rammen

werkw.
Uitspraak:  [ˈrɑmə(n)]
Afbreekpatroon:  ram·men
Vervoegingen:  ramde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geramd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

hard tegen iets aan stoten
Voorbeeld:  `het schip ramde de steiger`

Zie ook:  ram


Synoniemen
aanrijden   aanvaren   beuken   bonken   hameren   hengsten   slaan   stompen   

4 definities op Encyclo
  • ergens hard tegenaan stoten, beuken vb: hij ramde met zijn schouder de deur kapot
  • [Bargoens, boeventaal] vechten. Als jullie rammen willen, gaat dan op de vlakte (op straat). De jongens gingen rammen met de geslagen treiters (brooden).
  • 1) Openlopen 2) Hameren 3) Beuken 4) Dwarsscheeps aanvaren 5) Rammeien 6) Rammelen 7) Slaan 8) Hard stoten 9) Wild tekeergaan 10) Aanrijden 11) Met kracht aanvaren 12) Overvaren 13) Stoten 14) Stompen 15) Aanvaren 16) Botsen 17) Met kracht aanrijden 18) Hengsten 19) Bonken
  • beuken Jaar van herkomst: 1637 (WNT )
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met rammen:
rammenas

Deze woorden eindigen op rammen:
doordrammendrammen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
rammen (beuken)

Taaladvies
Schrijf je rammeien (= met een stormram inrammen) met ei of ij? Zie rammeien / rammijen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van rammen?
De verleden tijd van rammen is 'ramde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geramd'.
Wat betekent rammen?
'hard tegen iets aan stoten'
Hoe spel je rammen?
rammen spel je R A M M E N
Wat is een ander woord voor rammen?
Andere woorden voor rammen zijn aanrijden, aanvaren, beuken, bonken, hameren, hengsten, slaan en stompen.

Op andere websites
Zoek rammen op Woordenlijst.org
Zoek rammen op Google
Zoek rammen op Wikipedia