Spreekwoorden met `in te`

Zoek

4 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `in te`

  1. elk heeft genoeg in eigen tuin te wieden. (=bekritiseer geen anderen als je zelf niet perfect bent)
  2. je fortuin te grabbel gooien (=geld verspillen)
  3. niet in tel zijn (=niet belangrijk genoeg zijn of genegeerd worden door anderen)
  4. niets dan lege briefjes hebben in te brengen (=voorstellen waarvan je vooraf al weet dat deze toch niet bekeken worden)

10 betekenissen bevatten `in te`

  1. als je geschoren wordt, moet je stilzitten (=als er scherpe kritiek op je is (je wordt geschoren), kun je beter rustig wachten tot het voorbij is, in plaats van erop in te gaan)
  2. er voor gaan (=besluiten aan een onzekere onderneming te beginnen en zich er volledig voor in te zetten)
  3. in februari klagen de boeren het minst. (=boeren klagen altijd maar februari heeft de minste dagen om in te klagen (grapje))
  4. andermans boeken zijn duister te lezen (=de toestand of bedoelingen van een ander zijn moeilijk in te schatten)
  5. een vinger in de pap hebben (=ergens iets in te zeggen hebben, invloed hebben)
  6. de rook kan het hangerijzer niet deren (=het heeft geen zin te proberen iets dat vast staat te veranderen)
  7. het klopt als een zwerende vinger (=het past goed; het is logisch; het is volkomen juist; er is niets tegen in te brengen. (Equivalent aan: het sluit als een bus.))
  8. geen profeet is in zijn (eigen) land geëerd (=in tegenstelling tot vreemden, zijn mensen uit je woonplaats minder bereid te luisteren)
  9. een nul in het cijfer zijn (=niets in te brengen hebben)
  10. haastige spoed is zelden goed (=zaken in te hoog tempo afwerken vergroot de kans op fouten)

29 dialectgezegden bevatten `in te`

  1. 't begunt bij mij te kriebel'n (=ik begin er echt zin in te krijgen) (Westerkwartiers)
  2. as een aa sjieër èn brand sjit, ès zë nimei te blèsse (=als een oude vrouw verliefd geraakt, is ze niet in te tomen) (Munsterbilzen - Minsters)
  3. Da's 't plang van (H) eist: vierkante zwienekootn me' roend' (h) oekn: zegswijze die men gebruikt om in te stemmen met iemands voorstel (=Dat is het plan van Heist: vierkante zwijnenkoten met ronde hoeken) (Klemskerks)
  4. da's gien vlees en gien vis (=dat is nergens bij in te delen) (Westerkwartiers)
  5. da's gien vlees en ok gien vis (=dat is niet in te delen) (Westerkwartiers)
  6. dae ès mèttë broekeriem grautgebraach (=die is streng behandeld geweest om hem goede manieren in te pompen) (Munsterbilzen - Minsters)
  7. dae haet niks in te bringe a laeg breefkes (=hij mist elke gezag) (Tegels)
  8. dae heet zien erte oet (=iemand die niets meer heeft in te brengen) (Weerts)
  9. de hëbs haaj niks te koekke (=je hebt hier niets in te brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
  10. diejen beker oalde gij (=daar is niets tegen in te brengen) (Oudenbosch)
  11. één wat ien 't oor biet'n (=iemand proberen iets in te prenten) (Westerkwartiers)
  12. ejet zoag'n in tè (=Waarom ben je aan het zagen) (Iepers)
  13. en naa oen aa! (=Wat heb je daar tegen in te brengen?) (Brussels)
  14. èttalaasj (=vèr poepen in te zètte) (Dendermonds)
  15. genen puit te biechten hebben (=niets in te brengen hebben) (Graauws)
  16. Haaj 'em maar neet in! (=Je hoeft je buik niet in te trekken) (Roermonds)
  17. haat oer haan en viet werm, völ moëtig oeren derm, haat alles boëve en onder oëpe, dan goën de dëktaurs en apeteikers loope (=wees matig in alles, dan hoeft er niemand in te grijpen) (Munsterbilzen - Minsters)
  18. hae hèt al ze kraut versjoeëte (=de jager ziet er geen schot meer in te krijgen) (Munsterbilzen - Minsters)
  19. Hee slöp ächteran (=Hij heeft niets in te brengen (in huwelijk) ) (Epers)
  20. hij het ok 'n stem ien 't kapittel (=hij heeft ook wel iets in te brengen) (Westerkwartiers)
  21. hij smeert 'em stroop om 'e mond (=hij probeert hem in te palmen) (Westerkwartiers)
  22. hij zit tuus onner de pantovvel (=hij heeft thuis niets in te brengen) (Westerkwartiers)
  23. iets loate (n) betijn (=iets zijn gang laten gaan zonder in te grijpen) (Sint-Niklaas)
  24. maug ich tèssëdoër ook ës ë wiëdsje plassiëre (=heb ik ook nog wat in te brengen) (Munsterbilzen - Minsters)
  25. onder de slof zitten (=niets in te brengen hebben) (Graauws)
  26. Op nen a vulo mudder liere rije (=Om je in te wijden in de liefde ben je beter af met een oudere persoon) (Koersels)
  27. Te lui en te liederlijk zijn, Op zn lauweren rusten. / Te lui (en te liederlijk) om de dag in te kijken (=Hij rust de hele dag en voert geen klap uit.) (Utrechts)
  28. tinnës niks te koekke hëbbe (=thuis niets in te brengen hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
  29. zebbe niks in te brenge as lege briefkes (=ze hebben niets te vertellen) (Oudenbosch)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen