2 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `tegen iemand`
- iets tegen iemand hebben (=iemand niet goed kunnen verdragen)
- tegen iemand aanlopen (=iemand toevallig tegenkomen)
6 betekenissen bevatten `tegen iemand`
- iemand het hof maken (=aardig tegen iemand doen in de hoop aardig gevonden te worden)
- iemand de hielen likken (=erg onderdanig of nederig tegen iemand doen)
- een andere toon aanslaan (=op een andere manier tegen iemand gaan praten)
- iemand honing om de mond smeren (=tegen iemand aardige dingen zeggen/vleien om iets gedaan te krijgen)
- iemand onder de kin strijken (=vriendelijke of vleiende dingen tegen iemand zeggen)
- iemand of iets het hoofd bieden (=zich met verstand en beleid verzetten tegen iemand of iets, iemand weerstaan)
48 dialectgezegden bevatten `tegen iemand`
- ‘k zie ‘t kleur van a onderbroek (=tegen iemand die geeuwt) (Kaprijks)
- a ge bouven zij bellen he (=tegen iemand die in zijn neus aan t' peuteren is) (Ransts)
- A'j de kont uutleent, mo'j deur de ribbe driete (=gezegd tegen iemand die iets uitgeleend heeft zonder het teruggekregen te hebben) (Barghs)
- amaai gaai kunt nogal ee zoag spanne, zenne (=tegen iemand die blijft zeuren) (Antwerps)
- anne van de koesj of trauën (=handen van de koets of trouwen gezegd tegen iemand die een gehuwde vrouw niet ongemoeid wil laten) (Meers)
- as eure kop op 'n vêrreke stông, lözje neemus geinen huidkieës mieër (=wordt gezegd tegen iemand die erg lelijk is) (Weerts)
- Bès doe in de kirk gebaore!! (=wordt gezegd tegen iemand die altijd de deur achter zich open laat) (Steins)
- chefperron / Dzjeeé zèit commandant van de djoanehaag! (=tegen iemand die de baas probeert te spelen) (Schulens)
- d'r haet zich al ins eine doead gesjöd (=tegen iemand die de kaarten te traag schudt:) (Hulsbergs)
- Dao haet zich al 'ns eine doead gesjöd!! (=wordt gezegd tegen iemand die de kaarten te lang schud.) (Steins)
- De mare is gedempt (=tegen iemand zeggen dat hij niet moet twijfelen (veel maar zeggen) ) (Leids)
- doe bès toch neet van sòkker!! (=wordt gezegd tegen iemand die een beetje bang is (om nat te worden bijv.) ) (Steins)
- en ikche hen op etwiën (=iets tegen iemand hebben) (Veurns)
- Gaa zei just e wauterkieke gaa (=tegen iemand die graag zwemt) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Gaotj mer 's op 'e blâw steinke pisse (=tegen iemand zeggen die boos is en tot bedaren moet komen) (Weerts)
- gè pakt de worden uit minnen mongd (=tegen iemand die net zegt wat jezelf wou vertellen zegt men:) (Sint-Niklaas)
- ge zijd'ier nie in de kirke (=tegen iemand die de deur laat openstaan) (Kaprijks)
- he stopt is me aven achterklap (=tegen iemand die een windje laat) (Ransts)
- Hebbie opt hoekie gestaan? (=tegen iemand die verkouden of ziek is:) (Dordts)
- hei, doa make ze besseme va (=`hei` zeg je niet zomaar tegen iemand) (Sjeeter plat)
- ie k iekt ni zn oohen om (=tegen iemand opkijken) (Zeeuws)
- Kóm maar binne, dao hingk d'r genne achter de deur (=Wordt gezegd tegen iemand die aarzelt om binnen te komen) (Venloos)
- loeë swieët es rap gerieëd (=tegen iemand die schrik van het werk heeft zei men: ‘lui zweet is rap gereed’,) (Meers)
- loi zwieët zit rap grieët (=tegen iemand die makkelijk zweet) (Kaprijks)
- mijn schaup (schaupken) :zegt menals troostwoord tegen iemand die iets ergs overkomen is.meestal kinderen. (=mijn schaap (schaapje) ) (Wetters)
- ne reéke mengs is oardug (=tegen iemand die graag opschept over iets dat hij bezit... zegt men:) (Sint-Niklaas)
- nen eezele zwieët iuëk os tij schijt (=tegen iemand die makkelijk zweet) (Kaprijks)
- nen ezel zwiet van t scheiten (=tegen iemand die vlug zweet) (Moes)
- Nen hond en ö paeërd mankt vur en scheet (=Zegt men tegen iemand die voor het minste klaagt) (Stals)
- Ongeliek is unne bult (=Wordt gezegd tegen iemand die altijd gelijk wil hebben) (Zurriks)
- slopt in doed’a juën toe (=tegen iemand die de slaap niet kan vatten) (Kaprijks)
- speilt em thoeis af (=tegen iemand die te veel zeurt / zaagt) (tervurens)
- spelt wa me oe tiëne tot vermoak van oew iele (=wordt gezegd tegen iemand die klaagt dat hij zich verveelt) (Antwerps)
- stront wie eeterau gescheten (=tegen iemand die zich mateloos aanstelt) (Wetters)
- Stroont wie hit uch geschete (=tegen iemand die zich voornamer voordoet dan) (Zurriks)
- tzaa nen duu' n nie veure val' n (=diepgaande gedachte die men tegen iemand vertelt die gewetenslast heeft van een recent dronkenschap) (Brakels)
- vèrken: Geeft da vèrken dau nog nen ieëmer (=Uitspraak tegen iemand die een boer laat) (Lebbeeks)
- Wa 'd ist, zidde gij in de rou. (=tegen iemand met vuil onder de vingernagels.) (Bevers)
- wa ist valt ave kelder in? (=tegen iemand die een boertje laat) (Ransts)
- wa zittegêi in e broek te krabbe (=tegen iemand welke wartaal uitkraamd) (Antwerps)
- Wieke vogels hemme Wieke boekskes en die noemt men kwiksjeit (=Plagend gezegde tegen iemand die klaagt) (Herentals)
- wor ist nô koers? (=tegen iemand die gehaast is zegt men) (Sint-Niklaas)
- wordt gezegd tegen iemand waarvan men denkt dat hij geen deftige job zal vinden (=wa gaade later worden strontraper achter den trein) (Ursels)
- ze zuken nog een ouwe'oer op de Zalker nachtboot (=tegen iemand die tot vervelens toe het woord voert) (Kampers)
- zieje hi e kiekn! (=tegen iemand die iets verkeerd doet) (Iepers)
- Zo, hebbie in je nest gezeke? (=tegen iemand die vroeger dan normaal zijn bed uit komt.) (Rotterdams)
- zoe klinket zoe botset (=onbeleefd en ruw tegen iemand praten) (Sint-Niklaas)
- Zörg da’j glans op de köttel holdt (=gezegd tegen iemand die men een goede gezondheid toewenst) (Barghs)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen