9 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `nag`
- aan een been knagen (=langdurig vergeefs bezig zijn)
- als aan de grond genageld staan (=perplex staan)
- een nagel aan iemands doodkist (=een groot verdriet of iemand die een groot verdriet veroorzaakt)
- geen nagel hebben om zijn gat te krabben (=heel erg arm zijn)
- het kruis nageven (=hopen dat hij vooral nooit meer weerkomt)
- het zijn niet de slechtste vruchten waaraan de wespen knagen (=over goede mensen worden vaak onaardige dingen verteld)
- iemand het bloed onder de nagels vandaan halen (=iemand vreselijk treiteren of irriteren)
- klauwen en nagels hebben (=zich kunnen verdedigen)
- rouwranden aan zijn nagels hebben (=zwarte randjes onder vingernagels hebben)
6 betekenissen bevatten `nag`
- vis begint aan de kop te stinken (=als een bedrijf een slecht management heeft)
- een onbekookt plan (hebben) (=een plan hebben waar niet goed over is nagedacht)
- iets op je vingers kunnen natellen (=iets erg gemakkelijk kunnen nagaan/checken)
- de balans opmaken (=kijken hoe iets verlopen is; nagaan of je ergens voordeel of nadeel van hebt gehad)
- piae memoriae (=ter zalige nagedachtenis)
- rouwranden aan zijn nagels hebben (=zwarte randjes onder vingernagels hebben)
23 dialectgezegden bevatten `nag`
- 'Ij èt nag wel 'n achterpleggie (=hij heeft nog wel wat achter de hand) (Enkhuizens)
- Booi het de wiendzak nag oal wijd open (=het waait ontzettend hard) (Wierings)
- Dair out nag wet an! (=Wat duurt dat lang!) (Volendams)
- dat komt nag bèst of! da' s bèst ofkommen! (=oef!) (Westfries)
- dát stált 'r nag neet óp (=dat lijkt er nog niet op) (Horster)
- De lucht zit nag vol dage. (=Tijd genoeg.) (zaans)
- Der bluuft nag 'n steertje over (=Er blijft nog een restje over) (Texels)
- doa kiek ik nag ni óp á (=dat intereseert me niet) (Horster)
- Dut eh je nag nooit zien! (=Dit heb je nog nooit gezien!) (Volendams)
- Dut weejt nag wet! (=Dit gaat nog niet gemakkelijk!) (Volendams)
- e jej nag slik van de bap at? (=heb jij nog snoep van opa gehad?) (Volendams)
- Eh jai nag n brokkie zaaip (=Mag ik de zeep even) (Volendams)
- Eh je Jan Tuf nag zien? (=Heb je Jan Tuf nog gezien) (Volendams)
- er is nag noewt emus van ene berm doëd gevalle (=bang zijn om fouten te maken) (Maasbrees)
- Et is nag gien zemer! (=Het is nog geen zomer!) (Volendams)
- Geet je tuffertje nag (=Red u het nog (Gezegde tegen een inwoner van Marken)) (Monnickendams)
- haes se nag wäörd! (=daar sta ik van te kijken!) (Tegels)
- Haese nag wöärd! (=Wat zeg je me daarvan?! (heb je nog woorden!)) (Tegels)
- hoed nag blaize, ook wel: toete nag de rand (=van toeten nog blazen weten) (Westfries)
- Oud, oud? De dúvel is oud, en ze moer nag ouwer. (=Over oud worden.) (Zaans)
- Trien, hew je nag kneinevoer? (=Heb je nog konijnvoer?) (Westfries)
- Tussen dut en dat is ôk nag wat! (=Bekijk het niet zo zwart-wit!) (Westfries)
- Wist ze nàg wet (=Wat had ze te vertellen) (Volendams)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen