Spreekwoorden met `zondag`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `zondag`

  1. een zondagse steek houdt geen week (=de zondag is geen werkdag maar de dag des Heeren)
  2. een zondagskind (=iemand die steeds geluk heeft)
  3. een zondagssteek houdt geen week (=er rust geen zegen op het werk wat iemand op zondag doet)

2 betekenissen bevatten `zondag`

  1. een zondagse steek houdt geen week (=de zondag is geen werkdag maar de dag des Heeren)
  2. een zondagssteek houdt geen week (=er rust geen zegen op het werk wat iemand op zondag doet)

22 dialectgezegden bevatten `zondag`

  1. 'n zundagssteek holdt gien week (=werk op zondag uitgevoerd, kan niet lang goedblijven) (Westerkwartiers)
  2. 'n zundagssteek holt gien week (=wat je op zondag maakt houdt het niet lang uit) (Westerkwartiers)
  3. Den zóndag ânhèbbe (=De beste kleren aanhebben) (Genneps)
  4. e zondag acht doog (=volgende week zondag) (Hulshouts)
  5. enne doordewèèkse zóndag (=Katholieke feesdag) (Genneps)
  6. enne zóndig zoonder schòn hemd (='n doordeweekse zondag) (Horster)
  7. Gènne zóndag hèbbe (=Geen aangenaam leven hebben) (Genneps)
  8. Kiek kwaam lest Jokes nog tegen, ze ed mij toen gezeejen da'k moes zeggen da't zondag ginne mis is. (=Ik kwam laatst Joke nog tegen, ze zei dat ik moest zeggen dat het zondag geen mis is.) (brabants)
  9. maandeg, dînsdeg, woensdeg, donderdeg, frijdeg, saterdeg, sundeg (=maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag zaterdag, zondag) (Bildts)
  10. mee Bosse kermis (=de eerste zondag na tweede woensdag in augustus) (Oudenbosch)
  11. meschient komt z-oomaa un zondag (=misschien komt oma a.s. zondag) (Tilburgs)
  12. op körfkeszunjig moge ze oet vrieje (=met de zondag van halfvasten mocht men weer even op het vrijerspad) (Heitsers)
  13. op uëg en liëgdag weirken (=op hoogdag en laagdag werken op zondag en weekdag werken) (Meers)
  14. op zondag ut lòf raande (=op zondag het lof overslaan) (Tilburgs)
  15. sondaags (=op zondag) (Heusdens)
  16. sondes en swêrdes (=zondag en werkdag) (Bilzers)
  17. sondes trokke ver noë Jam vür te daase, ternoë goenge vër dèk nog noë de Kits, de Lotus, De Saturnes, Bloemenhoëf of noë de hee bij de Pèèk (=Bij Jam (Guillaume Paulissen) kwam iedere zondag een orkest optreden en daar gingen we dansen; daarna zakten we soms nog wat af in het dorp) (Munsterbilzen - Minsters)
  18. Sunneswaark is niet staark (=zondag is een rustdag) (Giethoorns)
  19. tsongdags; de zongdag (=op zondag) (Sint-Niklaas)
  20. Vurrige zondag 8 daag (=zondag een week geleden) (Ewijk (Euiwwiks))
  21. zundagsgewin zit gien zeengn in. (=werk op zondag wordt niet gezegend) (Vechtdals)
  22. Zunnes waark is niet staark (=zondag rustdag) (Giethoorns)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen