10 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `wis`
- als de kat zich wast, komt er gewis een gast (=als de kat zich wast komt er visite.)
- als je alles van tevoren wist, dan kwam je met een dubbeltje de wereld rond (=het heeft geen zin zich na afloop te beklagen over gebrek aan voorkennis. (Meestal in antwoord op klachten als `Als ik dat van tevoren geweten had.`))
- een twistappel vormen (=een onderwerp van ruzie/conflict/onenigheid zijn)
- een zware wissel trekken (=erg veel eisen)
- in het ongewisse (=in onzekerheid)
- lege kisten, maken twisten. (=bij schaarste onstaat ruzie)
- op een strowis komen aandrijven (=helemaal berooid en arm ergens komen)
- over smaak valt niet te twisten (=over verschil in smaak moet men geen ruzie maken)
- twist verkwist. (=je schiet niets op met ruzie maken)
- twisten om des keizers baard (=om kleinigheden ruzie maken)
12 betekenissen bevatten `wis`
- verandering van weide doet de koeien goed. (=afwisseling en verandering positieve effecten kunnen hebben)
- veel gewrijf en geschrijf (=eindeloze gedachtewisselingen)
- de breedste riemen worden uit andermans leer gesneden (=het is gemakkelijk met kwistige hand te beschikken over wat een ander toebehoort)
- dat komt als eb en vloed. (=het komt en gaat, het wisselt)
- het is altijd rouwen en trouwen (=het leven is een afwisseling van goede en slechte tijden)
- kroes haar kroeze zinnen (=iemand met gekruld haar is wispelturig)
- maart heeft een krul in zijn staart. (=in maart kan het wisselvallig zijn)
- het is goed riemen snijden uit andermans leer (=met andermans eigendom kan men gemakkelijk kwistig omgaan)
- een stoelendans (=situatie waarbij mensen van functie wisselen)
- van de bok op de ezel gaan (=snel van onderwerp wisselen zonder rode draad)
- van de hak op de tak springen (=steeds weer van onderwerp wisselen en geen duidelijke rode draad in een verhaal hebben)
- het is Joris en Trijn (=ze wisselen ruzie en grote liefde voortdurend af)
12 dialectgezegden bevatten `wis`
- as ich wis dat ich zo valle, dan hoch ich mich al ieêdër daol gelaag (=wie alles van te voren weet, kan sneller handelen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ha' k mar een kop die wis wa' k wou (=niet weten wat je kiezen moet) (Putters)
- hae wis van wo hoot pijle maoke (=de kanonier stak het vuur aan 't lont) (Munsterbilzen - Minsters)
- hij wis alles uut de kop (=hij wist alles uit het hoofd) (Westerkwartiers)
- kwò dèk ut wis (=ik wou dat ik het wist) (Ossies)
- Pak ‘s unne wis um de bihzum mi op te beinden (=Neem een dunne wilgenteen om de heibezem mee vast te binden) (Ewijk (Euiwwiks))
- un wis mugde pakken weo ze is mer gen gert want die is mier wejert (=een twijg mag je nemen waar ze is maar geen stok want die heeft meer waarde) (Budels)
- wieste gijde (=wis je dat) (nieuwkuijks)
- wis en waorachtig (=Waar en waarachtig) (Hoogeveens)
- wis en woarachteg (=vast en zeker) (Westerkwartiers)
- zaaine wis intrekke (=als iemand zijn trouwbelofte niet nakomt) (Leefdaals)
- ze wis van toete noch bloeëze (=de airhostess kwam uit de lucht vallen) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen