7 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `verliezen`
- have en goed (verliezen) (=alles wat je hebt (verliezen))
- het hoofd verliezen (=niet meer weten wat te doen)
- het pleit beslechten/beslissen/verliezen (=de zaak definitief verliezen)
- je gezicht verliezen (=zijn eer verliezen)
- je hebben en houwen verliezen (=alles wat iemand bezit kwijtraken)
- je wilde haren verliezen (=ouder en rustiger worden)
- uit het oog verliezen (=er niet meer aan denken)
23 betekenissen bevatten `verliezen`
- het hart in de schoenen zinken (=alle moed en hoop verliezen om problemen op te lossen)
- alles op het spel zetten (=alles inzetten en mogelijk alles verliezen)
- have en goed (verliezen) (=alles wat je hebt (verliezen))
- uit het oog, uit het hart (=de aandacht voor iemand verliezen, als die persoon niet meer in de nabijheid is)
- het pleit beslechten/beslissen/verliezen (=de zaak definitief verliezen)
- door de bomen het bos niet meer zien (=door alle details het overzicht verliezen)
- de bout op de kop krijgen. (=een geschil verliezen)
- van je paard gevallen zijn (=een positie verliezen)
- de bietenbrug opgaan (=falen, ten onder gaan, zwaar verliezen)
- aan lager wal geraken (=fortuin verliezen; arm en berooid worden)
- het zeil strijken (=het opgeven / flauw vallen / van iemand verliezen)
- iemand op de kast jagen (=iemand zijn goede humeur doen verliezen door plagen)
- iemand uit het zadel lichten (=iemand zijn positie doen verliezen, iemand ontslaan)
- aan het kortste eind trekken (=in de ongunstigste positie zijn / verliezen)
- in het zicht van de haven schipbreuk lijden (=op het laatste nippertje nog verliezen)
- achteruit gaan als een hollend paard (=snel terrein verliezen)
- je kan geen omelet maken zonder eieren te breken (=soms moet men iets verliezen om een hoger doel te bereiken)
- in het zand bijten (=tegenstand verduren / verliezen)
- ook van de mosterd eten (=veel geld aan iets verliezen)
- het onderspit delven (=verliezen)
- de moed in de schoenen doen zinken (=wanhopig worden en de moed verliezen)
- je gezicht verliezen (=zijn eer verliezen)
- uit het zadel lichten (=zijn rang of stand of betrekking doen verliezen)
42 dialectgezegden bevatten `verliezen`
- 't lijt altied an 'e scheuvels, nooit an 'e scheuvellober (=het verliezen ligt nooit aan de verliezer) (Westerkwartiers)
- 't onnerspit delv'm (=een zaak verliezen) (Westerkwartiers)
- baeter get verlieze dan ët nauts gehad hëbbe (=iets verliezen is niet zo erg als het nooit bezeten te hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kop (erm) lotte hange (boemele) (=de moed verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de mismoêd èn krijge; 't lotte hange (=de moed verliezen) (Bilzers)
- een knijn konste mèr ene kër ville (=als je niets hebt, kun je ook niets verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- geet tyd genoeg voe te rustn aoj doîd zyt (=geen tijd te verliezen) (Kortemarks)
- goed zen broek sjieëre (=veel geld verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- het loëten hange (=de moed verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- hij is't aan zijn kliuëdn (=hij is (onherroepelijk) aan het verliezen) (Kaprijks)
- hij vecht veur liefsbehold (=hij vecht om zijn gezicht niet te verliezen) (Westerkwartiers)
- ich wor dich, en dich wors mich.Ich bén men eege nimei. (=met iedere vriend die we verliezen, verliezen we een stuk van onszelf) (Bilzers)
- küpke onder gon (=verliezen) (Bilzers)
- köpke onder gon (=verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- mangs ist better iets moois an de klos (=soms is het beter iets moois te verliezen, beter verliezen dan dat je het nooit heb gehad) (Twents)
- nat gaon (=verliezen met kaarten) (Roosendaals)
- oat oe doeng gerake (=het noorden verliezen) (Antwerps)
- oên de pin lekke (=het onderspit delven, verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- of: Vèir d' n of op zijn (=Z'n haar vooraan verliezen) (Lebbeeks)
- on de pin lêkke (=verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ont koste eind trèkke (=de strijd verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ont kotste in trèkke (=verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- op aa (zaan) duus kraage (=verliezen van een wedstrijd) (tervurens)
- op zén bruëd krijgen (=in het spel verliezen) (Meers)
- op zën daus krijge (=rammel krijgen, verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- op zenen donder krijge (=verliezen) (Bilzers)
- pin blieve hawwe (=niet uit het oog verliezen) (Mestreechs)
- schaptje die blet verliest ze bitjes (=babbelaars verliezen) (Veurns)
- Soms is ' t beater iets moeis te verleeze. Beater verleeze dan dat ge ' t noeit het gehad (=soms is het beter iets moois te verliezen, beter verliezen dan dat je het nooit heb gehad) (Limburgs)
- tër kop en k...aoën ènsjiete (=alles er aan verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
- téssem én zen sjoën gezak (=de moed verliezen) (Bilzers)
- Unne jas kriegen (=verliezen) (Zurriks)
- va zè zaalve goan, va zène suus goan, oardug wurren, wegdrjaan (=het bewustzijn verliezen) (Sint-Niklaas)
- va zè zelve goeën (=flauw vallen, bewustzijn verliezen) (Meers)
- va zènne senter goeën (=bewustzijn verliezen) (Meers)
- va zènne sus vallen (=flauw vallen, bewustzijn verliezen) (Meers)
- van z'n zelv'n vol'n, van zijne sies droaj'n (=het bewustzijn verliezen) (Waregems)
- van ze plumen loaten (=Prestige verliezen) (Veurns)
- van zeene sies vallen (=zijn bewustzijn verliezen) (Ouwegems)
- van zijne post zijn (=het noorden verliezen) (Moes)
- zen broek sji (=veel geld verliezen) (Bilzers)
- zëne kluts kwijt zin (=het noorden verliezen) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen