aantreffen

werkw.

Uitspraak:	[ˈantrɛfə(n)]
Afbreekpatroon:	aan·tref·fen
Vervoegingen:	trof aan (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft aangetroffen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(toevallig) vinden

Voorbeeld:	`Er is een dode man aangetroffen voor mijn huis.`
Synoniem:	tegenkomen

Synoniemen

1 definitie op Encyclo

1) Treffen 2) Tellen 3) Toevallig ontmoeten 4) Ergens vinden 5) Tegenkomen 6) Ontmoeten 7) Vind 8) Vinden 9) Samentreffen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van aantreffen is 'trof aan'. Het voltooid deelwoord is 'heeft aangetroffen'.

'(toevallig) vinden'

aantreffen spel je A A N T R E F F E N

Andere woorden voor aantreffen zijn ontmoeten, tegenkomen, treffen, vind en vinden.

Op andere websites

Recentelijk gezocht