Spreekwoorden met `nar`

Zoek

6 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `nar`

  1. allemans vriend is iedermans nar (=je kan niet voor iedereen goed doen)
  2. alles op haren en snaren zetten (=alle middelen aanwenden / alles in het werk stellen)
  3. de Hebreeërs bouwden het, maar de Egyptenaren hebben het. (Exodus 1:11-14) (=het vuile werk door anderen opknappen en het resultaat zelf pakken)
  4. in de penarie zitten (=in grote moeilijkheden zitten)
  5. je moet de snaren niet te sterk spannen (=je moet niet al te streng zijn, niet al te veel eisen)
  6. titanenarbeid verrichten (=erg zwaar werk doen)

11 betekenissen bevatten `nar`

  1. achter de wolken schijnt de zon (=alle nare dingen zijn tijdelijk en daarna wordt het beter)
  2. wie vuur eet schijt vonken (=als men iets gevaarlijks onderneemt krijgt men nare gevolgen)
  3. een ongeluk zit in een klein hoekje (=door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
  4. eigen roem/lof stinkt (=door over jezelf op te scheppen maak je een nare indruk)
  5. hoe eerder dood, hoe eerder begraven. (=een nare klus beter niet uitstellen)
  6. nood zoekt list. (=in benarde situaties worden ongebruikelijke oplossingen gevonden)
  7. in de pekel (=in de penarie)
  8. in de p zitten (=in de penarie zitten)
  9. in de pee zitten (=in de penarie zitten)
  10. een kat in het donker/nauw maakt rare sprongen (=in een benarde situatie doet men vreemde dingen)
  11. een dag is nooit zo nat of de zon schijnt altijd wat (=ook bij nare situaties zijn er lichtpuntjes)

27 dialectgezegden bevatten `nar`

  1. 'k moet zeiken as unne ruen (=Ik moet nodig nar het toilet) (Ossies)
  2. 't es nar de vantjes (=het is stuk) (Wichels)
  3. ae sloat'r nar / noar gellek nen blenn'n nar / noar een ae (=hij gokt maar wat) (Wichels)
  4. Blauw witte nar (=Fan of speler van Quick Boys) (Katwijks)
  5. die is in de kerke gebooren (=iemand die veel nar de kerk gaat (Axel ) ) (Zeeuws)
  6. een arken nar zèen varken / een oarken nar zèen voarken (=een aardje naar zijn vaartje) (Wichels)
  7. g'et oan oard noar / nar giëne vremd'n (=je hebt het van geen vreemde) (Wichels)
  8. Ieder trek'ut laoke nar z'n eigen kaant (=Iedereen probeert er zelf het meeste voordeel uit te halen) (Roosendaals)
  9. Ieder trek'ut laoke nar z'n eigen kaant. (=Iedereen probeert er het meeste voordeel uit te halen.) (Baronies)
  10. ik ben mee den ond nar 't smes (=Ik zeg liever niet waar ik heen ga) (Wichels)
  11. ik goa nar 't school (=ik ga naar school) (Wichels)
  12. ik goa nar mèen'n nest / mèen'n tram (=ik ga slapen) (Wichels)
  13. lop nar klote (=valdood) (Liessents)
  14. nar de koer / nar achter goan (=naar toilet gaan) (Wichels)
  15. nar de vantjes (=helemaal stuk) (Wichels)
  16. nar de vodd'n, in stikken vanieën (=kapot, stuk) (Wichels)
  17. nar den buuët goan (=bevallen) (Wichels)
  18. nar den buuët goan, ne klaene krèegen / kuuëpen (=bevallen (een kind krijgen)) (Wichels)
  19. spilt da mor nar binn'n (=eet dat maar op) (Wichels)
  20. Tès Nie Voe Rover nar Us te Skrivven (=het gaat niet goed) (Kortrijks)
  21. va ponsjes nar pieloates (=van het kastje naar de muur) (Wichels)
  22. Wost nar U Gedach (=vond je het leuk) (kortrijks)
  23. Z'es nar den buuët gewist / ze kom van den buuët / hee ne klaene gekocht [baby's werden door een boot over de Schelde gebracht i.p.v. door de ooievaar] (=Ze heeft een kind gekregen) (Wichels)
  24. ze kek(t) nar au (=zij kijkt naar je) (Wichels)
  25. ze moet nar den buuët (=ze is in verwachting) (Wichels)
  26. zoajen nar de zak (=uitgeven naar wat je verdient) (Kortrijks)
  27. zuë aad as de wig nar Ruëme (=erg oud (m.n.: oud nieuws)) (Wichels)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen