Spreekwoorden met `graat`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `graat`

  1. die heeft een graat in z`n keel (=hij is (spreekt) bekakt)
  2. niet zuiver op de graat (=niet helemaal eerlijk)
  3. wie vis heeft, moet ook de graat hebben (=je moet ook de nadelen accepteren (geen rozen zonder doornen))

6 dialectgezegden bevatten `graat`

  1. boëk: Zijnen (elen) boëk plekt tegen zijne (ele) rig (=Zo mager als een graat) (Lebbeeks)
  2. daddes nen vuiln pot eedne (=een louche zaak / niet zuiver op de graat) (Waarschoots)
  3. graat en blaat geslegen (=grauw en blauw geslagen) (Nieuwerkerks)
  4. Ij ziet zoë graat as een pansj. (=Hij ziet er niet goed uit) (Opwijks)
  5. pasoep of ze rije over oe graat (=Pas op of ze rijden u omver) (Antwerps)
  6. zuiver op den droat (=zuiver op de graat) (Kaprijks)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen