Spreekwoorden met `branden`

Zoek

10 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `branden`

  1. bang zijn zich aan koud water te branden (=erg voorzichtig zijn)
  2. branden als een (tiere)lier (=een heel erg hevige brand)
  3. branden als een fakkel (=zeer fel branden)
  4. brandende kwestie (=een dringende, actuele zaak)
  5. de schepen achter zich verbranden (=een beslissing nemen en niet meer terug kunnen)
  6. een kaars voor de duivel branden (=slechte daden goedpraten omdat er je er voordeel uit kan halen)
  7. je kaars aan twee kanten branden (=zijn krachten of mogelijkheden al te vroeg verspillen)
  8. je vingers aan iets branden (=zich in iets vergissen, nadeel aan iets ondervinden)
  9. kijken of men water ziet branden (=heel erg verbaasd kijken)
  10. te veel vuur in een stoof doet ze branden (=te veel is schadelijk)

3 betekenissen bevatten `branden`

  1. in de as leggen (=(doen) afbranden)
  2. in vuur en vlam staan (=erg opgewonden zijn / hevig branden)
  3. branden als een fakkel (=zeer fel branden)

6 dialectgezegden bevatten `branden`

  1. a ge da us wit dan gut da perke wel an (=als je dat eens wist dan gaat het lampje wel branden) (Wijchens)
  2. gij verbraant daore op oew ziel (=je branden aan heter dan gloeiendheet) (Oudenbosch)
  3. je hartharen branden (=Je mond branden) (Rotterdams)
  4. mèt gein paerdsgeweldj väöroet te kriege (=niet meewerken; niet vooruit te branden) (Heitsers)
  5. zën fikke verbranne (=zijn vingers branden (fig.) - iets gedaan hebben dat niet goed meevalt) (Munsterbilzen - Minsters)
  6. zun ogen branden in ze kop of 'en et d'helle bedrogen' (=stouterik) (Veurns)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen