel geld uitgeven)
- wie het grootste hoofd heeft, moet de grootste hoed hebben (=iemand die het recht heeft op het grootste deel, moet dat ook krijgen)
- wie het lang heeft laat het lang hangen (=wie veel geld heeft, kan ook veel geld uitgeven)
- wie nood heeft moet pompen. (=je moet zelf initiatief nemen om je problemen op te lossen)
- wie vis heeft, moet ook de graat hebben (=je moet ook de nadelen accepteren (geen rozen zonder doornen))
- wie wat bewaart, die heeft wat (=het bewaren van zaken kan op lange termijn voordelig blijken te zijn)
- wie zijn pap gemorst heeft kan niet alles weer oprapen (=schade kan nooit geheel worden goedgemaakt)
- willen vliegen eer men vleugels heeft (=iets willen doen nog voor men het geleerd heeft)
- willen weten welk vlees men in de kuip heeft (=eerst willen weten hoe iemand is)
- zitten alsof men een luis in zijn oor heeft (=alsof hij door zijn geweten beschuldigd wordt)
148 betekenissen bevatten `heeft`
- het is geen roofgoed (=het heeft veel geld (of moeite) gekost)
- het leven gaat niet altijd over rozen (=het is niet altijd zo mooi, iedereen heeft wel eens tegenvallers)
- het leven is geen zoete krentenbol (=het is niet altijd zo mooi, iedereen heeft wel eens tegenvallers)
- er is tuk aan de hengel (=hij heeft beet (krijgt zijn zin))
- buiten hem om lopen (=hij heeft er geen invloed over)
- buiten zijn hoefslag gaan (=hij heeft er geen invloed over)
- het water loopt hem in de mond (=hij heeft er heel veel trek in)
- het kwartje is gevallen (=hij heeft het begrepen)
- je schip is binnen (=hij heeft zijn fortuin gemaakt)
- niet op je achterhoofd gevallen zijn (=hij is behoorlijk slim; hij heeft iets wel in de gaten)
- het komt uit zijn koker (=hij is degene die het heeft bedacht)
- het gaat hem/haar voor de wind (=hij/zij heeft geluk)
- elk huisje heeft z`n kruisje (=ieder gezin heeft eigen zorgen en problemen)
- iedereen moet zijn last dragen (=ieder heeft zijn problemen)
- de wereld is een pijp kaneel ieder likt eraan maar krijgt niet veel (=ieder krijgt een klein deeltje van wat de wereld te bieden heeft)
- de wereld is een schouwtoneel elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel (=ieder krijgt een klein deeltje van wat de wereld te bieden heeft)
- vragen staat/is vrij (=iedereen heeft de gelegenheid om vragen te stellen)
- zoveel hoofden, zoveel zinnen (=iedereen heeft een eigen mening waarbij men moeilijk samen tot een oplossing kan komen)
- het krullen van de staart is het fatsoen van de hond. (=iedereen heeft wel een positieve eigenschap)
- elk hart heeft zijn smart. (=iedereen heeft zijn eigen zorgen om iets)
- een mens is geen aardappel (=iedereen heeft zo nu en dan behoefte aan ontspanning)
- men heeft hem de hoorns opgezet (=iemand (vooral een bekende) heeft een relatie met zijn vrouw)
- iemand in zijn eigen sop gaar laten koken (=iemand aan zijn lot overlaten (iemand die iets niet goed gedaan heeft))
- een schurftig paard vreest de roskam (=iemand die aan iets schuldig is, heeft liever niet dat datgeen onderzocht wordt)
- een volle buik peinst op geen lege. (=iemand die genoeg te eten heeft is niet bezig is met de zorgen van een ander)
- wie het grootste hoofd heeft, moet de grootste hoed hebben (=iemand die het recht heeft op het grootste deel, moet dat ook krijgen)
- een echte huismus (=iemand die het thuis naar zijn zin heeft, geen uitgaanstype)
- iemand in zijn eigen vet gaar laten smoren (=iemand die iets misdaan heeft aan zijn lot overlaten)
- een kale kip kan nog leggen (=iemand die niets heeft, kan nog voor je werken)
- gekke Henkie (=iemand die niets in de gaten heeft (bv. `Je denkt toch niet dat ik gekke Henkie ben ?`))
- een zondagskind (=iemand die steeds geluk heeft)
- een pechvogel (=iemand die steeds tegenslag heeft)
- wie het breed heeft laat het breed hangen (=iemand die veel geld heeft kan veel geld uitgeven)
- iemand de ogen uitsteken (=iemand jaloers maken door de aandacht te vestigen op iets wat men heeft, en wat de ander ontbreekt)
- iemand een veer op de hoed steken (=iemand vertellen dat die z`n werk goed gedaan heeft)
- iemand de oren wassen (=iemand zeggen wat die fout gedaan heeft)
- met de haren erbij slepen (=iets erbij halen dat er niets mee te maken heeft)
- er de boot mee ingaan (=iets hebben ondernomen, dat tot een totale mislukking heeft geleid)
- veel stof doen opwaaien (=iets heeft grote invloed op wat er leeft bij mensen)
- als een tang op een varken slaan (=iets heeft totaal niets met een besproken onderwerp te maken)
- haken en ogen geven (=iets heeft veel moeilijkheden)
- een gevoelige snaar raken (=iets ligt erg gevoelig bij iemand, belangstelling hebben voor een bepaald onderwerp en iemand die dan aandacht heeft ervoor)
- de vlag dekt de lading niet (=iets onder een goede naam verkopen zonder dat het ook die kwaliteit heeft)
- willen vliegen eer men vleugels heeft (=iets willen doen nog voor men het geleerd heeft)
- hoge bomen/masten vangen veel wind (=in een hoge positie heeft men ook veel verantwoordelijkheid)
- je voor de kop schieten (=inzien dat men een grote stommiteit gedaan heeft - zelfmoord plegen)
- geen schoner gewaad als een zedig gelaat. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- het gelaat is de spiegel der ziel. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- geef een man een vis dan heeft hij die dag te eten (=je kunt iemand beter leren vissen dan heeft hij z`n leven lang vis te eten)
- de huid van de beer niet verkopen voor hij geschoten is (=je moet niet al willen genieten van wat men nog niet verworven heeft)
50 dialectgezegden bevatten `heeft`
- a ee (=hij heeft) (Meers)
- a ee ballekes (=hij heeft ernaast gegrepen, hij heeft niets) (Meers)
- a ee bloër'n op zèn leppen van de kèusser'n (=hij heeft blazen op de lippen van de koorts) (Meers)
- a ee doer niks te koetten (=hij heeft daar niets te zeggen) (Meers)
- a ee gieël wa beziengs (=hij heeft heel wat bekijks, hij krijgt heel veel aandacht) (Meers)
- a ee giën kauren, a es predde (=hij heeft geen geld) (Ninoofs)
- A ee ma ne poeëter geschiljerd (=Hij heeft me wat geflikt!) (Ninoofs)
- a ee nog gi struë verleid (=hij heeft nog niets gedaan) (Meers)
- a ee sa getès (=hij heeft zijn bekomst) (Ninoofs)
- a ee sjau (=hij heeft het zitten) (Meers)
- a ee van d'n ouwemaun (=hij heeft rachitis of kalkziekte) (Meers)
- a èè van de riem (=hij heeft van de riem hij is bedrogen) (Meers)
- a ee veel aftrok (=hij heeft veel succes) (Meers)
- a ee veel pietn (=hij heeft veel geld) (Meers)
- a ee veel toepee (=hij heeft veel lef, hij snoeft veel) (Meers)
- a ee zèn eirten g'at (=hij heeft op zijn donder gekregen) (Meers)
- a ee zènne pere gezien (=hij heeft het moeilijk gehad) (Meers)
- a ee zjeer voetn (=hij heeft te veel gedronken) (ninoofs)
- a ee zjou (=hij heeft geen geluk) (Meers)
- a eed in zen roupen gesketen (=hij heeft afgedaan bij hem) (Trejjens)
- a eentj (=hij heeft het) (Meers)
- a eentj in 't snùtjen (=hij heeft het door) (Meers)
- a eentj o zenne rekker (=hij heeft het zitten, hij is de sigaar) (Meers)
- a eet 't spek on zènne meuln (=hij heeft het zitten) (Meers)
- a eet den afgank (=hij heeft diarree) (Herns (Herne, VL-B))
- a eet em een blèis opg'angen (=hij heeft hem iets wijs gemaakt) (Meers)
- a èèt er mur drou en nen bezekoek (=hij heeft ze niet allemaal op een rijtje) (Meers)
- a eet in mèn raupen gesketen (=hij heeft me beledigd) (Meers)
- a eet niks in de pap te brokkel'n (=hij heeft niets te zeggen, hij heeft geen invloed) (Meers)
- a eet on zenne rekker (=hij heeft het zitten) (Meers)
- a eet'n't lot'n angen (=hij heeft het verwaarloosd) (Ninoofs)
- a eet'n't o zanne rekker (=hij heeft het zitten) (Ninoofs)
- a eetj (=hij heeft) (Meers)
- a eetj zèn jongen opgeten (=hij heeft een ruige baard) (Meers)
- A ei en ètteke van pontkoek (=Hij heeft een hart van peperkoek) (Mechels (BE))
- A eit do ne scheir gedoan. (=Hij heeft daar iemand leren kennen.) (Dilbeeks)
- a es zjang van Brissel (=iemand die meeval heeft) (Ninoofs)
- a es't vas af (=hij heeft zijn nek gebroken) (Ninoofs)
- à hèèd in mààn roèpe gescheite (=Hij heeft mij goed liggen gehad) (Bierbeeks)
- a is bediend (=hij heeft het sacrament der stevenden gekregen) (Booms)
- a jeid een moembakkes (=hij heeft twee gezichten) (Antwerps)
- a jeiget in zene kladerendatsj gesloage (=hij heeft het met veel smaak opgegeten) (Antwerps)
- a ratj mè nen Anglia-dijfteroeën (=hij heeft geen auto) (Ninoofs)
- a wet van giën out plaanke moake (=hij heeft niets en weet niet meer wat te beginnen) (Antwerps)
- a wet watem zei (=hij heeft er verstand van) (Nijlens)
- a zitj mè 't bistj'n (=hij heeft jicht) (Meers)
- a zitj met d'n afgank (=hij heeft diarree) (Meers)
- a zitj mi 't speen (=hij heeft aambeien) (Meers)
- a zitj mi 't verskot (=hij heeft rugpijn) (Meers)
- a zitj mi de poepers (=hij heeft schrik) (Meers)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen