Spreekwoorden met `nog niet`

Zoek

6 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `nog niet`

  1. bijna is nog niet half en een koe is nog geen kalf (=iets bijna hebben is hetzelfde als iets helemaal niet hebben)
  2. de peer is nog niet rijp (=de zaak is nog niet in orde)
  3. de reis is nog niet ten einde als men kerk en toren herkent (=geef niet op voor het doel geheel is bereikt)
  4. het zo zout nog niet gegeten hebben (=het zo slecht nog nooit meegemaakt hebben)
  5. nog niet jarig zijn (=iets ongunstigs te verwachten hebben)
  6. nog niet op eigen benen kunnen staan (=nog niet zichzelf volledig zelfstandig kunnen redden)

16 betekenissen bevatten `nog niet`

  1. het licht zien (=1: begrijpen wat men daarvoor nog niet begreep 2: geboren worden, ontstaan)
  2. eén kwade dag maakt de winter niet. (=als iets verkeerd gaat, hoeft nog niet alles verkeerd te gaan.)
  3. uitstel is geen afstel (=als je iets uitstelt wil dat nog niet zeggen dat je het nooit meer gaat doen)
  4. aan een zijden draadje hangen (=de kansen zijn nog niet verkeken, maar het scheelt erg weinig)
  5. de peer is nog niet rijp (=de zaak is nog niet in orde)
  6. de bocht achter/onder de arm houden (=extra voorzichtig zijn, iets nog niet garanderen. (een bocht houden in het touw dat je laat vieren))
  7. dat is makkelijker gezegd dan gedaan (=het valt in de praktijk nog niet mee)
  8. zo lang er leven is, is er hoop (=hoe slecht het ook staat, zolang nog niet alles verloren is, kan alles nog goed komen)
  9. iemand de ogen openen (=iemand inzicht geven in iets wat diegene nog niet doorhad)
  10. jij raapt nog geen stro van de aarde (=je hebt nog niets verwezenlijkt)
  11. de huid van de beer niet verkopen voor hij geschoten is (=je moet niet al willen genieten van wat men nog niet verworven heeft)
  12. geen zorgen voor de dag van morgen (=maak je nu nog niet druk over mogelijke toekomstige problemen)
  13. een veer van zijn mond kunnen blazen (=nog niet totaal uitgeput zijn)
  14. nog niet op eigen benen kunnen staan (=nog niet zichzelf volledig zelfstandig kunnen redden)
  15. boven aarde staan (=overleden zijn maar nog niet begraven)
  16. al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding (=wie zich mooi aankleedt wordt daarmee zelf nog niet mooi)

50 dialectgezegden bevatten `nog niet`

  1. 'k ben den tronnot nog nie terug gewoon (=ik ben het werkritme nog niet terug gewwon) (Antwerps)
  2. 'k loate voar'n ... (=ik heb het dan nog niet eens over ...) (Wevelgems)
  3. 'k Wil hier dood nog niet zien worden (=Hier wil ik echt niet zijn.) (Drents)
  4. 'k wol heur met 'n tang nog niet aanpakk'n (=het is een vies vrouwtje) (Westerkwartiers)
  5. 't lijt niet aan heur dat de oorlog nog niet aofloop'm is (=het is een wel heel simpel iemand) (Westerkwartiers)
  6. 't stàlt d'r nog nie op (=het lijk er nog niet op) (Wells)
  7. 't zal 'r wappere (=ze zijn nog niet jarig) (Luyksgestels)
  8. ' k go nog nie no ruus, belange nie (=ik ga nog niet naar huis, zeker niet) (Bachten de kupes)
  9. ' t n es no nie ezeid (=het staat nog niet absoluut vast) (Waregems)
  10. ' t Zal em ' n gotje voere (=Hij weet nog niet waar hij aan begint) (Hals)
  11. aateréén geeste mich nog nimei kinne (=binnenkort ga je me nog niet meer herkennen) (Munsterbilzen - Minsters)
  12. alleens nie, allis nie (=nog niet eens) (Wichels)
  13. aure waaj teleire, en nog nie heire (=olifantenoren en nog niet luisteren) (Bilzers)
  14. azoan raobe ek no nie gezien (=zo een groot hoofd heb ik nog niet gezien) (Evergems)
  15. Bekant is nog niet half (=Bijna is niet helemaal) (Boskoops)
  16. break mich de maul nie oeëpe (=als je me verplicht te antwoorden, ben ik nog niet zo zeker van de gevolgen) (Munsterbilzen - Minsters)
  17. d’n aovendj kumtj d’r in (=nog niet klaar zijn met werken als het donkerwordt) (Heitsers)
  18. da is nog wijt van kaant (=dat is zeker nog niet gedaan) (Nieuwmoers)
  19. daajhètter ooge nie èn hër maol zitte (=die loert nog niet een klein beetje) (Munsterbilzen - Minsters)
  20. dae és blijve tèkke! (=hij is op zijn kop gevallen en nog niet weinig) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. dae ès nog goed lips (=die is nog niet versleten) (Munsterbilzen - Minsters)
  22. dae is nog neet drwèg achter zien warre (=hij is nog niet droog achter zijn oren) (Aelsers)
  23. dae kraajg ët nog op zënë botterham gesmaerd (=dat vergeet en vergeef ik hem nog niet zo snel-daar zal ik hem snel aan herinneren) (Munsterbilzen - Minsters)
  24. dae kump nog mër kieke (=hij is nog niet droog achter zijn oren) (Munsterbilzen - Minsters)
  25. dae moet nog viël botterhemkes aete (=hij is bijlange nog niet sterk genoeg) (Munsterbilzen - Minsters)
  26. dao bès se nog neet bie Oeël mèt äöver (=daar ben je nog niet mee klaar) (Heitsers)
  27. daor doede nie veul panne van op ut vuur (=dat levert nog niet veel op) (Oudenbosch)
  28. daor zijde gij nog nie meej aon de nuuw erpels (=daar ben je nog niet mee klaar) (Oudenbosch)
  29. das de kojste nog nie (=hij is de slechtste nog niet) (Munsterbilzen - Minsters)
  30. das nen autlèg van kis mën k...... (=dat is me helemaal nog niet klaar) (Munsterbilzen - Minsters)
  31. das nog nie de kojste (=zij is zo slecht nog niet) (Munsterbilzen - Minsters)
  32. dat es noga t'iën en t'ander (=daar is het laatste woord nog niet over gezegd) (Moes)
  33. dat muuske krigt nog wel 'n steertje (=daar is het laatste woord nog niet over gesproken) (Westerkwartiers)
  34. dát stált 'r nag neet óp (=dat lijkt er nog niet op) (Horster)
  35. dat zit nog ien wiej zek (=dat is nog niet zeker) (Wells)
  36. dau zemme nonnie aun de nuuf patatte zenne (=daar zijn we nog niet klaar mee) (Willebroeks)
  37. de bès noch nie toeres (=je bent er nog niet) (Munsterbilzen - Minsters)
  38. de bès nog slimmer asne mins (=dat is slim bekeken, zo had ik het nog niet bezien) (Munsterbilzen - Minsters)
  39. de hëbs zën slip nog authange (=je hemd steekt nog niet in je broek) (Munsterbilzen - Minsters)
  40. de mësiëre kump tich al tiëge aoën de viërdiër (=je hoeft nog niet alles gezien te hebben om te zien hoe groot de miserie is) (Munsterbilzen - Minsters)
  41. de mizieëre kump tich tieëge aon de vieërdieër (=je moet nog niet eens het heel huis bezien hebben om te weten dat het er maar armtierig uitziet) (Munsterbilzen - Minsters)
  42. de moes tich nie autdoen vër daste gees sloëpe (=als je nog niet op sterven ligt, moet je nog niet alles wegschenken) (Munsterbilzen - Minsters)
  43. De os is nog niet vet (=Je hebt nog niet genoeg geld) (brabants)
  44. De petètte zen nog ni meurreg (=De aardappelen zijn nog niet gaar gekookt) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  45. de wilde hoar'n benn'n d'r nog niet uut (=hij blijft jeugdig in zijn doen en laten) (Westerkwartiers)
  46. de wonder'n benn'n de wereld nog niet uut (=zeg nooit nooit) (Westerkwartiers)
  47. de wonner'n benn'n de wereld nog niet uut (=men weet maar nooit) (Westerkwartiers)
  48. De zwarte bessen zijn nog gruun omdat ze nog rooi zien (=De zwarte bessenzijn nog niet rijp) (Eindhovens)
  49. Det zit nog in wiej zek (=Dat is nog niet zeker) (Venloos)
  50. Det zitj nog in eine wieje zak (=Dat is nog niet zeker) (Hamonter)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen