Spreekwoorden met `onder`

Zoek


139 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `onder`

  1. als een donderslag bij heldere hemel (=een onverwachte gebeurtenis, die een grote schok teweeg brengt)
  2. als een kip zonder kop (=zonder beraad, onbesuisd)
  3. daar heb je het gedonder in de glazen (=daar begint de miserie)
  4. daar kun je donder op zeggen (=daar mag je zeker van zijn)
  5. dat is een paal onder water (=dat brengt meer nadeel dan voordeel)
  6. de bocht achter/onder de arm houden (=extra voorzichtig zijn, iets nog niet garanderen. (een bocht houden in het touw dat je laat vieren))
  7. de boel in het honderd sturen (=in de war maken/verstoren)
  8. de grond onder zich voelen wegzinken (=beschaamd zijn , geen oplossing meer zien)
  9. de poten onder iemands stoel wegzagen (=iemands positie verzwakken)
  10. de schouders eronder zetten (=zich voor iets inspannen)
  11. de uitzondering bevestigt de regel (=overal zijn er uitzonderingen)
  12. de wind eronder hebben (=de ondergeschikten hebben angst)
  13. de zee is altijd zonder water. (=hebberige mensen willen altijd meer)
  14. donderbuien zuiveren de lucht. (=een ruzie kan een hangende situatie oplossen)
  15. een hark zonder steel (=iets waardeloos)
  16. een hartje zonder zorg (=een zorgeloos iemand)
  17. een knuppel in het honderd gooien (=kritiek geven zonder namen te noemen)
  18. een man zonder vrouw is als een paard zonder teugels. (=in het huwelijk hebben man en vrouw elkaar nodig)
  19. een ondergeschoven kindje zijn (=iets of iemand is miskend. Zie bedstede voor de letterlijke betekenis)
  20. eén onderrok trekt meer dan twee paarden. (=de invloed van een vrouw is heel sterk)
  21. een ridder zonder vrees of blaam (=een moedig mens)
  22. een straatje zonder eind (=een eindeloos proces, iets wat nooit ophoudt)
  23. een vrouw zonder man is als een vis zonder fiets (=feministische uitspraak)
  24. er de wind onder hebben (=de schrik erin hebben zitten bij ondergeschikten)
  25. er een streep onder zetten (=er een eind aan maken, ermee stoppen)
  26. er is niets nieuws onder de zon (=alles is al eerder vertoond)
  27. er is onkruid onder de tarwe (=er zijn minderwaardige goederen (of personen) tussen de betere)
  28. er kan nog een kabeljauw onderdoor (=er is ruimte genoeg (brug, speling))
  29. er onderdoor gaan (=ziek worden, bankroet gaan, oververmoeid raken)
  30. er schuilt een addertje onder het gras (=er is een verborgen risico in het spel)
  31. er zijn geen rozen zonder doornen (=bij elk geluk is er ook verdriet)
  32. er zonder kleerscheuren afkomen (=helemaal niets mankeren na een ongeluk)
  33. eten uit de korf zonder zorg (=geen zorgen meer hebben over zijn levensonderhoud)
  34. geen dag zonder zorgen (=er is altijd wel iets om je zorgen over te maken.)
  35. geen geluk zonder druk. (=gelukkig wordt je niet zonder er moeite voor te doen)
  36. geen katje om zonder handschoenen aan te pakken (=geen gemakkelijk persoon)
  37. geen koren zonder kaf (=tussen al het goeie zit altijd ook wel iets minder goeds)
  38. geen krieken zonder stenen. (=niemand is er perfect.)
  39. geen licht zonder schaduw (=tussen al het goeie zit altijd ook wel iets minder goeds)
  40. geen rook zonder vuur (=er wordt niet over gepraat of er is wel iets van waar)
  41. geen vlees zonder been (=niets zonder gebreken)
  42. goed gereedschap hangt onder een afdak. (=ik ben wel te dik maar mijn ‘gereedschap` (de penis) werkt nog goed.)
  43. heden in hoogheid verheven morgen onder de aarde (=vandaag nog heel belangrijk, maar morgen misschien al dood)
  44. het achtste wereldwonder (=een ongelooflijk prachtig iets)
  45. het in Keulen horen donderen (=met stomheid geslagen zijn)
  46. het loopt in`t honderd (=het gaat helemaal mis)
  47. het onder de pet houden (=het niet in de openbaarheid brengen)
  48. het onderspit delven (=verliezen)
  49. het onderste uit de kan willen (=het uiterste willen)
  50. het probleem onder de knie hebben (=het probleem is opgelost)

293 betekenissen bevatten `onder`

  1. naar iemands pijpen dansen (=(onderdanig) alles doen wat iemand vraagt)
  2. wat de heren wijzen moeten de gekken prijzen (=aan beslissingen van het hoger gezag moet men zich onderwerpen)
  3. het achter de ellebogen hebben (=achterbaks; zonder zijn zelfzuchtige bedoelingen te laten zien)
  4. je leven in de waagschaal stellen (=actie ondernemen waarbij het eigen leven in gevaar kwam)
  5. geen klaviertje over slaan (=alle bijzonderheden in acht nemen)
  6. aan alle kapelletjes aanleggen (=alle cafés onderweg bezoeken)
  7. bij elk heilig huisje aanleggen (=alle cafés onderweg bezoeken)
  8. alle heilige huisjes aandoen (=alle cafés onderweg bezoeken)
  9. botertje aan de boom zijn / het is botertje tot de boom (=alles gaat goed zonder problemen)
  10. als het in de kajuit regent ,druipt het in de hut (=als de baas problemen heeft, krijgen ook de ondergeschikten hun deel)
  11. als het hek van de dam is lopen de varkens in het koren (=als er geen toezicht is springen kinderen of ondergeschikten uit de band)
  12. als de kat van honk is dansen de muizen op tafel (=als er geen toezicht is, doen de ondergeschikten hun zin)
  13. wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten (=als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen (liefst zonder klagen))
  14. wie vuur eet schijt vonken (=als men iets gevaarlijks onderneemt krijgt men nare gevolgen)
  15. er voor gaan (=besluiten aan een onzekere onderneming te beginnen en zich er volledig voor in te zetten)
  16. geen slapende honden wakker maken (=beter niet over een bepaald onderwerp beginnen / aan mensen die ergens niets van weten en het er wellicht niet mee eens zijn, niets erover vertellen)
  17. ons kent ons (=betrekkelijk afgesloten clubje mensen dat onderling de zaken regelt)
  18. de koning te rijk zijn. (=bijzonder gelukkig zijn)
  19. in een goed blaadje staan (=bijzonder gewaardeerd worden)
  20. nijdig als een spin (=bijzonder nijdig)
  21. de lakense bril erbij opzetten (=bijzonder scherp toekijken)
  22. zo stijf als een bonenstaak (=bijzonder stijf)
  23. zo stil dat je een speld kunt horen vallen (=bijzonder stil)
  24. van luie Kees (=bijzonder traag)
  25. van een leien dakje gaan (=bijzonder vlot en zonder problemen verlopen)
  26. een daad stellen. (=concrete aktie ondernemen)
  27. zo gaan er dertien in een dozijn (=dat heeft weinig waarde, is niet zo bijzonder)
  28. dat is schering en inslag (=dat komt bijzonder vaak voor [onderdelen van een weefgetouw])
  29. volgens Bartjens (=de allereenvoudigste rekenstof (als referentie aan onderwijzer Willem Bartjens die een bekend rekenboekje schreef))
  30. de rubicon overtrekken (=de beslissende stap ondernemen)
  31. primus inter pares (=de beste onder zijns gelijken)
  32. in de tredmolen lopen (=de dagelijkse sleur volgen - zich onderwerpen)
  33. de eigen boontjes doppen (=de eigen zaken regelen zonder hulp van anderen)
  34. de wind eronder hebben (=de ondergeschikten hebben angst)
  35. de grote vissen eten de kleine (=de ondergeschikten moeten doen wat de baas zegt / het slachtoffer worden van overmacht.)
  36. er de wind onder hebben (=de schrik erin hebben zitten bij ondergeschikten)
  37. met de helm (op) geboren zijn (=de toekomst kunnen voorspellen / bijzonder voorzichtig zijn)
  38. het vlees doden (=de zinnelijke behoeften onderdrukken)
  39. de grote kaars gaat uit (=de zon gaat onder)
  40. bezint eer ge begint (=denk goed na over de gevolgen voordat je actie onderneemt)
  41. die is niet voor de poes (=die moet als tegenstander niet onderschat worden)
  42. op stel en sprong (=direct en zonder uitstel.)
  43. op de man af (=direct, zonder omwegen)
  44. dit loopt uit de hand (=dit is niet meer onder controle)
  45. genadebrood eten (=door anderen onderhouden worden)
  46. een Babylonische spraakverwarring (=door elkaar spreken zonder naar elkaar te luisteren en elkaar niet verstaan)
  47. door het lint gaan (=door woede je emoties niet (meer) onder controle kunnen houden)
  48. over lijken gaan (=doordouwen zonder oog voor ethiek of moraal)
  49. jezelf op de borst slaan (=duidelijk aan de omgeving laten weten dat men ergens bijzonder trots op is)
  50. een boterham met tevredenheid (=een (droge) boterham (zonder beleg))

50 dialectgezegden bevatten `onder`

  1. `Aarg geschrouw, mer weinig wol, ` zei de boer en hie had 't vaarke onder 't mes (=Veel geschreeuw, maar weinig wol) (Barnevelds)
  2. 'k ben de pin af ; ze kunnen mè vangen onder een klak (=ik ben zo moe) (Sint-Niklaas)
  3. 't blijf laaë kloar (=de zon gaat laat onder) (Kaprijks)
  4. 't is buugn of bestn (=het is toegeven of ten onder gaan) (Veurns)
  5. 't is onder de mejnsn (=het gerucht gaat rond) (Kaprijks)
  6. 't is vroeg donkre (=de zon gaat vroeg onder) (Kaprijks)
  7. 't kinnekken maalken, maalksen loaten drinken (=soort van streling met de hand onder de kin van een kind) (Sint-Niklaas)
  8. 't stoa woater in zijne kelder; zein broek ë onder den tram gezétne (=zijn broek is te kort) (Oudenaards)
  9. 't wèrd te weirem onder zè gat (=hij voelde zich niet meer veilig) (Meers)
  10. ’t wirt wèirem onder zé gat (=hij voelde zich niet meer veilig) (Meers)
  11. ' t es ' n ipgezet spel (=vooraf onder elkaar geregeld) (Waregems)
  12. ' t nös onder ' n boom hebb' n liggen (=Gescheiden) (Achterhoeks)
  13. a (ze) kaun onder de koepeurt ne miëe (=hij (zij) draagt hoorns (ontrouw) ) (Ninoofs)
  14. a es onder geiën hinje gebroejid (=hij is niet van gisteren) (Ninoofs)
  15. a leit onder den sloef (=thuis niets te zeggen hebben) (Nijlens)
  16. a ligt onder de slasj (=hij moet luisteren naar zijn vrouw) (Meers)
  17. a schiet onder men doaven (=hij wil zaken afnemen) (Nijlens)
  18. A-j ' t platte van de voeten maar onder joe ollen (=Blijf met de voeten op de grond staan wees verstandig en nuchter blijven) (Giethoorns)
  19. a-k=j 't platte van de voeten maar onder joe olln (=blijf nuchter, geen verbeelding, blijf gezond) (Giethoorns)
  20. a'é/ zei'é stront onder zenne/ère nees angen (=hij / zij is hoovaardig) (Trejjens)
  21. A'j 't platte van de voeten maar onder joe olln (=Blijf met de voeten op de grond staan, , nuchter blijven) (Giethoorns)
  22. Aa lei onder de sloef (=Hij heeft thuis niets te zeggen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  23. ae prat / klapt au onder taufel (=hij praat je onder tafel) (Wichels)
  24. afdokken (=onder dwang betalen) (Erps)
  25. Afslaage; oep ze bakkes sloage; motte geve; en blauw oeëg sloage; van de roei geve, oep zenne smikkel slage, tege zen schene stampe; onder zijn hol stampe; afdruuëge; zijn hessens inslaage (=slaag geven) (Diesters)
  26. Alleman drig ze leed onder ze kleed (=Er is veel verborgen leed) (Bilzers)
  27. Amai das hie een echt kiekeskot (=Dat is hier veel lawaai, luid praten onder elkaar) (Herentals)
  28. as 't vur niet is loûpe ze de benen van onder older gat (=als het gratis is komt iedereen er op af) (Sint-Niklaas)
  29. as alleman onder dezelfde perrëpli geet stoeên, wieën ze ammël naoët (=als iedereen het deken naar zich toehaalt, ligt iedereen in de kou) (Munsterbilzen - Minsters)
  30. As je niet maok dat je wegkompt/ onder m'n ogen uit (stuk verdriet).. etc (=onder m'n ogen uit / Ben je wel normaal / Ga weg:) (Utrechts)
  31. As je niet maok datje onder me oge uit komp/ as je niet maak dat je wegkomp (=Ga a.u.b. weg, ik word moe van je) (Utrechts)
  32. As je réjkene moet je weer réjkene (=Let op de addertjes onder het gras) (Volendams)
  33. as ons kat eu koei was kongde ze melke onder de stoof (=als telt niet ; met als kan alles) (Antwerps)
  34. asjte kè voglen, kantj uk vlieg'n (=jongegetrouwde werd uit raam tweede verdieping gegooid onder de wetenschap:) (Meers)
  35. aste diep èn de pêt zits, ziet dan daste nie heil onder de shit kumps te zutte (=laat je niet teveel inzinken) (Munsterbilzen - Minsters)
  36. aste kaud kieks, kraajgstë viël kraeëpaute onder zën oogë (=lachen is de boodschap) (Munsterbilzen - Minsters)
  37. Aste onder de pinnekesdroëd dürkrups, moeste oplette vür de stroom en de pinnekes (=het gras aan de overkant is altijd groener) (Bilzers)
  38. aste toeres niks te doen hübs, kommet dan haaj ook nie doen (=blijf onder mijn ogen uit als je zit te niksen) (Munsterbilzen - Minsters)
  39. aste zolder èn brand steet, steet te kalder onder watter (=een goede rosse vrouw is sexueel hevig) (Munsterbilzen - Minsters)
  40. Azzet te heet wordt onder de putjies (=Als het te heet wordt onder de voeten) (Culemborgs)
  41. b' en kaa ààn ònder en wèrrem kònt koume (=Verschrikken) (Sintrùins)
  42. Baloene pakke in de wermeshof onder de makrauseleer (=Meikevers vangen in de tuin onder de seringenboom) (Walshoutems)
  43. benn'n we mooi onner eig'n volk (=zijn we mooi onder elkaar) (Westerkwartiers)
  44. béste onder de vekantse noë sjoël gewés (=waar heb je dat geleerd?) (Bilzers)
  45. bij één 't vuur an 'e scheen'n legg'n (=iemand onder druk zetten om te beslissen) (Westerkwartiers)
  46. binst den aurlog (=onder de oorlog) (Winksels)
  47. D'r is niks gien ni-js onder de zunne. (=Er is niets nieuws onder de zon.) (Vechtdals)
  48. d'r mee onder zitten (=iets bij u hebben) (Moorsel)
  49. d'r stoon twie keuj oonder de buim (=er staan twee koeien onder de bomen) (Mestreechs)
  50. da konste dich onder zën sjoeën (kloempe) sjrijve (=vergeet het maar!) (Munsterbilzen - Minsters)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen