41 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `onder de`
- de bocht achter/onder de arm houden (=extra voorzichtig zijn, iets nog niet garanderen. (een bocht houden in het touw dat je laat vieren))
- er is niets nieuws onder de zon (=alles is al eerder vertoond)
- er is onkruid onder de tarwe (=er zijn minderwaardige goederen (of personen) tussen de betere)
- heden in hoogheid verheven morgen onder de aarde (=vandaag nog heel belangrijk, maar morgen misschien al dood)
- het onder de pet houden (=het niet in de openbaarheid brengen)
- het probleem onder de knie hebben (=het probleem is opgelost)
- het scheelt hem onder de muts. (=hij is niet helemaal goed wijs)
- iemand een hart onder de gordel/riem steken (=iemand moed inspreken)
- iemand het bloed onder de nagels vandaan halen (=iemand vreselijk treiteren of irriteren)
- iemand iets onder de roos vertellen (=iemand in het geheim iets meedelen)
- iemand onder de duim houden (=iemand in je macht hebben, iemand de baas zijn)
- iemand onder de kin strijken (=vriendelijke of vleiende dingen tegen iemand zeggen)
- iets onder de knie hebben/krijgen (=iets kunnen of leren kunnen)
- iets onder de kurk hebben (=iets te drinken hebben)
- iets onder de leden hebben (=niet helemaal gezond zijn)
- iets onder de loep nemen (=iets nauwkeurig onderzoeken)
- je licht niet onder de korenmaat zetten (=meespreken, je mening geven en laten merken dat je er iets van weet)
- met zijn ziel onder de arm lopen (=zich vervelen)
- niets nieuws onder de zon (=het lijkt nieuwe informatie, maar is al eerder gezegd)
- onder de (groene) zoden stoppen (=iemand begraven)
- onder de bezem getrouwd zijn (=ongetrouwd samenwonen)
- onder de blauwe/blote hemel (=in open lucht)
- onder de geboden (=in ondertrouw)
- onder de groene zoden liggen (=begraven zijn)
- onder de hamer komen (=op een veiling verkocht worden)
- onder de loupe nemen (=nader bekijken, aandachtig bestuderen)
- onder de mantel van (=onder de schijn van)
- onder de mensen komen (=buitengaan , mensen ontmoeten)
- onder de neus wrijven (=duidelijk zeggen wat er van gevonden wordt)
- onder de pannen zijn (=de (geld)zaken goed voor elkaar hebben)
- onder de pantoffel zitten (=thuis niets te vertellen hebben)
- onder de plak zitten (=niets durven tenzij de partner het goed vindt)
- onder de schoenzolen schrijven (=ergens niets van terecht komen)
- onder de vijgenboom rusten (=in rust en welstand leven)
- onder de vleugels nemen (=onder zijn hoede nemen)
- onder de voet geraken (=uitgeput raken, ziek worden)
- onder de voet raken (=vallen)
- onder de wal zijn (=dicht bij de wal zijn)
- onder de wol kruipen (=naar bed gaan)
- varkensvlees onder de armen hebben (=erg lui zijn)
- vaste grond onder de voeten hebben (=weten waar men op steunt - in een goede positie verkeren)
12 betekenissen bevatten `onder de`
- dweilen met de kraan open (=geen kans op succes hebben, omdat men de symptomen bestrijdt zonder de oorzaak aan te pakken)
- je vel duur verkopen (=het slechts onder de grootste druk opgeven)
- iemand met de neus op de feiten drukken (=iemand iets zó onder de aandacht brengen, dat hij het niet langer kan negeren)
- iets voor het voetlicht brengen (=iets onder de aandacht brengen)
- onder ogen brengen (=onder de aandacht brengen)
- op de voorgrond staan (=onder de aandacht staan)
- op de voorgrond treden (=onder de aandacht treden)
- onder de mantel van (=onder de schijn van)
- de pantoffel kussen (=onder de slof zitten)
- in het geweer (=onder de wapens / aan het werk)
- nattevingerwerk zijn / Met de natte vinger doen (=onnauwkeurig, overhaast of zonder de geschikte methode of middelen uitgevoerd werk)
- de hakken in het zand zetten (=zich opstellen als felle tegenstander van een voorstel of ontwikkeling, zonder de bereidheid te zoeken naar positieve aspecten of naar compromissen)
50 dialectgezegden bevatten `onder de`
- 'n Gat met vuuste slaon. (=Zich vervelen, met zijn ziel onder de arm lopen.) (Aaltens)
- 't is onder de mejnsn (=het gerucht gaat rond) (Kaprijks)
- 't kinnekken maalken, maalksen loaten drinken (=soort van streling met de hand onder de kin van een kind) (Sint-Niklaas)
- a (ze) kaun onder de koepeurt ne miëe (=hij (zij) draagt hoorns (ontrouw) ) (Ninoofs)
- a ligt onder de slasj (=hij moet luisteren naar zijn vrouw) (Meers)
- Aa lei onder de sloef (=Hij heeft thuis niets te zeggen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- as ons kat eu koei was kongde ze melke onder de stoof (=als telt niet ; met als kan alles) (Antwerps)
- asjte kè voglen, kantj uk vlieg'n (=jongegetrouwde werd uit raam tweede verdieping gegooid onder de wetenschap:) (Meers)
- aste diep èn de pêt zits, ziet dan daste nie heil onder de shit kumps te zutte (=laat je niet teveel inzinken) (Munsterbilzen - Minsters)
- Aste onder de pinnekesdroëd dürkrups, moeste oplette vür de stroom en de pinnekes (=het gras aan de overkant is altijd groener) (Bilzers)
- Azzet te heet wordt onder de putjies (=Als het te heet wordt onder de voeten) (Culemborgs)
- Baloene pakke in de wermeshof onder de makrauseleer (=Meikevers vangen in de tuin onder de seringenboom) (Walshoutems)
- béste onder de vekantse noë sjoël gewés (=waar heb je dat geleerd?) (Bilzers)
- binst den aurlog (=onder de oorlog) (Winksels)
- D'r is niks gien ni-js onder de zunne. (=Er is niets nieuws onder de zon.) (Vechtdals)
- d'r stoon twie keuj oonder de buim (=er staan twee koeien onder de bomen) (Mestreechs)
- daaj mauste nog daoge èn de miëlebiëk te weeke hange (=ge stinkt uren onder de wind!) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae ès onder de vëkanse noë sjoeël gewès (=die heeft niet veel geleerd op school) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae és onder de vekanse noë sjoël gewés (=die is zo dom!) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae ès onder de vekantse (spiëltijd) noë sjoeël gewès (=hij heeft hageschooltje gelopen) (Munsterbilzen - Minsters)
- Dae löp met de plenk onder de jas. (=Die heeft niet lang meer te leven) (Venloos)
- dè / dij hêt onder de duezedrup gestane (=hij / zij is altijd klein gebleven) (Zichers)
- De beneb bi-j een aander onder de taofel steken (=Uit het ouderlijk huis vertrekken) (Giethoorns)
- De benen bi'j een aander onder de tafel steken (=Uit het ouderlijk huis vertrekken) (Giethoorns)
- de bès nie alleen opte werd (=wees wat stiller onder de lessen, anderen willen ook slapen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kie wonten gehied of op den teir gehod opte bêm onder de kannedasse (=de koeien werden gehoed of plaatselijk vastgepind in de beemden onder de kanadabomen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de lëps zen eege onder de viët, aste nimei wiës bauste lëps (=als je je eigen schaduw wordt, sta je je eigen in het licht) (Munsterbilzen - Minsters)
- de lups zen eege onder de viet (=je bent veel te onrustig) (Munsterbilzen - Minsters)
- de nöste onder de bome he'm li'ng (=gescheiden) (Sallands)
- de vreugmes keumt ônger de hoeëmes oet (=als de onderrok onder de jurk uit komt) (Weerts)
- Die dreet 'm de kòkkeral op (=Zij haalt hem het bloed onder de nagels vandaan) (Sittards)
- die zit thuis onder de knoet (=die heeft thuis niks te vertellen) (Utrechts)
- doë kos ich nie mèt onder de viet aut (=daar wist ik geen blijf mee) (Munsterbilzen - Minsters)
- è was er van gedave (=hij was er van onder de indruk) (Rotselaars)
- Eine sjlof (=man die onder de plak zit) (Berg en Terblijts)
- emes de pis lauw make (=Iemand het bloed onder de nagels uithalen) (Steins)
- emes get daoduje (=iemand iets onder de neus wrijven) (Heitsers)
- en asver daud zin, groeiter graoës op ooze bauk (=op herkhof onder de zoden liggen) (Bilzers)
- faradzjië (=het bloed van onder de nagels halen) (Munsterbilzen - Minsters)
- gank aut mê lich (=je staat me deftig onder de voeten) (Munsterbilzen - Minsters)
- gank onder de viet aut (=hoepel op) (Munsterbilzen - Minsters)
- ge kundèm onder de deur schuiven (=hij is heel mager) (Sint-Niklaas)
- get bekoongkelle (=iets onder de pet houden) (Mestreechs)
- get onder de mat kaere (=iets willen verborgen houden) (Munsterbilzen - Minsters)
- haa lee onder de grien sezze (=hij is begraven) (Hulshouts)
- haaj hètter e graut bakkes, mèr te zeines likter onder de sloef (=hier voert hij het hogge woord en thuis heeft hij niets te zeggen) (Munsterbilzen - Minsters)
- heil onder de viet (=van zijn sas) (Munsterbilzen - Minsters)
- Hemmie kneist dat (=Hij heeft het aardig onder de knie) (Deventers)
- Hij is van 't hands gods geslougen. (=Hij is er sterk van onder de indruk.) (Bevers)
- hij leg onder de zooien (=hij is begraven) (Westlands)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen