12 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `hete`
- al voor heter vuren gestaan hebben (=er erger meegemaakt hebben)
- als de kat om de hete brij heen draaien (=iets wel willen, maar het niet durven)
- de hete aardappel doorspelen (=iemand anders de vervelende klus laten opknappen)
- er zijn meer hondjes die Fikkie heten (=er zijn meer mensen/etc. met dezelfde naam)
- hete bliksem (=gestoofde aardappels met appel)
- iemand iets heten liegen (=beweren dat iemand gelogen heeft)
- iemands hete adem in je nek voelen (=merken dat een ander je bijna inhaalt; opgejut of opgejaagd worden)
- met een hete aardappel in de keel praten (=op een bekakte manier praten)
- op hete kolen zitten (=ongeduldig zijn)
- op hete/gloeiende kolen zitten (=ongeduldig wachten / veel haast of spanning hebben)
- op heterdaad betrappen (=betrappen tijdens de misdaad)
- voor heter vuren gestaan hebben (=al groter problemen gekend hebben)
2 betekenissen bevatten `hete`
- een loden pijp hebben (=een hete vloeistof snel kunnen opdrinken)
- er gloeiend bij zijn (=op heterdaad betrapt zijn)
22 dialectgezegden bevatten `hete`
- Bie ons thuus hete ze allemoal Jan, Behalleve Frits, Die hete Henderik (=Bij ons thuis heetten ze allemaal Jan, Behalve Frits, Die heette Henderik) (Nijkerkerveens)
- dae doog nie aut zen gloejetige praaj (=hij deugt voor niets (uit zijn hete pens) ) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kèttël ophange (=de moor of kasserol op de hete kachelplaat zetten) (Munsterbilzen - Minsters)
- Een looie pijp of een looie strot hebben (=hete koffie drinken) (Westlands)
- Er zit wat in wat onze poes niet lust (=hete thee of koffie) (Hoogeveens)
- gesleeën deur d' hitte / overdoan van ' t woarm were (=aangeslagen door het hete weer) (Waregems)
- hae kos zen haan wol ès verbranne (=de mijnwerker haalde de hete kolen uit het vuur) (Munsterbilzen - Minsters)
- hete koeële zitte (=ongeduldig zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- hete sjup! (=Wat een begeerlijke Vrouw) (Riemsts)
- hij zit te kijke es 'n hiete geit die in 't stroi zêkt (=hij zit te kijken als een hete geit die in het stro plast) (Ossies)
- kalle mèt nen hete iërappel èn zëne mond (=bekakt praten) (Munsterbilzen - Minsters)
- Mè mieter ei geziet dat den iete liepel in de kietel liet. (=Mijn meter heeft gezegd dat de hete lepel in de ketel ligt.) (Lembeeks)
- met zënen hete kop tïëge de waeèn op lope (=een koppigaard loopt wel tegen de muren) (Munsterbilzen - Minsters)
- Nun jil hete kolenstoof (=Een erg opwindende dame) (Brabants )
- op hete koeële zitte (=gehaast zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- op hete kolen zitten (=zeer ongeduldig zijn) (Sint-Niklaas)
- op knipnoagels zitten (=op hete kolen zitten) (Gronings)
- ros hoêr, hete voêr (=rosse vrouwen zijn heet) (Munsterbilzen - Minsters)
- thee uit een téëltjen drinken (=hete thee drinken vanaf een schoteltje) (Huizers)
- Un eete klinke (tinke) (=Een hete vrouw) (Maldegems)
- zënen hete kop gebreike (=koppig zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- ziech mér das zën hiësënë nie goën bakkë mèt dIês zon (=zorg voor wat hoofdbedekking tegen deze hete zon, je hersenen gaan er zo van koken) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen