Spreekwoorden met `vent`

Zoek

5 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `vent`

  1. dat is alleen voor pater en mater en niet voor het hele convent (=dat is voor jou te hoog gegrepen)
  2. dat is een alikruik van een vent. (=dat is een kleine dikke man.)
  3. de boventoon voeren (=het hoogste woord hebben)
  4. een leventje als een luis op een zeer hoofd (=een heerlijk leventje)
  5. het lieve leventje gaande (=de ruzie begonnen - de poppen aan het dansen)

5 betekenissen bevatten `vent`

  1. een schollekop (vissenkop) hebben (=een boeventronie hebben)
  2. een hele jan zijn (=een grote vent zijn)
  3. een leventje als een luis op een zeer hoofd (=een heerlijk leventje)
  4. aan de zwabber zijn (=een onbezorgd leventje leiden)
  5. op eigen houtje doen (=iets zelfstandig (eventueel op eigen initiatief) ondernemen)

40 dialectgezegden bevatten `vent`

  1. ' t is ne nurk van ne vent (=hij is een stijfkop, een moeilijke vent) (Sint-Niklaas)
  2. aste dae op ze daok kraajgs- (=dat is een moeilijke vent) (Munsterbilzen - Minsters)
  3. Bear van une vent (=Grote brede man) (Valkenswaards)
  4. blikk'n doom'nee (=vent van niks) (Westerkwartiers)
  5. da's één uut duuz'nd (=dat is een geweldige vent) (Westerkwartiers)
  6. daaj hèt den heilege gees op bezik gehad (=in verwachting en geen vent) (Munsterbilzen - Minsters)
  7. Dae is geine sjöp ònger zien klwatte waerd. (=Dat is een vent van niks!!) (Steins)
  8. Dae sjtiets is zo waers es 'ne aezel (=Die eigenwijze vent is zo koppig als een ezel) (Roermonds)
  9. dae vent bezek dich met zien tes toe (=die man belazert je) (Venloos)
  10. das mich ne sjaunen apostël (=dat is een eigenaardige vent) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. das nun eule peejesteker geworre (=dat is een stevige grote vent geworden) (Oudenbosch)
  12. dat ès mich e sjaajns man ! (=dat is me een rare vent !) (Munsterbilzen - Minsters)
  13. dat wos ne kieëvërbêk van ët ergste soeët (=dat was een hele kieskeurige vent) (Munsterbilzen - Minsters)
  14. De vent die bier hed uitgevonde mot je krom hange met medallies (=Ik vind bier lekker) (Lopiks)
  15. det is eine zók van ‘ne vent (=dat is iemand die treuzelt; een futloos iemand) (Heitsers)
  16. die vent die spoort nie (=die kerel is niet goed bij z'n verstand) (Brabants)
  17. die vent mot naer Steines (=die man loopt mank) (Hendrik-Ido-Ambachts)
  18. Dieje vent kèkt aorig (=Die man kijkt me vreemd / eng aan) (Bredaas)
  19. dwjeizen (=lastige vent) (Sint-Niklaas)
  20. e blind vêrke vènt ook wol ës een eekël (=je hoeft niet altijd slim te zijn, als je maar wat geluk hebt, lukt het ook wel eens) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. een kleérkas va ne vent (=een gespierde man) (Sint-Niklaas)
  22. Een vent van lik-me-vessie (=Waardeloos figuur) (Westlands)
  23. hij stijt as 'n beste kirrel te boek (=hij is bekend als een prima vent) (Westerkwartiers)
  24. hoe hiette die vent ok alweer? (=hoe heette die meneer ook alweer?) (Nieuw lekkerlands)
  25. ik zèè geschaaien van mene vent (=ik ben gescheiden van mijn man) (Tilburgs)
  26. misselikke knoebes (=vervelende vent) (Weerts)
  27. ne baer vanne vént (=sterke kerel) (Bilzers)
  28. Ne stroek van unne vent (=Weinig meegaand figuur) (Zurriks)
  29. nen hennigë gammae (=een uit de kluiten gewassen vent) (Munsterbilzen - Minsters)
  30. Tes ne skaa poeter (=Het is een rare vent) (Hals)
  31. tes nen bum van ne vent moer ij es te kort afgezoagd (=een kleine man) (Zottegems)
  32. tis nen beum va ne vent mor ne liegstaam (=een kleine man) (Zottegems)
  33. tis vent of hie-en (=klein ventje) (Zeeuws)
  34. unne duppesjurger. (WT) (=Iemand die met aarden potten langs de deuren vent) (Mechels (NL))
  35. Unne vent meej èèrpels onder zèn errum (=een man met grote spierballen) (Tilburgs)
  36. wa nun bok va ne vent (=wat een koppig man) (Sint-Niklaas)
  37. wae get wilt doen vènt altijd get, wae niks wilt doen hèt altijd autvlèchte (=luie zweet is gauw gereed) (Munsterbilzen - Minsters)
  38. Wanne strèlikken bal (=Wat een verwaande vent) (Ossies)
  39. Wat een bek heb die vent en daar mot tie nog mee vrete ook... (=Wat een lelijk gezicht heeft die man!) (Rotterdams)
  40. zwatte beis (=vuile vent) (Munsterbilzen - Minsters)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen