berispen

werkw.

Uitspraak:	[bəˈrɪspə(n)]
Afbreekpatroon:	be·ris·pen
Vervoegingen:	berispte (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft berispt (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(iemand) op boze toon zeggen dat je zijn gedrag afkeurt;
(iemand) een standje geven

Voorbeeld:	`Het tuchtcollege heeft de huisarts berispt.`
Synoniemen:	terechtwijzen, vermanen

aanrekenen   aanwrijven   beknorren   berisping   beschuldigen   blameren   gispen   laken   manen   nadragen   terechtwijzen   vermanen   verwijt   verwijten   voor de voeten gooien   voorhouden   waarschuwen   

Hoe kun je berispen krachtiger uitdrukken?
scherp berispen; streng berispen;

• • [ov] op strenge wijze zeggen dat het gedrag wordt afgekeurd.
• streng zeggen dat je zijn gedrag afkeurt vb: de leraar berispte ons toen we te laat waren
• 1) Terechtwijzen 2) Uitveteren 3) Uitvegen 4) Uitstrijken 5) Iemand de les lezen 6) Aanrekenen 7) Manen 8) Aanvechten 9) Aanwrijven 10) Gispen 11) Uitborstelen 12) De les spellen 13) Op de vingers tikken 14) Standjes geven 15) Standje geven 16) Reprocheren 17) Flamberen 18) Censeren 19) Foppen 20) Bekijven
• advocatuur: disciplinaire maatregel; waarschuwing dat het verwijtbaar gedrag (de misdraging) zich niet meer mag herhalen. ...
• laken

Toon uitgebreidere definities

berispen (terechtwijzen)

Waar komt de zegswijze een veeg uit de pan krijgen vandaan? Zie Veeg uit de pan

Wat is de verleden tijd van berispen?

De verleden tijd van berispen is 'berispte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft berispt'.

Wat betekent berispen?

'(iemand) op boze toon zeggen dat je zijn gedrag afkeurt;
(iemand) een standje geven'

Hoe spel je berispen?

berispen spel je B E R I S P E N

Wat is een ander woord voor berispen?

Andere woorden voor berispen zijn aanrekenen, aanwrijven, beknorren, berisping, beschuldigen, blameren, gispen, laken, manen, nadragen, terechtwijzen, vermanen, verwijt, verwijten, voor de voeten gooien, voorhouden en waarschuwen.

Zoek berispen op Woordenlijst.org
Zoek berispen op Google
Zoek berispen op Wikipedia