Spreekwoorden met `het oog`

Zoek

19 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `het oog`

  1. door het oog van de naald kruipen (=op het nippertje ontsnappen)
  2. een doorn in het oog zijn (=ergens aan ergeren)
  3. het laken door het oog van de schaar halen. (=een deel voor jezelf houden.)
  4. het oog is groter dan de maag (=meer op het bord scheppen dan er opgegeten kan worden)
  5. het oog van de meester maakt het paard vet (=het werk gebeurt beter als de baas toezicht houdt)
  6. het oog van de wereld (=de publieke opinie)
  7. het oog wil ook wel wat (=het uiterlijk van iets speelt ook een rol)
  8. het oog ziet altijd van zich af (=de eigen fouten ziet men niet, maar andermans fouten altijd wel)
  9. iets door het oog van de schaar halen (=materiaal van op het werk voor jezelf houden / Jezelf oneerlijk zaken toe-eigenen)
  10. iets op het oog hebben (=voor zichzelf al iets hebben uitgekozen)
  11. in het oog hebben (=binnen het gezichtsveld zijn)
  12. in het oog houden (=binnen het gezichtsveld houden)
  13. in het oog krijgen (=opmerken)
  14. in het oog lopen (=opvallen)
  15. in het oog springen/vallen (=de aandacht trekken)
  16. onder het oog brengen (=doen opmerken)
  17. uit het oog verliezen (=er niet meer aan denken)
  18. uit het oog, uit het hart (=de aandacht voor iemand verliezen, als die persoon niet meer in de nabijheid is)
  19. wat het oog niet ziet, wat het hart niet deert (=wat je niet ziet en niet weet heb je ook geen last)

2 betekenissen bevatten `het oog`

  1. in het vizier hebben (=in het oog hebben, binnen het gezichtsveld zijn)
  2. met het blote oog (=met het oog te zien, zonder hulpmiddelen)

20 dialectgezegden bevatten `het oog`

  1. Als het oog valt, zit het dicht (in het ABN uitgesproken) (=Liefde maakt blind) (Volendams)
  2. een stijluuge (=een pijnlijke ontsteking aan het oog) (Wetters)
  3. èn de faar haate (=in het oog houden) (Bilzers)
  4. èn de mot haage (=in het oog houden) (Bilzers)
  5. èn de mot haage (=in het oog houden) (Munsterbilzen - Minsters)
  6. ge moet ier oîgn up je gat één (=je moet hier alles in het oog houden) (Lichtervelds)
  7. ge moet oîgn up je gat en (=ge moet alles in het oog houden) (Kortemarks)
  8. hae zoeg et nimei zitte (=de blinde was het uit het oog verloren) (Munsterbilzen - Minsters)
  9. iets gwasloagen (=iets in het oog houden) (Sint-Niklaas)
  10. in de faar haate (=in het oog houden) (Riemsts)
  11. in de mot haave (=In het oog houden) (Walshoutems)
  12. k' emmer overgekeken (=ik ben het uit het oog verloren) (Erps)
  13. khem aa gezien zalle menneke! (=ik hou je in het oog) (Geels)
  14. ne wurme uit oa gat trekkng (=Door het oog van de naald kruipen) (Evergems)
  15. padzeiker (=bindweefselontsteking van het oog) (Mols)
  16. pin blieve hawwe (=niet uit het oog verliezen) (Mestreechs)
  17. schaptche die blet verlieëst ze bitches (=wie veel babbelt verliest de concurrenten uit het oog) (Veurns)
  18. unne kèèk wèèt (=zover als het oog reikt) (Tilburgs)
  19. van ès ten ende (=voor zover het oog reikt) (Temses)
  20. wat het oog niet zigt, deert 't haart ok niet (=wat men niet weet, heeft men ook geen last van) (Westerkwartiers)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen