Spreekwoorden met `je de`

Zoek

10 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `je de`

  1. als je alles van tevoren wist, dan kwam je met een dubbeltje de wereld rond (=het heeft geen zin zich na afloop te beklagen over gebrek aan voorkennis. (Meestal in antwoord op klachten als `Als ik dat van tevoren geweten had.`))
  2. dank je de koekoek (=mij niet gezien!)
  3. dat haal je de koekoek (=mij niet gezien!)
  4. dat zal je de dood niet aandoen (=iets is niet zo erg is als het lijkt)
  5. haantje de voorste (=voortrekker - wie altijd op het voorplan wil staan)
  6. je de ogen uit het hoofd schamen (=erg beschaamd zijn)
  7. je de wet niet voor laten schrijven (=geen bevelen accepteren van een ander)
  8. je moet geen `hei` roepen voordat je de brug over bent (=vreugde over een goede afloop is pas toepasselijk als er niets meer verkeerd kan gaan)
  9. Pietje de dood maait altijd. (=doodgaan is onvermijdelijk)
  10. voor geld kun je de duivel doen dansen (=met geld kun je alles gedaan krijgen)

9 betekenissen bevatten `je de`

  1. wie zijn ogen sluit, waant zich in Rome (=als je de realiteit negeert, ben je niet bewust van wat er werkelijk gaande is.)
  2. wie appelen vaart, die appelen eet (=als je handelt in bepaalde goederen, dan zul je deze zelf waarschijnlijk ook gebruiken. / Iemand die bepaalde werkzaamheden voor een ander moet verrichten, geniet daar doorgaans zelf ook van)
  3. wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten (=als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen (liefst zonder klagen))
  4. de tijd kent geen genade (=de tijd gaat sneller voorbij dan je denkt)
  5. gekke Henkie (=iemand die niets in de gaten heeft (bv. `je denkt toch niet dat ik gekke Henkie ben ?`))
  6. de boer op de bok liet de teugels vieren, het paard kende zelf de weg wel. (=je moet niet doen alsof je de beste bent, iemand anders weet ook wel wat)
  7. magere luizen bijten scherp (=met de armsten heb je de meeste last)
  8. met andermans kalf ploegen (=terwijl je de hulp van een ander gebruikt, doen alsof je het zelf alleen gedaan hebt)
  9. een Pyrrhusoverwinning behalen (=winnen wat zoveel heeft gekost dat je de volgende ronde niet meer aan kan)

50 dialectgezegden bevatten `je de`

  1. Es te in ein koers d'n twieëdje veurbiej stuks bès te d'n twieëdje! (=Wanneer je in een koers de tweede voorbij steekt ben je de tweede!) (Kinroois)
  2. 't wark priest zien meester (=aan het resultaat herken je de vakman) (Westerkwartiers)
  3. a wiltj a uituër'n (=hij wil je de pieren uit de neus halen) (Meers)
  4. ain stet op beurt kiekie altied veur, n gat. A-j ie nen stet op beurt kiek ie altied veur nen gat.* (=als je de staart op tilt kijk je altijd naar een gat) (Twents)
  5. Als je de koeraasje/courage ( op zn Frans uitspreken) hep om…etc. (=Al je het lef hebt om….) (Utrechts)
  6. As d'r nen Mona Lisa op de baank (e) zit kriegie nen kearl 't hoes nich oet.* (=Als er een Mona Lisa op de bank zit krijg je de man de deur niet uit) (Twents)
  7. as ie wilt flitsen mot ie de boks, bokse loat`n zakken.* (=als je wilt flitsen dan moet je de broek laten zakkken.) (Twents)
  8. as je de kat op 't spek bien'd wil 'er 't niet vreet'n (=wanneer iemand een aanbod weigert) (Westerkwartiers)
  9. as je over de kwoadampen ene binnen (=als je de midlifecrisis te boven bent) (Urkers)
  10. as te kraeë bijéénkoeëme en vieël lëwaeëd maokë, geet ët raengërë (=hoor je de kraaien veel lawaai maken, wees dan maar zeker dat het gaat regenen) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. aske den bocht om gotj aske annendroé pakt (=als je de bocht om gaat) (Denderleeuws)
  12. aste den droëd kwijt bés, moessem trég zikke (=als je de draad kwijt bent.... (lett / fig.) ) (Bilzers)
  13. aste viël kamëraote hëbs, kraajgste ook viël vijande (=als je buigt voor de ene, laat je de andere je achterste zien) (Munsterbilzen - Minsters)
  14. Asto de 1e hazze hast, hast de twadde hazze hast... (=als je de 1e haas hebt, heb je de 2e bijna....) (Fries)
  15. dae lultj dich gater inne zök (=hij kletst je de oren van het hoofd) (Heitsers)
  16. Dan he' j de schaop' n ant driet' n an (=Dan heb je de poppen aan het dansen) (Achterhoeks)
  17. dan hej 't schoap an 't driet'n (=dan heb je de poppen aan het dansen) (Bathmens)
  18. Dao is de bend los (=Daar heb je de poppen aan het dansen) (Gelaens (Geleens))
  19. Dat dank je de joksem (=Dat is nogal wiedes) (Nijkerks)
  20. dat geeste dich nog besniete (=daar ga je de gevolgen nog van dragen) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. dat geeste trèg moeten autzwete (=daarvoor ga je de rekening nog gepresenteerd krijgen) (Munsterbilzen - Minsters)
  22. det waertj ‘ne optrèkkendje daag (=daar ben je de hele dag mee bezig) (Heitsers)
  23. Doa tuute mich de oeëre va (=Iemand die je de oren van het hoofd kletst) (Sjeeter plat)
  24. doar moe je de droak niet met steek'n (=dat moet je wel serieus nemen) (Westerkwartiers)
  25. doe höbs 'ne kop of wènts-te de hèl geblaoze höbs (=je hebt een hoofd alsof je de hel geblazen hebt) (Aelsers)
  26. em ek achter leiges gevroogd (=waarom vertel je de waarheid niet) (Rotselaars)
  27. ént laeve moeste henneg get meppe konne inkassiëre (=als bokser heb je de meeste kansen op slagen) (Munsterbilzen - Minsters)
  28. Es de leefdje dun is zuus te de foute dik. (=Als de liefde dun is zie je de fouten dik.) (Kinroois)
  29. Es te de waorheid vertèls hoofs te gein leuges te ónthaoje! (=Wanneer je de waarheid vertelt hoef je geen leugens te onthouden!) (Kinroois)
  30. Gaude gaa tbed aftrekke (=Ga je de lakens van het bed halen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  31. geeste met de hinne op stek, zitste wersjaanlëk èn t verkeirde kot (=ga je vroeg slapen, moet je heel goed opletten dat je de juiste kamer kiest) (Munsterbilzen - Minsters)
  32. gelukkeg niejjoor, he' j de toete al kloor (=gelukkig nieuwjaar, heb je de snoepzak al klaar) (Achterhoeks)
  33. He-j 't nust oonder'n boom lign? (=Heb je de verkering uit?) (Twents)
  34. Hedde ut visgrei bij ou (=Heb je de visspullen bij je) (Ewijk (Euiwwiks))
  35. Hij je de goedwies kapot? (=Ben je gek geworden?) (Arnhems)
  36. ich zèt zën naoês tèsse zën twei aure (=als je zo blijft verderdoen, ga ik je de les eens spellen) (Munsterbilzen - Minsters)
  37. IJ skeld oe de pokkel vol (=Hij scheld je de huid vol) (Zwols)
  38. ik dank je de donder (=nee hoor) (arnhems)
  39. irst èfkes hèùge, dan kunde oewen bril schonmaoke (=eerst even beademen, dan kun je de bril poetsen.) (Tilburgs)
  40. Is ow den aak gon drieven (=Is je de aak gaan drijven) (Ostêns)
  41. je de touwtyfus schrikke (=Je rot schrikken) (Rotterdams)
  42. Je ken een kind krijgen met een roodkopere kop dan ken je je de kolere poetsen juh! (=Schelden) (Leids)
  43. Kiek moar uut, anders zak je de bijtspiekers uut de bek tetsen! (=Pas maar op, anders zal ik je tanden uit je bek slaan!) (Arnhems)
  44. Kik ie uit, temee heje earemoei! (=Kijk uit anders heb je de poppen aan het dansen) (Lopiks)
  45. kundj’er nie iet aun afpisjen (=kan je de prijs niet wat laten zakken) (Meers)
  46. loj geen klok aste de klüppel nie wiës hange (=geef geen antwoord als je de vraag niet begrijpt) (Munsterbilzen - Minsters)
  47. met gaaiman het dak op (=dan het je de poppen aan het dansen) (Drents)
  48. mèt Sint Job paote ze de boeëne hals äöver kop, en dae neet anges kan dae paotj ze mèt Sint Jan (=vanaf begin mei kunnen bonen gepoot worden (naamdag Sint Job op 10 mei), uiterlijk eind juni kun je de laatste oogst bonen zaaien (naamdag Sint Jan op 24 juni)) (Heitsers)
  49. muj de beest heurn toeten in de weer (=moet je de koeien horen loeien in de wei.) (Twents)
  50. nau wiëste waaj de stieël èn de shup zit (=nu ken je de juiste toedracht) (Munsterbilzen - Minsters)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen