3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `soep`
- de soep wordt nooit zo heet gegeten, als zij wordt opgediend (=er worden meestal minder zware maatregelen toegepast dan was aangekondigd)
- in de soep lopen (=volledig mislukken (van een plan))
- tussen de soep en de aardappels (=terloops)
Eén betekenis bevat `soep`
- strenge heren regeren niet lang (=wanneer een baas niet een beetje soepel is wordt het voor hem erg moeilijk)
33 dialectgezegden bevatten `soep`
- 't vatj es van de soep (=het beste is voorbij, er valt niet veel meer te halen) (Meers)
- ’t er és een oeër in de soep (=er is ruzie, er scheelt iets) (Meers)
- azoeë en soep men skaupen!! / Ja Marie (=wat een gedoe, mensen toch) (Liedekerks)
- Daor kunde goeie soep van trekke (=Een dikke baby) (Tilburgs)
- de soep binnesjoefelen (=haastig soep eten) (Sint-Niklaas)
- de soep en de väörmiddig, kins se zoeë lank make as se wils (=wordt gezegd als iemand aan het treuzelen is) (Heitsers)
- der is nog ne klets soep over (=er schiet nog wat soep over) (Sint-Niklaas)
- det is lang soep (=waterige soep) (Heitsers)
- die soep is wiep (=die soep is dun) (Sint-Niklaas)
- ee haor in de botter (=een haar in de soep) (Sjeeter plat)
- éed ô moeder ô nie leren bloazen tèn (=als iemand de soep even laat staan omdat ze te heet is....zegt men) (Sint-Niklaas)
- ein haor in de sóp (=een haar in de soep) (Sittards)
- ge zat'er ieëst ne kieër moen in bloaëzn (=de soep is heet) (Kaprijks)
- gudder ne de mert, chmoet nog gruun kuul en e bitske poor hemme veur men sop (=ga je naar de markt, ik moet nog groene kool hebben en een beetje prei voor mijn soep) (Heusdens)
- het droait allemoal in de soep (=als alles misloopt) (Brechts)
- het vet es van de soep (=het beste is weg) (Winksels)
- hij kiekt of want 't soep régent (=hij trekt een zuur gezicht) (Overpelts)
- ie praat van soep me ei hin lepel (=hij weet het niet goed) (Zeeuws)
- ie praat van soep me ei hlad hin lepel (=soep eten) (Zeeuws)
- in een aa kassuul mokte de beste soep (soms voegt men daaraan toe) 'mo t moot gebuire mei e joenk wuitelke! (=vrijen met een oudere vrouw is top) (tervurens)
- in en a casserol kokte de beste soep (=kies beter een ervaren vrouw) (Schunnebroecks)
- lottet mèr get bekiele, tgeet vanzelf wol iëver (=de soep wordt nooit zo heet gegeten als ze wordt opgediend) (Munsterbilzen - Minsters)
- lutst ies in de soep (=roer eens in de soep) (Sint-Niklaas)
- oeleke soep is dè? (=wat voor soep is dat?) (bredaas)
- petrol in de soep (=een haar in de boter) (tervurens)
- se`ves is oer sop kaat (=uw soep wordt koud) (Heusdens)
- soep en kujel (=mensen van laag allooi) (Tiens)
- tusk'n de soep en de patatten (=snel iets tussen andere bezigheden door doen) (Meers)
- tusse de soep en d' erpel (=tussen neus en lippen, terloops) (Helmonds)
- tusse de soep en dèèrepel (=even tussendoor) (Tilburgs)
- veul wès veul twee haoren op oewe kòp is wèèneg, mar twee haoren in oew soep is veul. (=alles is relatief!) (Tilburgs)
- ze kom van 't vier (=de soep is heet) (Kaprijks)
- zop zuijen (=soep koken) (herenthouts)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen