lossen

werkw.
Uitspraak:  [ˈlɔsə(n)]
Afbreekpatroon:  los·sen
Vervoegingen:  loste (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gelost (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (vracht) uit een transportmiddel halen
Antoniem:  laden

2)
een schot lossen  (met een vuurwapen schieten)


Synoniemen
achterop raken   afkopen   afladen   afschieten   binnenvaren   iets uitladen   loslaten   ontladen   tappen   uitladen   uitlaten   vieren   weglaten   

13 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: Taal der bouwbedrijven` 1914 een gewelf lossen: het formeel wegnemen.
  • Uit de vorm halen
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Lossen``] Een geweer of eenen vuurmond afschieten
  • er de lading uithalen vb: het schip werd in Rotterdam gelost het niet langer vasthouden vb: de duiven werden gelost een schot lossen [een keer schieten]
  • Def.: een lading uitladen.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden eindigen op lossen:
aflossenflossenglosseninlossenoplossenverlossenvlossen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
lossen (ontladen, losmaken)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van lossen?
De verleden tijd van lossen is 'loste'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gelost'.
Wat betekent lossen?
'(vracht) uit een transportmiddel halen' en ''
Hoe spel je lossen?
lossen spel je L O S S E N
Wat is een ander woord voor lossen?
Andere woorden voor lossen zijn achterop raken, afkopen, afladen, afschieten, binnenvaren, iets uitladen, loslaten, ontladen, tappen, uitladen, uitlaten, vieren en weglaten.

Op andere websites
Zoek lossen op Woordenlijst.org
Zoek lossen op Google
Zoek lossen op Wikipedia