70 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `geve`
- aalmoezen geven verarmt niet (=van een aalmoes te geven wordt men zelf niet armer)
- aan alles een kleurtje weten te geven (=voor alles wel een uitleg weten)
- acte de présence geven (=ervoor zorgen dat je ergens aanwezig bent)
- angst is een slechte raadgever (=laat je niet leiden door angst. / Emoties zijn gevaarlijk)
- de broek lappen en het garen toegeven (=er veel verlies aan overhouden)
- de drie h s meegeven (=iemand (zo mogelijk definitief) wegsturen)
- de nekslag geven (=door iets wordt de situatie een te groot probleem waardoor men het niet meer aan kan)
- de pijp aan maarten geven (=sterven, ermee ophouden)
- de pijp aan Maarten geven. (=er definitief mee stoppen)
- de toon aangeven (=bepalen welke richting het op gaat)
- door de wol geverfd zijn (=brutaal , schaamteloos zijn)
- een draai aan het verhaal geven (=een hele eigen versie van wat er gebeurd is vertellen)
- een draai aan iets geven (=de waarheid verdraaien)
- een gegeven paard mag men niet in de bek kijken. (=als men een geschenk krijgt, dan moet men niet zoeken of er hier of daar wat aan mankeert.)
- een goede beurt geven (=grondig reinigen, grondig aanpakken)
- een goede gevel versiert het huis. (=gezegd over mensen met een grote neus)
- een patat geven (=een mep geven)
- een pluim krijgen of geven (=een compliment krijgen of geven)
- elkaar een hand kunnen geven (=zich in een vergelijkbare situatie bevinden)
- er de brui aan geven (=ergens mee ophouden)
- er de maan aan geven (=er de brui aan geven)
- er lucht aan geven (=laten blijken)
- er zijn pink wel voor willen geven (=iets heel graag willen hebben)
- geef, zodat je gevende blijft (=geef niet meer dan dat je kunt missen.)
- geen krimp geven (=niet opgeven, doorgaan zonder te klagen)
- geen teken van leven meer geven (=niets meer van zich laten horen)
- gegeven brokken zijn gauw gegeten. (=weldadigheid gaat meestal niet ver.)
- gevolg geven aan (=reageren op)
- haken en ogen geven (=iets heeft veel moeilijkheden)
- hem van jetje/katoen geven (=er vaart achter zetten)
- het heilig kruis achterna geven (=hopen dat iets of iemand nooit meer terugkomt)
- het in tienen geven (=wedden dat de aangesprokene het niet kan)
- het is niet iedereen gegeven ajuin met droge ogen te schillen (=niet iedereen doet het onaangename met de glimlach)
- het kruis nageven (=hopen dat hij vooral nooit meer weerkomt)
- iemand belet geven (=iemand niet ontvangen)
- iemand de bons geven (=iemand waarmee je een relatie hebt niet meer willen zien)
- iemand de genadeslag geven (=iemand die al in grote moeilijkheden zit nog een probleem erbij geven zodat diegene het niet meer aan kan)
- iemand de pap in de mond geven (=iemand een gemakkelijke oplossing zomaar aanbieden)
- iemand de schop geven (=iemand ontslaan)
- iemand de vrije hand geven (=iemand geheel vrij laten in de wijze waarop hij een opdracht uitvoert)
- iemand de zak geven (=iemand ontslaan)
- iemand een bokking geven (=iemand een standje geven)
- iemand een grote neep geven (=iemand ernstig afbreuk doen)
- iemand een koud bad geven (=iemand kalmeren , illusies ontnemen)
- iemand een vuile mond geven (=iemand uitschelden)
- iemand gehoor geven (=naar iemand luisteren, gevolg geven aan zijn vraag)
- iemand het nakijken geven (=iemand verslaan of achterlaten.)
- iemand het volle pond geven (=uitvoerig en duidelijk antwoorden)
- iemand iets in de mond geven (=iemand de mening van een ander laten geven in plaats van de eigen mening)
- iemand iets op een briefje geven (=ergens heel zeker van zijn)
143 betekenissen bevatten `geve`
- plat op de buik gaan (=aan iemand toegeven, zich overleveren)
- de tongen losmaken (=aanleiding geven tot gepraat)
- achterna kakelen de kippen (=achteraf is het makkelijk kritiek geven)
- van achteren kijkt men de koe in zijn gat (=achteraf is het makkelijk kritiek geven)
- je uitkleden voor men naar bed gaat (=alles weggeven voor men sterft)
- kunst baart gunst. (=als je ergens bedreven in bent zijn anderen toegevender en welwillender)
- iemand in de buik straffen. (=als straf geen eten geven.)
- het is altijd koekoek éénzang (=altijd hetzelfde verhaal vertellen of zelfde voorbeeld geven)
- met alle winden meedraaien (=altijd iedereen gelijk geven)
- met alle winden draaien (=altijd iedereen gelijk geven)
- met alle winden waaien (=altijd iedereen gelijk geven / door alles en iedereen laten beïnvloeden)
- de kerk in het midden laten (=bij een meningsverschil geven beide personen wat toe om het eens te worden)
- goede raad is duur (=bijna te moeilijk om raad te kunnen geven)
- dat is een bal voor open doel (=dat is een opmerking waar een zeer voor de hand liggend weerwoord op gegeven kan worden)
- de bal aan het rollen brengen (=de aanzet geven)
- de admiraal heeft geschoten. (=de gastheer heeft het sein gegeven te gaan eten.)
- de lip laten hangen (=de moed opgeven, pruilen)
- het krijt ruimen (=de strijd opgeven, weggaan)
- je oren laten hangen (=depressief zijn, het opgeven)
- uit wiens hand men eet wiens woord men spreekt (=diegene bij wie we ons geld verdienen geven we meestal gelijk)
- wiens brood men eet, diens woord men spreekt (=diegene bij wie we ons geld verdienen geven we meestal gelijk)
- de bezem uitsteken (=doen en laten wat men wil als de baas of leidinggevende er niet is)
- reageren met de voeten (=door ergens weg te gaan, weg te blijven of niet meer terug te keren, aangeven dat men niet tevreden is)
- de oren wassen (=duchtig ervan langs geven, de waarheid zeggen)
- iets over zich hebben (=een bepaalde indruk geven)
- een veer op zijn muts steken (=een compliment geven/krijgen)
- een veer op de hoed steken (=een compliment geven/krijgen)
- een pluim krijgen of geven (=een compliment krijgen of geven)
- vechten tegen de bierkaai (=een gevecht aangaan dat al bij voorbaat verloren is)
- het zeil (hoog) in de top halen (=een grootse vertoning weggeven)
- iemand de wacht aanzeggen (=een laatste waarschuwing geven)
- advocaat van de duivel spelen (=een mening geven waar je het zelf niet mee eens bent, maar die je geeft om reacties uit te lokken)
- een patat geven (=een mep geven)
- het sop is de kool niet waard (=een onderwerp is te onbelangrijk om er aandacht aan te geven)
- over de knie leggen (=een pak slaag geven)
- iemand op zijn vestje spuwen (=een standje geven en ongenoegen over iemand uiten)
- iemand op de vingers tikken (=een standje geven, berispen)
- het zeil in top zetten (=een zo goed mogelijke vertoning weggeven)
- er de maan aan geven (=er de brui aan geven)
- zoveel geven om iets als een boer om een kers (=er totaal niets om geven)
- daarmee is de kous af. (=er wordt geen aandacht meer aan gegeven)
- iets links laten liggen (=ergens geen aandacht aan geven)
- iets ertegenaan gooien (=ergens geld aan uitgeven)
- een vaantje strijken (=flauw vallen, sterven, het opgeven)
- geen been hebben om op te staan (=geen enkele verantwoording kunnen geven)
- beurs op de knip / Hand op de knip (=geen geld (meer) uitgeven)
- aan elkaar knopen (=gegevens samenvoegen)
- een gat in zijn hand hebben (=geld te gemakkelijk uitgeven)
- een gek en zijn geld blijven nooit lang bij elkaar (=geld uitgeven aan nutteloze en onnodige dingen)
- het is licht dansen op andermans vloer. (=geld van anderen uitgeven is makkelijk.)
29 dialectgezegden bevatten `geve`
- 'k geve mè bot (=ik geef het op) (Kaprijks)
- ' k geve mijn bod (=ik stop met raden) (Waregems)
- ' k goa eu een suuke op uwe spekkewinkel geve dadde stuikt gelêk een schelle pénse (=ik zal je klap om je oren geven, dat je er niet goed van zijt) (Gents)
- beuzze geve (=ervoor gaan) (Geels)
- Beuzze geve (=Snel vooruitgaan / voortdoen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- die motte nie de lengte geve (=die moet je niet de kans geven) (Oudenbosch)
- die zuddons Heer geve zonder biechten (=die ziet er braver uit dan hij is) (Sint-Niklaas)
- Dje zôat se vijf elle veur ene frank geve (=Je zou ze belonen zonder dat ze er moeite voor gedaan heeft.) (Walshoutems)
- een cintroeng oep z'n bakkes geve (=iemand een mep geven) (Antwerps)
- Een mot oep a bakkes geve (=Een tik op je mond geven) (Bornems)
- emel: Al wa da d'n emel geve kèin (=Koek en ei / Prachtig) (Lebbeeks)
- er un goeie snok aon geve (=alvast een goed stuk van het werk doen) (Oudenbosch)
- eurgens unne dreij aon geve (=wending geven aangesprek / situatie) (Mestreechs)
- hetscheufke geve (=iemand niet binnen laten) (Antwerps)
- iemand de zak geve (=iemand wegsturen) (Oudenbosch)
- iemand op ziene dekkel gève (=iemand een pak slaag geven) (Genneps)
- iemes nogginne cént geve (=iemand wel iets willen aandoen) (Luyksgestels)
- iemet ene stamp onder zen prij gève (=iemand een trap onder zijn gat geven) (Vlijtingens)
- ik geve et joe op een breevie dat et waor is (=De echte waarheid) (Giethoorns)
- Ik geve het joe op een breevie dat het waor is (=De echte waarheid) (Giethoorns)
- Ik mos me neef effe-n-'n hand geve / ik mos / moest even/effe sasse / mos ff naar de plee (=Ik moest plassen) (Utrechts)
- kzou ou ies een klets tegen au oere geve (=ik zou eens een klap tegen uw oren geven) (Temses)
- Motte geve (=Kletsen geven) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- tege gaas geve (=niet mee werken) (Mestreechs)
- tége gaas géve (=tegensputteren) (Mestreechs)
- toek oep a bakkes geve (=slag op gezicht geven) (Antwerps)
- ze geve schuë weer (=er wordt mooi weer voorspeld) (Wichels)
- zoë geve ze de keuning zaain haandschoene oëk (=gezegde als men iemand iets toegooid) (Antwerps)
- zoë geve ze de keuning zen andschoene (=als er materiaal naar U wordt toe geworpen) (Antwerps)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen