5 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `trom`
- bij elkaar passen als twee trommelstokken (=goed bij elkaar passen)
- de trom roeren (=veel ophef maken)
- een paar mensen optrommelen (=een paar mensen laten komen)
- met stille trom vertrekken (=vertrekken zonder iemand het te laten weten)
- op de grote trom slaan (=aandacht proberen te krijgen voor diens zaak)
5 dialectgezegden bevatten `trom`
- Dae heet eine boêk wi-j ein trom (=Een zwaarlijvig iemand) (Weerts)
- det heat de dieke trom ingeslik (=ze is zwanger) (Venloos)
- hij is met stille trom vertrokk'n (=hij is stiekem er tussen uit geknepen) (Westerkwartiers)
- op 'e grode trom sloag'n (=aandacht vragen) (Westerkwartiers)
- op de grode trom sloag'n (=men schreeuwt om aandacht) (Westerkwartiers)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen