15 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `nieuw`
- de nieuwe mens aandoen (=zijn gewoonten en zeden verbeteren)
- die haalt de nieuwe aardappelen niet (=iemand die gauw zal gaan sterven)
- een nieuwe bron aanboren (=een nieuwe manier vinden om iets te krijgen)
- een nieuwe lap op een oud kleed (=een zinloze toevoeging)
- een nieuwe voordeur krijgen (=gezegd bij het bereiken van een tiende levensjaar, dus 10, 20, 30 etc.)
- er is niets nieuws onder de zon (=alles is al eerder vertoond)
- geen nieuws is goed nieuws (=zolang het goed gaat met iemand is het lang niet zo sensationeel als dat het slecht gaat met iemand)
- het wiel opnieuw uitvinden (=dubbel werk doen)
- niets nieuws onder de zon (=het lijkt nieuwe informatie, maar is al eerder gezegd)
- nieuw bloed (=nieuwe deelnemers, werkers)
- nieuwe bezems vegen schoon, maar oude bezems kennen alle hoeken en gaten (=nieuwe medewerkers (of: nieuwe leiders) pakken de zaken grondig aan, maar oude medewerkers (of: oude leiders) weten hoe het moet op grond van ervaring)
- nieuwe heren nieuwe wetten (=nieuwe bazen vaardigen ook nieuwe regels uit)
- nieuwe messen snijden scherp (=met iets (iemand) nieuws is het aangenaam werken)
- oude schoenen wegwerpen voor men nieuwe heeft (=het onzekere voor het zekere nemen)
- oude wijn in nieuwe zakken (=de zaken zijn anders gepresenteerd, maar niet wezenlijk veranderd)
34 betekenissen bevatten `nieuw`
- de oude mens afleggen (=(en de nieuwe aantrekken) een nieuw leven beginnen - beterschap beloven)
- als er één schaap over de dam is, volgen er meer (=als één persoon iets nieuws geprobeerd heeft, durven anderen ook wel)
- strijk en zet (=altijd weer opnieuw)
- terug naar af (=begin maar weer opnieuw)
- op de pianist schieten (=de onschuldige (de brenger van het nieuws) straffen)
- zijn lesje wel geleerd hebben (=die fout niet opnieuw maken)
- een nieuwe bron aanboren (=een nieuwe manier vinden om iets te krijgen)
- van praat komt praat (=een nieuwtje wordt snel verder verteld)
- een sprong in het diepe wagen (=een risico nemen en iets nieuws proberen.)
- iemand het hemd van het lijf vragen (=erg nieuwsgierig zijn en alles van iemand proberen te vragen)
- je ogen uitkijken (=erg verbaasd of nieuwsgierig staan kijken)
- iemand uit de loog borstelen (=hem nieuwe kleren geven)
- niets nieuws onder de zon (=het lijkt nieuwe informatie, maar is al eerder gezegd)
- de wijde wereld intrekken (=het verkennen van nieuwe plaatsen, ervaringen en mogelijkheden buiten het vertrouwde)
- het warm water (her)uitvinden (=iets wat reeds lang bekend is, presenteren alsof het een originele innovatie is. (Niet verwarren met `het wiel opnieuw uitvinden`))
- op een oude fiets moet je het leren (=lesmateriaal is zelden nieuw)
- nieuwe messen snijden scherp (=met iets (iemand) nieuws is het aangenaam werken)
- als een feniks uit de as herrijzen (=na de totale vernietiging opnieuw opbouwen)
- krakende wagens lopen/rijden het langst (=nieuw hoeft niet altijd beter te zijn / mensen die vaak ziek zijn worden vaak toch heel oud)
- nieuwe heren nieuwe wetten (=nieuwe bazen vaardigen ook nieuwe regels uit)
- andere heren andere wetten (=nieuwe bazen willen nieuwe regels)
- nieuw bloed (=nieuwe deelnemers, werkers)
- nieuwe bezems vegen schoon, maar oude bezems kennen alle hoeken en gaten (=nieuwe medewerkers (of: nieuwe leiders) pakken de zaken grondig aan, maar oude medewerkers (of: oude leiders) weten hoe het moet op grond van ervaring)
- heet van de naald (=nog heel nieuw (van een product))
- om de haverklap (=op alle mogelijke momenten, steeds weer opnieuw)
- het is een slechte bruiloft waar maar één bruid is. (=op bruiloften worden vaak nieuwe relaties gevormd)
- van bruiloft komt bruiloft. (=op bruiloften worden vaak nieuwe relaties gevormd)
- met een schone lei beginnen (=opnieuw mogen beginnen, zonder dat misstappen uit het verleden nog zichtbaar zijn)
- uit de as herrijzen (=opnieuw opbouwen na een brand)
- een oud paard van stal halen. (=oude argumenten opnieuw gebruiken)
- de drempel platlopen (=steeds opnieuw bezoeken)
- te pas en te onpas (=steeds opnieuw, of het nu zin heeft of niet)
- aan de weg timmeren (=veel activiteiten ontplooien en daarmee naar buiten treden om verandering en vernieuwing te bewerkstelligen)
- als een lopend vuurtje (=zich snel verspreidend (van een bericht of nieuwtje))
25 dialectgezegden bevatten `nieuw`
- 'n ve (r) sse bole (=nieuw pakje tabak) (Waregems)
- ' n nij waark op touw zett' n (=een nieuw karwei beginnen) (Westerkwartiers)
- daor wee'k neks van (=deze informatie is geheel nieuw voor mij) (Bredaas)
- Das nief. (=Deze informatie is geheel nieuw voor mij.) (Olens)
- Een nieuw gerijke (=Een nieuwe fiets, brommer, auto) (Maldegems)
- en toen kwaame we Jaontjus tege (bij Keesjus opput Vaarkusmartje 1973) (=begin van een nieuw verhaal) (Oudenbosch)
- erdoeëns (=op nieuw beginnen) (Veurns)
- geen kweeltje an (=zo goed als nieuw) (Flakkees)
- gielegoal in 't nief/nieët (=helemaal in het nieuw) (Wichels)
- ie ee moet' n ploei' n veur da niev veurstel (=hij heeft een nieuw voorstel moeten accepteren (tegen zijn wil) ) (Waregems)
- ij eeden nuf itkommer (=hij heeft een nieuw gebit) (Vels)
- koupe, heer kuip ziech e nuij pekske (=kopen, hij koopt een nieuw kostuum) (Mestreechs)
- mèn nuuw schoen zèn nòg as nuut (=mijn nieuwe schoenen zijn nog als nieuw) (Tilburgs)
- n ou wijf mee nieuw kleeren blijft een ou wijf. (=Een voorzetgevel maakt van een oud huis geen nieuwbouw.) (Evergems)
- oop'n deur'n ientrapp'n (=iets wat bekend is als nieuw verkondigen) (Westerkwartiers)
- same doorhaoje (=samen oud op nieuw vieren) (Heitsers)
- Ter spinning gaan. (Is dut Assedellefts?) (=Met oud op nieuw feesten.) (zaans)
- va vuur aaf aan (=op nieuw) (Sjilvends)
- vanaandring van spaajs deed aete (=een nieuw omgeving doet soms wonderen) (Munsterbilzen - Minsters)
- Veul zeege in 'nieuwe jaar (=Een gezegend nieuw jaar) (Texels)
- wa ge naw zegt (=deze informatie is geheel nieuw voor mij) (nieuwmoers)
- wa zedde nou? (=hetgeen u mij nu vertelt is geheel nieuw voor mij) (Bredaas)
- ze waar himmòl in-t nûut (=ze was helemaal in het nieuw) (Tilburgs)
- Zjust gelak nief (=Zo goed als nieuw) (Herentals)
- zjust gelak nief (=zo goed als nieuw) (Olens)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen