101 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `Door`
- `t Is gelijk of men van/Door de kat of de kater/hond gebeten wordt (=het maakt niet uit hoe of waardoor je benadeeld bent geweest)
- aan een stuk Door (=ononderbroken)
- alles Door het halsgat jagen (=alles opmaken aan eten en drinken)
- als Door een adder gebeten zijn (=opeens fel reageren)
- als Door een repel getrokken (=zeer mager)
- als een warm mes Door de boter (=als iets erg makkelijk of geleidelijk gaat)
- de hete aardappel Doorspelen (=iemand anders de vervelende klus laten opknappen)
- de knoop Doorhakken (=een beslissing forceren. (Afgeleid van het verhaal van de Gordiaanse knoop))
- de kogel Door de kerk laten gaan (=de beslissing nemen)
- de liefde van een man gaat Door de maag. (=je kan een man veroveren met goede kookkunst en lekker eten.)
- de maan komt al Door de bomen/wolken (=gezegd van iemand die kaal begint te worden)
- de molen is/loopt Door de vang (=de zaak of persoon is in de war (gek))
- de mug uitzuigen en de kameel Doorzwelgen (=de onschuldige straffen en zelf schaamteloos zondigen)
- de paal Door de oven steken (=bankroet gaan, zich te gronde richten)
- de paal Door de oven werken (=bankroet gaan)
- de sterkte van de ketting wordt bepaald Door de zwakste schakel (=het geheel is niet sterker dan het zwakste onderdeel)
- de stoppen slaan bij hem Door (=hij verliest zijn zelfbeheersing)
- de toets kunnen Doorstaan (=alle antwoorden op vragen/problemen weten)
- de vuurproef Doorstaan (=slagen in de moeilijke onderneming)
- de wereld draait Door (=het leven gaat gewoon door, ondanks problemen.)
- de wind niet Door de hekken laten waaien (=elke gelegenheid te baat nemen)
- de zwartepiet Doorspelen (=de schuld doorschuiven)
- Door de achterdeur weer binnenkomen (=onverwacht terugkomen op een afgeronde situatie)
- Door de bank genomen (=gemiddeld; meestal; gewoonlijk)
- Door de bocht gaan (=toegeven)
- Door de bomen het bos niet meer zien (=door alle details het overzicht verliezen)
- Door de bril van een ander zien (=de mening van een ander blind vertrouwen)
- Door de kajuitsramen aan boord komen (=onmiddellijk bevelhebber worden, zonder eerste ondergeschikte te zijn geweest)
- Door de knieën gaan (=ergens met tegenzin mee akkoord gaan)
- Door de mand vallen (=doorzien worden)
- Door de mazen van het net glippen/kruipen (=op het nippertje ontsnappen)
- Door de molen halen (=een zeer uitgebreide procedure doen ondergaan)
- Door de neus boren (=iemand anders iets de mogelijkheid ontnemen)
- Door de ouderdom wordt de wolf grijs. (=mildheid komt met de jaren)
- Door de spitsroeden lopen. (=veel kritiek krijgen, gestraft worden)
- Door de wol geverfd zijn (=brutaal , schaamteloos zijn)
- Door de ziel gaan (=erg pijnlijk of verdrietig zijn)
- Door de zure appel (heen)bijten (=het onaangename doen of over zich heen laten gaan)
- Door dik en dun (=in goede en slechte tijden / alles overhebben voor iemand)
- Door een donkere bril bekijken (=op een pessimistische manier bekijken)
- Door een eiken plank kunnen zien als er een gat in zit (=niet zo bijzonder zijn als je je voordoet)
- Door en Door kennen (=precies weten hoe iemand is)
- Door het behang gaan (=voor schut gezet worden)
- Door het hennepen venster kijken (=opgehangen worden)
- Door het ijs zakken (=niet aan de verwachtingen voldoen.)
- Door het kluisgat aan boord komen (=de lagere rangen doorlopen alvorens bevelhebber te worden)
- Door het lint gaan (=door woede je emoties niet (meer) onder controle kunnen houden)
- Door het oog van de naald kruipen (=op het nippertje ontsnappen)
- Door het verleden achtervolgd worden (=problemen of fouten van vroeger blijven invloed hebben.)
- Door merg en been gaan (=hartverscheurend zijn)
196 betekenissen bevatten `Door`
- aan de lopende band (=aan één stuk Door; steeds maar weer)
- tegen de klippen op gaan (=aan een stuk Doorgaan (met liegen))
- bij de roes (=alles Door elkaar)
- geen ding betert door ouderdom (=alles verslijt Door de ouderdom)
- gedeeld geheim, verloren geheim. (=als je een geheim Doorvertelt is het geen geheim meer)
- wie appelen vaart, die appelen eet (=als je handelt in bepaalde goederen, dan zul je deze zelf waarschijnlijk ook gebruiken. / Iemand die bepaalde werkzaamheden voor een ander moet verrichten, geniet daar Doorgaans zelf ook van)
- een geplaveide weg is des duivels oorkussen (=als je niets doet en lui bent, doe je ook niks goeds / mensen die zich vervelen omdat ze niets te doen hebben, kunnen tot de slechts dingen komen daarDoor)
- gedeelde smart is halve smart (=als je over problemen praat, dan kan je het makkelijker verwerken / Door de problemen/ellende van een ander is het gemakkelijker de eigen problemen/ellende te dragen)
- wanneer twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen (=als twee strijdende personen of partijen zich richten op elkaar, kan een ander daarvan profiteren Door zich datgene toe te eigenen waar om gestreden wordt)
- zitten alsof men een luis in zijn oor heeft (=alsof hij Door zijn geweten beschuldigd wordt)
- met alle winden waaien (=altijd iedereen gelijk geven / Door alles en iedereen laten beïnvloeden)
- keur baart angst. (=bang zijn om niet de goede keuze te maken Door een teveel aan opties)
- wie hoog klimt kan laag vallen (=belangrijke zaken snel kwijt raken Door kleine dingen)
- beter blooie Piet dan dooie Piet (=beter een aarzelend iemand dan iemand die onDoordacht handelt)
- door merg en been gaan/dringen/snijden (=buitengewoon kwetsend of Doordringend zijn)
- ze waren fout (=collaborateurs en fascisten gedurende de Tweede WerelDoorlog)
- dat is van de baan (=dat gaat niet Door)
- koffen en smakken zijn waterbakken (=dat soort dingen kan veel Doorstaan)
- dat houdt me op de been (=dat zorgt ervoor dat ik Door kan blijven gaan; daarDoor houd ik het vol)
- door het kluisgat aan boord komen (=de lagere rangen Doorlopen alvorens bevelhebber te worden)
- de zwartepiet doorspelen (=de schuld Doorschuiven)
- de tand des tijds (=de sleet Door de ouderdom)
- eb en vloed wachten op niemand (=de tijd gaat gewoon Door)
- weten waar de aal kruipt (=de ware bedoelingen van iemand Doorzien)
- door de bomen het bos niet meer zien (=Door alle details het overzicht verliezen)
- genadebrood eten (=Door anderen onderhouden worden)
- je trekken thuis krijgen (=Door anderen op dezelfde manier behandeld worden als je hun behandelde (bv met een streek))
- met een gouden hengel vissen (=Door bedrog zijn doel halen)
- de wal keert het schip (=Door beperkingen enigerlei niet verder kunnen)
- goed gereedschap is het halve werk (=Door de juiste hulpmiddelen te gebruiken wordt het karwei snel geklaard)
- er geen touw aan vast kunnen knopen (=Door de onduidelijkheid niet kunnen begrijpen wat er wordt bedoeld)
- in goede aarde vallen (=Door de ontvanger goed ontvangen worden)
- recht praten wat krom is (=Door een ingewikkelde, onjuiste redenering een onzuivere situatie, daad of besluit trachten van een rechtvaardiging te voorzien)
- een ongeluk zit in een klein hoekje (=Door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
- je achter de oren krabben (=Door een onverwachte, zorgelijke ontwikkeling tot nadenken gestemd zijn)
- een zware pijp roken (=Door eigen schuld in moeilijkheden komen)
- in de fuik lopen (=Door eigen stommiteiten in een valstrik lopen)
- je uit de markt prijzen (=Door eigen toedoen laten anderen diegene links liggen)
- een Babylonische spraakverwarring (=Door elkaar spreken zonder naar elkaar te luisteren en elkaar niet verstaan)
- reageren met de voeten (=Door ergens weg te gaan, weg te blijven of niet meer terug te keren, aangeven dat men niet tevreden is)
- gierigheid is de wortel van alle kwaad (=Door gierigheid ontstaan er veel problemen en is er veel ellende in de wereld)
- niet door mensenhanden gebouwd (=Door God of natuur tot stand gebracht)
- een proefballonnetje oplaten (=Door het doen van een uitspraak de mening van anderen peilen)
- ipso facto (=Door het feit zelf)
- door vragen wordt men wijs (=Door het stellen van vragen kun je veel te weten komen en veel kennis opdoen)
- buurmans leed troost (=Door het verdriet of de pijn van een ander kun je je eigen verdriet en pijn beter verdragen)
- tijd heelt alle wonden (=Door het verloop van tijd worden herinneringen zwakker en de erge dingen minder erg)
- tijd slijt (=Door het verloop van tijd worden herinneringen zwakker en de erge dingen minder erg)
- aan iemands leiband (=Door iemand geleid)
- een spaak in het wiel steken (=Door iemands ingrijpen gaat een plan van de ander niet Door)
50 dialectgezegden bevatten `Door`
- (h) oet va' woajboomm: uitdrukking Door timmerlieden gebruikt voor slecht, minderwaardig hout (=hout van waaibomen) (Klemskerks)
- 'et giet weer niet deur (=Het gaat weer niet Door) (Hoogeveens)
- 'k ben m'n and'n ofgesneen (=werk niet kunnen verderzetten Door omstandigheden) (Waregems)
- 'k was gepakt as ik oordun da zèn broer dood was (=Door iets getroffen zijn, verdriet hebben) (Sint-Niklaas)
- 'k zen schampavie (=Ik ga ervan Door) (leuvens)
- 'k Zen vuts (=Ik ben Door) (Leopoldsburgs)
- 'k zient neuzewies (=ik heb het Door) (Veurns)
- 'kem het int snuetje (=Iets Door hebben) (Herentals)
- 't begunt bij 'em te schemer'n (=hij begint het Door te krijgen) (Westerkwartiers)
- 't gieët d'n oôve in (=als iets Door gaat) (Weerts)
- 't goa niet deure (=het gaat niet Door / afgelast) (Waregems)
- 't is alt deur iet da ne puit geen hoar eet (=Het komt altijd wel Door het een of ander) (Bevers)
- 't is om t even of je deur de katte of den hoengd wor gebete (=het is om het even of je Door de kat of Door de hond wordt gebeten) (Flakkees)
- 't is verschoten of verschenen (=iets (vb gordijnen) dat verkleurd is Door de zon) (Zottegems)
- 't kom nie Door z'un melkgebitje (=Een oud iemand die is overleden) (Westlands)
- 't Kwam mij dwars veur de hals te zitten (=Ik kon het niet Door de keel krijgen) (Drents)
- 't volt één 't woatre (=het geplande gaat niet Door) (Waregems)
- 't was van te moeten (=snel huwelijk Door zwangerschap) (Sint-Niklaas)
- 't wordt buug'n of barst'n (=we zetten hoe dan ook Door) (Westerkwartiers)
- 't Zal an je gatje nie snêêuwen (=Dat gaat daarom niet Door) (Zeeuws)
- 't zal au / au gat voaren (=je zult er moeten aan wennen (ook: voordeel Door hebben)) (Wichels)
- ’t és skuë gerief mur ge meug ‘et nie in uis émmen (='t is een mooie vrouw, maar je mag ze niet in huis hebben (smalend gezegd Door mannen over een vrouw, )) (Meers)
- a eentj in 't snùtjen (=hij heeft het Door) (Meers)
- A gink ne gank ze, dee de veedee dee... (=Hij vloog Door de voordeur Door...) (Teralfens)
- a tert op zènnen oeësem (=Door een inspanning buiten adem geraken) (Meers)
- Aa eiget deu (=Hij heeft het Door) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa gauter nogal e gat vanoët (=Hij gaat er nogal van Door) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- aal doende leert men (=Door te oefenen leer je het wel) (Westerkwartiers)
- acute lood vergiftiging (=doodgaan Door een kogel) (Klazienaveens)
- aerpele zeen lekker, mer mótte ieërst Door ‘n verke gevraete zeen (=varkensvlees smaakt beter dan aardappelen) (Heitsers)
- Akkerderen (=Door een deur kunnen) (Eersels)
- al geet de lieëge wol ës op hol, de woërd aaterholt hër wol (=beter gekwetst Door de waarheid dan gesust Door een leugen) (Munsterbilzen - Minsters)
- alles deur 'n anner hen (=alles Door elkaar heen) (Westerkwartiers)
- Als klein jung op groetemins kakhuuskens goan, vallen ze Door de bril (=Te veel riskeren is ook niet goed. is niet altijd goed) (Achels)
- amai, dad is Door bouven ok gryerekees (=iemand die vergeetachtig is) (Ransts)
- aofsjiete (=Door de zon verbleken) (Munsterbilzen - Minsters)
- as 't dat moar deur hest (=als je dat maar Door hebt) (Westerkwartiers)
- As hi'j het in de kop ef,dan ef hi'j het niet in de konte (=Hij zet wel Door zo hij het wil) (Giethoorns)
- ass'reerd'oi (=ga moedig Door) (Waregems)
- assët vries èn zën sjoen, hëbste geen stattële vandoen (=slechte schoenen kunnen de koude niet tegenhouden, zelfs niet Door ze goed dicht te binden) (Munsterbilzen - Minsters)
- Ast er iet is.....da welle gekreege hemme van ozze lieven hiejer. Dan ist toch wel `TIJD` en een lijf in ozze bloewete. Ge zoo zot mutte zen, oem da deur een aander te loate verkloewete. (=Als er iets is dat we gekregen hebben van onzen Lieven Heer, dan is het toch wel `TIJD` en een lichaam in onzen bloten. Ge zou toch gek moeten zijn, om dat Door iemand anders let laten verkloten.) (Geels)
- aste ént bootsje zits, moeste métroeje (=je doet er beter aan Door mee te werken) (Bilzers)
- aste koeëletraajn verbij wor, moeste vër ganse tüp kiëlkes gon raope wo van de traajn worre gevalle (=onze kolenvoorraad werd aangevuld Door het rapen van stukjes kolen die van de trein donderden) (Munsterbilzen - Minsters)
- aste slups béste daud (=leven doe je tussen het slapen en eten Door) (Bilzers)
- aste van iemëd huls, zieste zën gebraeke nie (=als je van iemand houdt, zie je veel Door de vingers) (Munsterbilzen - Minsters)
- babbelwauter: Ei èi veel babbelwauter op. (=Veel praten Door de drank) (Lebbeeks)
- Baeter eine lange nek as gooj kaart (=Door bij een ander in de kaarten te kijken, kun je toch winnen. (vals spelen) ) (Venloos)
- baeter ne bauk vant zaupe, as ne kroef vant kraupe (=beter met plezier Door het leven dan altijd moeten werken) (Munsterbilzen - Minsters)
- bedakke dag (=gezellige Volendammer dag (bedacht Door horeca die vond dat er nog wel meer feesten gevierd moesten worden, dus niet een Volendammer woord) (Volendams)
- begaffele / bösse begaffeldj (=iemand te grazen nemen / ben je te grazen genomen (bv. gestoken Door een mug)) (Sint-joasters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen