Eén spreekwoord bevat `nogal`
- daar zitten nogal wat haken en ogen aan (=er zijn meer problemen dan je op het eerste gezicht zou denken)
3 betekenissen bevatten `nogal`
- een flater slaan (=een nogal domme fout maken)
- niet over rozen gaan (=er zijn nogal wat moeilijkheden)
- klagers hebben geen nood en pochers hebben geen brood (=zowel klagers als pochers kunnen de zaken nogal eens overdrijven)
50 dialectgezegden bevatten `nogal`
- 't is daar nogal teen en tander eh. (=dat is daar nogal wat he.) (Stekens)
- 't is etwot te zegn (=Het is nogal wat!) (Veurns)
- 't is maar een schorte griuët (=het is nogal klein) (Kaprijks)
- 't kos êrger (=het valt allemaal nogal mee) (Bilzers)
- ‘t is nogaw t’ieën in ‘t ander (=het is nogal wat) (Kaprijks)
- ' k verschoot me nen bult (=ik schrok nogal) (Sint-Niklaas)
- ' t Is nogal iet (=Het is me wat) (Geels)
- a trok d'r nogal wa kletters af (=erg hard vloeken) (Meers)
- Aa gauter nogal e gat vanoët (=Hij gaat er nogal van door) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa kan nogal een zaug spanne (=Hij kan nogal wat afleuteren) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa ue zenne peire nogal gezien (=Hij heeft daar nogal afgezien) (leuvens)
- amaai gaai kunt nogal ee zoag spanne, zenne (=tegen iemand die blijft zeuren) (Antwerps)
- amaaj, daaj hètter eksternès haug hange (=begot, die heeft nogal eens lange benen) (Munsterbilzen - Minsters)
- Amai dieje ging nogal te werk (=Hij ging nogal te keer, maakte veel misbaar) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- brand en moord roepe, viërdaste slaeg hëbs gehad (=nogal vlug in paniek slaan) (Munsterbilzen - Minsters)
- d'r blift nogal wat an zien striekstok hang'n (=hij strijkt veel provisie op) (Westerkwartiers)
- da dank tich den aajl (=dat is nogal wiedes) (Munsterbilzen - Minsters)
- da goat nogal (=dat is helemaal waar) (Bosch)
- Da hemme ze hie nogal afgebiljaard (=Dat is slecht afgewerkt) (Nijlens)
- da schul nogal wa (=dat maakt veel verschil) (Sint-Niklaas)
- da sin nogal lappen (=dat is toch wel erg) (Sint-Niklaas)
- da was e potje teetn, zeg! (=Dat was nogal wat!) (Veurns)
- da was nogal een sjoer (=dat was nogal een bui (felle regen) ) (St Huibrechts-Herns)
- da wiëte mën kloempe ook (=dat is nogal wiedes) (Munsterbilzen - Minsters)
- da zèen lappen (=dat is nogal wat, dat is wel erg) (Wichels)
- da's niet veur de poes (=dat is nogal ingewikkeld) (Westerkwartiers)
- Da's nogal wiedus ééj? (=Dat is toch overduidelijk?) (Steenbergs)
- da's oareg priezeg (=dat is nogal duur) (Westerkwartiers)
- Daa ie nogal nen balkon (=Die heeft een grote boezem) (leuvens)
- daaj geeter nogal mette groëve bossel dêr (=zij heeft een strenge aanpak) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj hèt den haon zene kop aofgebiëte (=die heeft nogal rode lippen) (Tongers)
- daaj hèt ne ferme viërgaevel (=die heeft nogal een zware boezem) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj hét nen haon zene kop aofgebiëte (=die heeft nogal rode lippen) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj hèt viel naute op hërre zank (=die laat zich nogal eens gelden) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj hét zjus kwakfroëzeooge (=die loert nogal rond) (Bilzers)
- daaj ho nogal krievel on hër K (=zij had geen zittend gat!) (Munsterbilzen - Minsters)
- daaj schoebden nogal ës op ! (=die trokken er nogal eens vanonder (trekkebenend)) (Munsterbilzen - Minsters)
- dad-is nogaw een duurn (=dat duurt nogal lang) (Kaprijks)
- Daddis nogal iet gescheete (=Die heeft nogal pretentie) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- dadei nogal sjeiten aon zelle (=dat duurt lang) (Booms)
- dae deed te lamp branne (=hij maakt het nogal bont) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae ès ook nie dër nen haos gepoep (=die is nogal langzaam!) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae goeng nogal ës zënen allée (=die was snel weg !) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae goeng nogal ins zëne gank (=die was er vlug vanonder) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hèt nogal ne bossël onder zën naos hange (=wat heeft die een grote snor) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hét nogal ne ferme sjoët gekriëge (=die is ferm gegroeid op korte tijd) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hèt nogal ne sjoeët gekrieëge (=hij is ferm groot geworden!) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hèt nogal vieël komplëmente (=hij heeft veel noten op zijn zang) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hèt paeper èn zen broek (K...t) (=die is nogal gehaast) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae hét viël naute op zene zank (=die heeft nogal wat complementen) (Bilzers)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen