7 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `verdienen`
- de paarden die de haver verdienen krijgen ze niet (=zij die het goede werk verrichten, krijgen niet altijd de beloning)
- de paarden die de haver verdienen, krijgen ze niet. (=verdienste blijft vaak onbeloond)
- een stoel in de hemel verdienen (=je door een goed werk onderscheiden)
- het zout in de pap verdienen (=heel weinig verdienen)
- je hemel op aarde verdienen (=een goed en eerlijk leven leiden)
- je sporen verdienen (=respect krijgen door goed werk te verrichten)
- niet het zout op zijn patatten verdienen (=een klein inkomen hebben)
12 betekenissen bevatten `verdienen`
- uit wiens hand men eet wiens woord men spreekt (=diegene bij wie we ons geld verdienen geven we meestal gelijk)
- wiens brood men eet, diens woord men spreekt (=diegene bij wie we ons geld verdienen geven we meestal gelijk)
- de kost gaat voor de baat uit (=eerst moeten er kosten worden gemaakt alvorens men er iets aan verdienen kan)
- de room is er af. (=er is weinig meer aan te verdienen)
- geld uit iets slaan (=ergens geld aan verdienen)
- gelijke monniken gelijke kappen (=gelijke mensen verdienen/krijgen een gelijke behandeling)
- het zout in de pap verdienen (=heel weinig verdienen)
- parels/paarlen voor de zwijnen werpen (=het goede verspillen aan hen die het niet verdienen/waarderen)
- de vuilste varkens willen altijd het beste stro. (=mensen die het niet verdienen willen evengoed het beste)
- geld ruiken (=merken dat er iets te verdienen is)
- armoe op de stal is armoe overal (=met te weinig dieren in de stal kun je geen geld verdienen)
- slapende rijk worden (=veel geld verdienen zonder er iets voor te moeten doen)
43 dialectgezegden bevatten `verdienen`
- `zöllie verdiene meer òn jöllie as göllie òn höllie.` (=`zij verdienen meer aan jullie dan jullie aan hen`.) (Tilburgs)
- 'm goed stoeke (=veel verdienen) (Genneps)
- 'N poane brook verdienen (=Een huwelijk makelen) (Harelbeeks)
- 't zijt in zijne pap nie verdienen (=weinig of geen geld verdienen) (Lovendegems)
- ' m flink snutte (=Veel verdienen) (Genneps)
- Ballen slaan (=In de problemen komen / veel geld verdienen) (Amsterdamse straattaal)
- dao kintj de sjouw neet van blieve rouke (=daarmee kun je geen geld verdienen) (Heitsers)
- Dat geeft best wat voor ons. (=Daar verdienen we best goed aan.) (Bollenstreeks)
- de bèste wërkpiëd krijge nie altijd de meeste haover (=het verdienen is één zaak, maar het dan ook nog krijgen...) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kost gijt veur de boat uut (=eerst investeren, daarna verdienen) (Westerkwartiers)
- De plezierbroek moei-j mit de waarkbroek verdienen (=Eerst werken, dan feest vieren) (Giethoorns)
- de room is d'r oaf (=er valt niet veel meer aan te verdienen) (Westerkwartiers)
- de taering noë de naering zètte (=niet méér uitgeven dan je kan verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de vaulste vérke willen et sjünste strauw (=het zijn niet altijd de besten die het meest verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de vaulste vèrke willen et sjünste stroj (=luieriken willen evenveel geld verdienen als bezige bijen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de vroege vogel vangt de wurm (=wie vroeg begint kan veel verdienen) (Westerkwartiers)
- de vrouwe kan mear met de portemonnee ' t hoes oet drèègn, dan de boer d' r met de schoefkoare in kan veurn (=de vrouw kan meer uitgeven dan de boer kan verdienen) (Twents)
- dich bès gegaeve te dier, alleen al vër de kos (=je kan je eten nog niet eens terug verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- dikke kartoonen verdeene (=goed geld verdienen) (tervurens)
- doë verdienste het zaat op z'n iërappel nie mèt (=daarmee is geen droog brood te verdienen) (Bilzers)
- doë verdienste ne goeje botteram mèt (=daar is een aardige stuiver mee te verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- doë zulste geen dikke krinte van kakke (=daar zul je niet veel aan verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ët geld lik op stroeët, de hoes ët alleen nog mèr op te raopë (=je hoeft niet veel te zoeken, je kan gemakkelijk geld verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- geld verdienn lik sliek (=veel geld verdienen) (kortemarks)
- goan persjonklen (=de portiuncula-aflaat verdienen) (Waregems)
- hebben és hebbe, krijge de kuns (=erven is mooi, verdienen mooier) (Munsterbilzen - Minsters)
- hwooije as de zon schent (=je moet het nu verdienen) (Zunderts)
- is ter ier etwod te kadiezn (=is hier iets te verdienen) (Veurns)
- nog nie ëns 't zaad op zën ieërappël verdienen (=onvoldoende verdienen) (Munsterbilzen - Minsters)
- petsjonkelen (=in en uit de kerk gaan om zo een aflaat te verdienen (op Allerzielen) ) (Waarschoots)
- Skone klere verdiene gien geld. (=Nette baantjes verdienen niet.) (zaans)
- tes njet van gret (=er viel niets te verdienen) (Gents)
- tis dao geld uut te slaon (=er is geld mee te verdienen) (Kortemarks)
- tzaat nie verdiene op zen iërappel (=niet genoeg verdienen) (Bilzers)
- unne slòdder beure (=veel verdienen) (Tilburgs)
- ut zout in de pap nie verdiene (=nauwelijks iets verdienen) (Oudenbosch)
- Vaast werk ies vaasten èèrmoei. (=Als je vast werk hebt, zul je altijd maar een beetje verdienen (Een wijsheid uit de schoenmakerstijd)) (Waalwijks)
- van een dief valt niet tu steluh. (=Mensen die crimineel zijn verdienen hun rijkdom niet.) (Utrechts)
- wè schuft dà (=hoeveel kan ik daarmee verdienen) (brabants)
- Werken vur ne rooie rotcent (=Te weinig geld verdienen) (Reusels)
- zènne meulen draai weer goed (=hij is weer veel geld aan het verdienen) (Sint-Niklaas)
- zijn broek opoan (=goed zijn brood verdienen) (Klings)
- zoat in 't bakske bringe (=geld verdienen) (winksels)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen