schudden

werkw.
Uitspraak:  [ˈsxʏdə(n)]
Afbreekpatroon:  schud·den
Vervoegingen:  schudde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geschud (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

snel heen en weer, of op en neer bewegen
Voorbeelden:  `iemand wakker schudden`,
`Goed schudden voor gebruik!`
nee schudden  (door je hoofd heen en weer te draaien duidelijk maken dat je iets niet wilt of niet goedvindt)
Je kunt het wel schudden.  (het is duidelijk dat het niet doorgaat)


Synoniemen
agiteren   beven   heen en weer bewegen   husselen   ophitsen   opruien   opstoken   opwinden   spartelen   trillen   wankelen   wiegelen   

Spreekwoorden en zegswijzen
• niet alle winden schudden noten af. (=succes is niet altijd gegarandeerd)
• iets uit zijn mouw schudden (=zonder moeite met iets komen)
• het wel kunnen schudden (=het wel kunnen vergeten)
• de lever doen schudden (=doen schaterlachen)
• de engeltjes schudden hun kussens uit (=het sneeuwt)
Toon alle 6 spreekwoorden die schudden bevatten

Intensiveringen
Hoe kun je met schudden een ander begrip versterken?
schudden van het lachen;

6 definities op Encyclo
  • •snel heen en weer bewegen om iets te mengen.
  • het een aantal keren bewegen vb: ik schud het pak melk nee schudden [je hoofd van links naar rechts bewegen] de kaarten schudden [ze door elkaar doen] hem de hand schudden [hem een hand geven] hem wakker schudden [wakker maken door hem te bewegen] hem door elkaar schudden [hem heen en weer bewegen omdat je kw...
  • 1) Drillen 2) Schoffelen van speelkaarten 3) Schoffelen 4) Schokken 5) Ondersteken 6) Schodderen 7) Heen en weer bewegen 8) Door elkaar gooien 9) Wankelen 10) Wagen 11) Met kracht heen en weer bewegen 12) Trillen 13) Spartelen 14) Agiteren 15) Rutselen 16) Verschieten 17) Vergeten 18) Husselen 19) Hutselen
  • heen en weer bewegen
  • heen en weer bewegen Jaar van herkomst: 1240 (Bern. )
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met schudden:
schuddend

Deze woorden eindigen op schudden:
opschuddendooreenschudden

Herkomst volgens etymologiebank.nl
schudden (heen en weer bewegen)

Taaladvies
Waar komt `Je kunt het wel schudden` vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie Je kunt het wel schudden

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van schudden?
De verleden tijd van schudden is 'schudde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geschud'.
Wat betekent schudden?
'snel heen en weer, of op en neer bewegen'
Hoe spel je schudden?
schudden spel je S C H U D D E N
Wat is een ander woord voor schudden?
Andere woorden voor schudden zijn agiteren, beven, heen en weer bewegen, husselen, ophitsen, opruien, opstoken, opwinden, spartelen, trillen, wankelen en wiegelen.

Op andere websites
Zoek schudden op Woordenlijst.org
Zoek schudden op Google
Zoek schudden op Wikipedia