Spreekwoorden met `Stig`

Zoek

6 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `Stig`

  1. de uitzondering beveStigt de regel (=overal zijn er uitzonderingen)
  2. een haaStig woord is gauw gezegd. (=zeg geen dingen zonder eerst na te denken)
  3. een haaStige hond werpt blinde jongen. (=te snel of impulsief handelen heeft slechte gevolgen)
  4. haaStige spoed is zelden goed (=zaken in te hoog tempo afwerken vergroot de kans op fouten)
  5. je penaten ergens veStigen (=zich vestigen (zich ergens thuis voelen))
  6. zo luStig zijn als een vogeltje dat koe heet (=buitengewoon loom zijn)

82 betekenissen bevatten `Stig`

  1. benen maken (=(haaStig) weggaan)
  2. als het voeten heeft (=als de omstandigheden gunStig zijn)
  3. de kat de bel aanbinden (=als eerste een begin maken aan iets moeilijks (een laStige klus of een ingewikkeld gesprek))
  4. als je geschoren wordt, moet je stilzitten (=als er scherpe kritiek op je is (je wordt geschoren), kun je beter ruStig wachten tot het voorbij is, in plaats van erop in te gaan)
  5. als de nood aan de man komt (=als het ernStig wordt)
  6. kalmte zal je redden (=als je ruStig blijft gaan de dingen beter)
  7. aan het licht brengen (=bekend maken (bijz. van ongunStige dingen))
  8. aan het licht komen (=bekend worden van ongunStige dingen)
  9. met een been in het graf staan (=bijna dood, ernStig ziek)
  10. dat moet je niet uitpoetsen/uitvlakken (=dat is ernStiger dan het lijkt)
  11. die perzik smaakt naar meer (=dat is gunStig - nog van dat!)
  12. over de schreef gaan (=een ernStige fout maken)
  13. onder het mes zitten (=een examen hebben, in angStige omstandigheden zitten)
  14. eet vis, als er vis is. (=een gunStige gelegenheid moet men niet ongebruikt laten voorbijgaan.)
  15. een tang van een wijf. / Een oude tang (=een heks, feeks. / Een oude laStige vrouw)
  16. een aal bij de staart hebben (=een laStige taak ondernemen)
  17. de bui zien hangen (=een ongunStige situatie aanvoelen voordat deze zich daadwerkelijk voordoet)
  18. iemand het voordeel van de twijfel gunnen (=een onzekere factor voor hem zo gunStig mogelijk laten meetellen)
  19. zo kalm als een zalm (=een ruStig persoon)
  20. rusten aan abrahams` borst (=een ruStig, aangenaam leven leiden)
  21. rust noch duur hebben (=erg onruStig zijn)
  22. ergens een potje te vuur hebben staan (=ergens noch wat zeer ongunStigs te verwachten hebben)
  23. er zijn tenten opslaan (=ergens verblijven, zich ergens veStigen)
  24. je hart vasthouden (=ernStig zorgen maken, bang zijn dat het mis gaat)
  25. esprit de l escalier (=geeStig idee dat te laat komt)
  26. in koelen bloede iets doen (=geheel kalm en ruStig iets doen, alsof er niets aan de hand is)
  27. aan het lijf schieten (=haaStig aantrekken (kleding))
  28. piano aan gaan (=heel ruStig en langzaam gaan)
  29. op je dooie gemak (=heel ruStig, zonder zich te haasten)
  30. de laatste loodjes wegen het zwaarst (=het afwerken is vaak het laStigst)
  31. huilen met de wolven in het bos (=het er niet mee eens zijn maar wel de baas gelijk geven en beveStigen)
  32. gas terugnemen (=het iets ruStiger aan gaan doen)
  33. de breedste riemen worden uit andermans leer gesneden (=het is gemakkelijk met kwiStige hand te beschikken over wat een ander toebehoort)
  34. het is knudde met de pet op (=het is trieStig / het lijkt nergens op)
  35. het is knudde met een rietje (=het is trieStig / het lijkt nergens op)
  36. het gaat zo zijn gangetje (=het verloopt ruStig, zonder ups en downs)
  37. iemand met schele/scheve ogen aankijken (=iemand afgunStig bekijken)
  38. iemand met een zwarte kool tekenen (=iemand erg ongunStig voorstellen)
  39. iemand een grote neep geven (=iemand ernStig afbreuk doen)
  40. iemand de ogen uitsteken (=iemand jaloers maken door de aandacht te veStigen op iets wat men heeft, en wat de ander ontbreekt)
  41. voor het blok zetten (=iemand onverwacht in een laStige positie brengen; bijvoorbeeld iemand dwingen te reageren die dat eigenlijk niet wil, of iemand dwingen een keuze te maken.<>)
  42. er een halszaak van maken (=iets heel erg aantrekken en ernStig nemen)
  43. nog niet jarig zijn (=iets ongunStigs te verwachten hebben)
  44. aan het kortste eind trekken (=in de ongunStigste positie zijn / verliezen)
  45. geramd zitten (=in een gunStige positie verkeren)
  46. tussen hemel en aarde hangen (=in een laStige situatie verkeren)
  47. langzaam aan, dan breekt het lijntje niet (=je kunt beter ruStig doorwerken, dan kan er het minste fout gaat)
  48. je katoen houden (=je ruStig houden)
  49. kleine potjes lopen gauw over. (=kleingeeStige mensen zijn snel kwaad.)
  50. geen zorgen voor de dag van morgen (=maak je nu nog niet druk over mogelijke toekomStige problemen)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen