Spreekwoorden met `stère`

Zoek

13 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `stère`

  1. als Pasen en Pinksteren op één dag vallen (=iets wat nooit zal gebeuren)
  2. een adder aan zijn borst/boezem koesteren (=iets doen voor een ondankbaar iemand)
  3. had je me gisteren gehuurd dan was ik vandaag je knecht geweest (=je moet zo niet commanderen - dat doe ik gewoon niet!)
  4. het is galgen of burgemeesteren. (=het is goed of fout, er is geen tussenweg)
  5. iemand iets in het oor fluisteren (=iemand iets zachtjes zeggen, heimelijk laten weten)
  6. in het oor fluisteren (=zachtjes (heimelijk) zeggen)
  7. je oor te luisteren leggen (=informeren)
  8. luisteren als een vink (=erg gehoorzaam zijn)
  9. luisteren naar groeien van het gras (=erg lui zijn)
  10. naar het lek luisteren (=niets doen)
  11. niet van gisteren zijn (=veel weten, veel begrijpen en snel doorhebben)
  12. niet van vandaag of gisteren (=niet dom)
  13. oude kerken hebben duistere glazen. (=het zicht wordt minder als je ouder wordt)

28 betekenissen bevatten `stère`

  1. aan iemands lippen hangen (=aandachtig luisteren)
  2. het oor scherpen/spitsen (=aandachtig luisteren)
  3. aan de voeten van Gamaliël zitten (=aandachtig luisteren naar de les die een wijs persoon meegeeft)
  4. als oude honden blaffen, is het tijd om uit te zien (=als ervaren mensen waarschuwen moet je luisteren)
  5. een Babylonische spraakverwarring (=door elkaar spreken zonder naar elkaar te luisteren en elkaar niet verstaan)
  6. geen oren hebben naar iets (=ergens niet naar willen luisteren)
  7. de oren scherpen (=goed luisteren)
  8. de oren spitsen (=goed luisteren)
  9. geheel oor zijn (=heel goed opletten - goed luisteren)
  10. iemand iets in het oor bijten (=iemand iets op bitsige wijze influisteren)
  11. iemand of iets de baas zijn (=iemand of iets kunnen overmeesteren)
  12. geen profeet is in zijn (eigen) land geëerd (=in tegenstelling tot vreemden, zijn mensen uit je woonplaats minder bereid te luisteren)
  13. in het ootje (=influisteren)
  14. iemand de hielen laten zien (=inhalen of beter presteren dan de ander)
  15. het oor lenen (=luisteren)
  16. te woord staan (=luisteren naar en bereid zijn te spreken met)
  17. met een half oor (=maar half luisterend)
  18. voor stoelen en banken praten (=maar weinigen die naar iemands verhaal luisteren)
  19. op je tenen lopen (=meer willen presteren dan je aan kunt)
  20. iets in de wind slaan (=naar een advies niet naar luisteren)
  21. iemand te woord staan (=naar iemand luisteren en uitleg geven)
  22. iemand gehoor geven (=naar iemand luisteren, gevolg geven aan zijn vraag)
  23. een roepende in de woestijn zijn (=niemand die naar je wil luisteren (bij raad/waarschuwingen))
  24. horende doof zijn (=niet luisteren)
  25. iemands geluid niet horen (=niet naar iemand willen luisteren)
  26. het zout in de pap niet waard zijn (=niets presteren)
  27. een oogje op iemand hebben (=tedere, mogelijk verliefde, gevoelens voor iemand koesteren)
  28. het ene oor in en het andere weer uit. (=wel horen maar niet luisteren)

2 dialectgezegden bevatten `stère`

  1. uug iejn zijn stère (=grote eigendunk) (Brakels)
  2. zien kat stere (=niet opdagen) (Opglabbeeks)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen