159 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `hu`
- in hetzelfde schuitje varen/zitten (=met dezelfde omstandigheden te maken hebben, hetzelfde lot ondergaan)
- in iemands huid kruipen (=zich in een ander verplaatsen)
- in zijn schulp kruipen (=zich in zichzelf terugtrekken, niet verder aandringen)
- instorten als een kaartenhuisje (=plots en snel in elkaar zakken, tenietgedaan worden)
- Jantje lacht en Jantje huilt (=kind dat vaak huilt maar direct ook weer lacht)
- je als een kat in een vreemd pakhuis voelen (=je ergens niet thuis voelen)
- je handen in onschuld wassen (=doen alsof men geen schuld heeft)
- je huid duur verkopen (=het niet gemakkelijk opgeven)
- je huid zelf ter markt brengen (=zichzelf verdedigen)
- je huik naar de wind hangen (=zijn mening aanpassen naargelang de situatie)
- je huiswerk maken (=de liefde bedrijven)
- je mag wel ergens anders honger krijgen, als je thuis maar komt eten. (=een getrouwde man mag wel met knappe meisjes flirten, daar moet het bij blijven.)
- je moet een paard niet doodknuppelen, voordat je thuis bent. (=te veel haast kan wel eens vertraging opleveren)
- je trekken thuis krijgen (=door anderen op dezelfde manier behandeld worden als je hun behandelde (bv met een streek))
- je woorden worden weer thuisgebracht. (=als je iets negatiefs zegt kan dat leiden tot negatieve gevolgen voor jezelf)
- krokodillentranen huilen (=verdriet veinzen)
- met de deur in huis vallen (=meteen ter zake komen / onmiddellijk over datgene beginnen waarvoor men kwam zonder)
- met de kous op de kop thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
- met de nachtschuit komen (=laat komen / iets vertellen dat iedereen al weet)
- met de nachtschuit vertrekken (=er erg stilletjes vandoor gaan)
- met de wolven (in het bos) huilen (=doen wat de meerderheid doet)
- met een nat zeil thuiskomen (=dronken thuiskomen)
- met een waterzeil thuiskomen (=doornat zijn)
- met hangende pootjes thuiskomen (=bewust van schuld (thuis)komen / zeer tegen zijn zin)
- met huid en haar (=geheel en al)
- moeten is dwang en huilen is kindergezang (=ik wil het wel doen, maar niet als het me verplicht wordt)
- niet alle winden schudden noten af. (=succes is niet altijd gegarandeerd)
- niet thuis geven (=het verwachtingspatroon niet kunnen nakomen)
- niet thuis zijn van (=geen verstand hebben van - niet willen weten van)
- om over naar huis te schrijven (=erg bijzonder)
- oost west, thuis best (=waar je ook bent, thuis voel je beter op je gemak)
- op de hals schuiven (=opzadelen met)
- op de lange baan schuiven (=iets uitstellen of vertragen.)
- steeds verder van huis raken (=verder van je doel afraken)
- thuis is in je schuur (=dit wordt gezegd als je weinig thuis bent)
- traag gereden is vroeg thuis. (=sneller klaar zijn door eerst goed na te denken)
- tranen met tuiten huilen/schreien (=heel erg huilen zonder dat het echt erg is)
- van alle markten thuis zijn (=veel kunnen en handig zijn of veel weten)
- van een koude kermis thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
- van huis en haard verdreven (=dakloos zijn)
- veel in huis hebben (=over veel capaciteiten beschikken)
- verkoop de huid niet voordat de beer geschoten is (=je moet niet geld uitgeven voordat je het hebt verdiend)
- voor paal/schut staan (=een blunder begaan voor de ogen van anderen (en schamen))
- waar er twee ruilen moet er een huilen (=bij het ruilen is de een altijd beter af dan de ander)
- waar twee kijven hebben twee schuld (=beide personen hebben schuld als ze ruzie met elkaar maken)
- wat het huis verliest, brengt het weer terug (=als men iets in huis zoek maakt, komt het meestal vanzelf weer tevoorschijn)
- wel thuis kunnen blijven (=het wel kunnen vergeten)
- wie in een glazen huis woont moet niet met stenen gooien (=wie schuldig is, moet zich niet laten opmerken)
- wie in het schuitje zit moet meevaren (=wie ergens mee begonnen is moet dit ook afmaken)
- wie zich voor hond verhuurt, moet de botten kluiven (=wie zich onderdanig gedraagt, wordt als knecht behandeld)
177 betekenissen bevatten `hu`
- bezoek en vis blijven drie dagen fris (=je moet geen gasten te lang laten logeren want dan ga je je aan hun gewoonten ergeren)
- verplant geen oude bomen (=je moet geen oude mensen uit hun vertrouwde omgeving halen)
- `t Mag vloeien, `t mag ebben. Die niet waagt zal `t niet hebben (=je moet niet denken als je niets onderneemt dat ze het dan bij je thuis komen bezorgen)
- Jantje lacht en Jantje huilt (=kind dat vaak huilt maar direct ook weer lacht)
- zo vader, zo zoon (of: Zo moeder, zo dochter) (=kinderen erven de eigenschappen van hun ouders)
- de appel smaakt bomig. (=kinderen lijken op hun ouders.)
- huisjes melken (=kleine huizen duur verhuren)
- iets niet met droge ogen kunnen aanzien (=letterlijk: gaan huilen/tranen bij het zien gebeuren van iets)
- wat de vrouw graag mag, eet de man elke dag. (=mannen eten wat hun vrouw kookt, ook als het niet hun favoriete gerecht is)
- zo de abt, zo de monniken (=medewerkers gedragen zich net zoals hun leidinggevende)
- zo de heer, zo de knecht (=medewerkers gedragen zich net zoals hun leidinggevende)
- het ligt aan de schaatsen en nooit aan de man. (=men geeft het gereedschap eerder de schuld dan zichzelf)
- ieder meent dat zijn eigen pak het zwaarst is. (=mensen overdrijven hun eigen moeilijkheden in vergelijking met die van anderen)
- geef een ezel haver en hij loopt naar de distels. (=mensen zijn soms koppig en willen geen hulp of advies)
- met het ongewapend oog (=met het blote oog (zonder hulpmiddelen))
- met het blote oog (=met het oog te zien, zonder hulpmiddelen)
- je penaten opzoeken (=naar huis gaan)
- je klompen wegbrengen/wegzetten (=naar huis gaan/sterven)
- een roepende in de woestijn zijn (=niemand die naar je wil luisteren (bij raad/waarschuwingen))
- de kat heeft het gedaan (=niemand is de schuldige)
- de kat van de bakker heeft het gedaan (=niemand is de schuldige)
- uit de pot van Egypte eten (=nog thuis eten bij de ouders die voor je zorgen)
- effen rekening maakt goede vrienden (=of anders: schulden maken vijanden)
- barbertje moet hangen (=ongeacht of iemand schuldig is moet die gestraft worden)
- beter rapen aan eigen dis dan elders vlees of vis (=oost West thuis best)
- van de bedplank zijn (=op de huwelijksnacht verwekt zijn.)
- het paard ruikt de stal (=opschieten om gauw thuis te komen)
- een knuppel in het hoenderhok gooien (=opschudding veroorzaken)
- oude bomen moet men niet verplanten (=oude mensen doet men liever niet verhuizen)
- ze slaan een snoek (=roeiers die een slag met hun riem missen)
- op het zondaarsbankje zitten (=schuld bekennen)
- schoon schip maken (=schulden betalen, de boel opruimen, na ruzie/problemen samen er uit komen en het verleden laten rusten)
- psalmen zingen (=schuren met baksteen en zand)
- de bokkenpruik op hebben (=slecht gehumeurd zijn)
- het op de heupen hebben (=slecht gehumeurd, op geestdriftige wijze iets doen, zenuwachtig, verstoord zijn)
- een ridder van het lui paard zijn (=steeds smoesjes verzinnen en de schuld buiten jezelf leggen)
- in de bres springen (=te hulp schieten)
- handen tekort komen (=te weinig hulp hebben , overstelpt worden)
- van een koude kermis thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
- met de kous op de kop thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
- de gebeten hond zijn (=ten onrechte worden beschuldigd)
- met andermans kalf ploegen (=terwijl je de hulp van een ander gebruikt, doen alsof je het zelf alleen gedaan hebt)
- bij moeders pappot (=thuis)
- bij moeders pappot blijven (=thuis blijven - enkel spreken over iets waar men iets over weet)
- beter thuis rapen eten dan elders gebraad. (=thuis is het altijd nog het beste.)
- onder de pantoffel zitten (=thuis niets te vertellen hebben)
- geen beter gemak dan eigen dak. (=thuis voel je je het meest op je gemak)
- doe wel en zie niet om. (=toon vriendelijkheid of behulpzaamheid zonder iets in ruil te verwachten)
- de haan en de vos hebben elkaar te gast (=twee bedriegers zijn steeds op hun eigen voordeel uit)
- zo het handje thuis tost, tost het nergens (=uiteindelijk gaat er niets boven het eigen huis)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen