Spreekwoorden met `mensen`

Zoek

9 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `mensen`

  1. alle mensen moeten leven (=gun de anderen ook wat)
  2. bomen ontmoeten elkaar niet, mensen wel (=de kans dat je iemand toevallig tegenkomt is groot)
  3. een paar mensen optrommelen (=een paar mensen laten komen)
  4. er is geen ijs of het kost mensenvleis (=als er ijs op de sloten en vijvers ligt, verdrinken er altijd mensen)
  5. mensen vertellen veel op een zomerse dag. (=verhalen kloppen niet altijd)
  6. niet door mensenhanden gebouwd (=door God of natuur tot stand gebracht)
  7. onder de mensen komen (=buitengaan , mensen ontmoeten)
  8. sinds mensenheugenis (=al lange tijd)
  9. van God en alle mensen verlaten (=afgelegen; stil)

114 betekenissen bevatten `mensen`

  1. een kleine aardappel moet je niet schillen (=aan mensen die weinig geld hebben, moet je niet veel geld vragen)
  2. als de herder dwaalt dolen de schapen (=als de leider het verkeerd doet weten de mensen die hem volgen niet wat ze doen moeten)
  3. er is geen ijs of het kost mensenvleis (=als er ijs op de sloten en vijvers ligt, verdrinken er altijd mensen)
  4. hoe meer vis, hoe droever water (=als er meer mensen komen valt er minder te verdelen (erfenissen))
  5. als oude honden blaffen, is het tijd om uit te zien (=als ervaren mensen waarschuwen moet je luisteren)
  6. een geplaveide weg is des duivels oorkussen (=als je niets doet en lui bent, doe je ook niks goeds / mensen die zich vervelen omdat ze niets te doen hebben, kunnen tot de slechts dingen komen daardoor)
  7. als twee honden vechten om een been loopt de derde ermee heen (=als twee mensen ruzie maken, profiteert een derde ervan.)
  8. de pastoor gaat voor en de dominee loopt met hem mee (=altijd eerst de machtige mensen, dan de mindere mens)
  9. op de magerste paarden bijten de dazen. (=arme mensen hebben vaak pech)
  10. geef het veulen geen haver en het kind geen brandewijn. (=behandel kinderen niet als grote mensen)
  11. heeft de duivel het paard gegeten, dan neemt hij de toom ook nog. (=ben je eenmaal in de macht van slechte mensen, dan wordt het alleen maar erger)
  12. heeft de duivel `t paard gegeten, dan neemt hij de toom ook nog. (=ben je eenmaal in handen van slechte mensen gevallen, dan verlies je alles.)
  13. geen slapende honden wakker maken (=beter niet over een bepaald onderwerp beginnen / aan mensen die ergens niets van weten en het er wellicht niet mee eens zijn, niets erover vertellen)
  14. ons kent ons (=betrekkelijk afgesloten clubje mensen dat onderling de zaken regelt)
  15. het is kwaad kammen daar geen haar is. (=bij arme mensen valt niets te halen)
  16. elk zijn meug, zei de boer en hij at paardenkeutels in plaats van vijgen. (=boeren zijn koppige mensen die hun eigen zin doen)
  17. onder de mensen komen (=buitengaan , mensen ontmoeten)
  18. dat is het geheim van de smid. (=dat specifieke kennis die alleen vakmensen kennen)
  19. die de minste tanden hebben, kauwen het meest (=de domste mensen voeren gewoonlijk het hoogste woord)
  20. herenzonden boerenleed. (=de gewone mensen boeten voor de fouten van de mensen met macht)
  21. de mens wikt, maar God beschikt (=de mensen maken allerlei plannen, maar het is niet aan hen of dat ook gebeurt)
  22. de vrucht der ervaring rijpt niet aan jonge takken (=de verstandigste opmerkingen komen van oudere mensen)
  23. tussen die twee was er geen chemie (=die twee mensen hadden te veel karakterverschillen om goed te kunnen samenwerken)
  24. zoete broodjes bakken (=dingen zeggen om een goede indruk achter te laten bij mensen met invloed)
  25. volle krop, dolle kop. (=dronken mensen doen gekke dingen)
  26. de gekken krijgen de kaart (=dwaze en onverstandige mensen krijgen hun gelijk of ze dat hebben of niet)
  27. een paar mensen optrommelen (=een paar mensen laten komen)
  28. uit zuivere bronnen vloeit zuiver water. (=eerlijke mensen praten geen kwaad)
  29. onze Lieve Heer heeft vreemde kostgangers (=er bestaan nu eenmaal merkwaardige mensen)
  30. er verdrinken er meer in het glas dan in de zee (=er gaan veel mensen dood door het drinken van alcohol)
  31. er zijn meer hondjes die Fikkie heten (=er zijn meer mensen/etc. met dezelfde naam)
  32. een oude vogel is niet licht te vangen. (=ervaren mensen laten zich niet makkelijk foppen.)
  33. een oude rat vindt licht een gat. (=ervaren mensen weten vaak een oplossing te vinden)
  34. aan de strijkstok blijven hangen (=geld dat aan een goed doel wordt besteed verdwijnt voor een groot deel bij mensen die oneerlijke onkosten maken)
  35. gelijke monniken gelijke kappen (=gelijke mensen verdienen/krijgen een gelijke behandeling)
  36. praten als Brugman (=gemakkelijk mensen kunnen overtuigen en vlot en boeiend kunnen vertellen)
  37. een goede gevel versiert het huis. (=gezegd over mensen met een grote neus)
  38. men wordt wel door een mestkar maar niet door een rijtuig overreden (=goed opgevoede mensen beledigen anderen minder)
  39. wie werkt als een paard zal haver eten. (=hard werken is voor de meeste mensen geen garantie op een goed inkomen)
  40. de zee is altijd zonder water. (=hebberige mensen willen altijd meer)
  41. het is volle bak (=het is helemaal uitverkocht; er zijn heel veel mensen)
  42. met onwillige honden is het slecht hazen vangen (=het is moeilijk om samen te werken met mensen die niet willen)
  43. de wolf/vos ruilt wel van baard maar niet van aard (=het karakter van de mensen verandert nooit)
  44. je zult ze maar de kost moeten geven (=het zijn er veel (mensen))
  45. hoe meer zielen, hoe meer vreugd (=hoe meer mensen er bij zijn, hoe leuker dat het is)
  46. rozen voor de varkens/zwijnen strooien (=iets goed doen voor mensen die dat niet waarderen)
  47. veel stof doen opwaaien (=iets heeft grote invloed op wat er leeft bij mensen)
  48. een heilige koe (=iets waar je niet aan mag komen en zuinig op bent, voor sommige mensen is dat bijv. een auto)
  49. geen profeet is in zijn (eigen) land geëerd (=in tegenstelling tot vreemden, zijn mensen uit je woonplaats minder bereid te luisteren)
  50. aan de heidenen overgeleverd (=in zware moeilijkheden - in de macht van mensen zonder scrupules)

50 dialectgezegden bevatten `mensen`

  1. (De meeste mensen gaan dood in bed) gekscherend gezegd als iemand aangeeft naar bed te gaan. (=Op berre goat de meeste mens'n doohd) (Epers)
  2. 'nen allemanswies (=een hond die met alle mensen bevriend is) (Sint-Niklaas)
  3. 't beste peerd strukelt ok wel es (=ook de beste mensen laten wel eens een steek vallen) (Westerkwartiers)
  4. 't gijt altied over de onneuzelst'n (=zwakke mensen zijn altijd het mikpunt) (Westerkwartiers)
  5. 't Laeve waas veur veul minse neet zoeë gezellig es de bure get mieë gelök haje! (=Het leven was voor veel mensen niet zo gezellig moesten de buren wat meer geluk hebben!) (Kinroois)
  6. 't lopt over zoveul schiev'm (=er bemoeien zich zoveel mensen mee) (Westerkwartiers)
  7. 't meeste leed, zit onnert kleed (=de meeste mensen houden hun tegenslag en verdriet verborgen) (Munsterbilzen - Minsters)
  8. 't oale vleis mut eerst op (=Oude mensen gaan eerst dood) (Vechtdals)
  9. 't olte breud mut eerst op (=Oude mensen sterven het eerst) (Zwartebroeks)
  10. 't padje waarm hold'n (=mensen regelmatig aan iets herinneren) (Westerkwartiers)
  11. 't zeen schuië (=het zijn rare mensen) (Ouwegems)
  12. ' n oale katte wul ok nog wel ' ns e-eaid wörn (=oude mensen willen ook aandacht) (Vechtdals)
  13. a es on ‘t fribbeln (gewoonte van stervende mensen de lakens af te tasten) (=hij is stervende) (Meers)
  14. aa beem mauste nimei verplante (=oude mensen leven niet meer lang als ze moeten verhuizen) (Munsterbilzen - Minsters)
  15. aa bèk hëbbe staajf hoëre (=oude mensen kun je niet van hun oude gewoonten afhouden) (Munsterbilzen - Minsters)
  16. aa diëre (poëte) hëbbe aa sjarniere (=oude mensen hebben versleten gewrichten) (Munsterbilzen - Minsters)
  17. ae ken twieë stieën'n doen vechten (=hij is er goed in mensen tegen elkaar op te zetten) (Wichels)
  18. Aj in Beilen verkolden wordt, bi'j in Börk ziek en in Elp dood. (=mensen overdrijven altijd) (Drents)
  19. an de vrucht'n kenst doe de boom (=aan de resultaten kent men de mensen) (Westerkwartiers)
  20. As de fles leeg is, zöt men de ziel. (=Dronken mensen leggen hun ziel bloot) (Drents)
  21. As groete minse kalle, moete de kènner zwijge. (=Als grote mensen praten, moeten de kinderen zwijgen.) (Genker)
  22. aste geen taan hëbs, hoeste ze ook nie te poetse (=veel mensen zouden het fijn vinden als ze ook eens met hun mond vol tanden zouden staan) (Munsterbilzen - Minsters)
  23. aste kènnër sjiks, kraajgste kènnërv trèg (=van gewone mensen kan je niet veel verwachten) (Munsterbilzen - Minsters)
  24. aste kons triëver kalle, èssët ook al get ! (=oude mensen doen niet meer aan seks, maar er over kunnen praten lucht ook al op) (Munsterbilzen - Minsters)
  25. azoeë en soep men skaupen!! / Ja Marie (=wat een gedoe, mensen toch) (Liedekerks)
  26. bau de brouwer kump, hoef te bekker nie te koëme (=dronken mensen hebben geen lust en geen geld, om te eten) (Munsterbilzen - Minsters)
  27. blavv'mde hond'n biet'n niet (=mensen die alleen maar een grote mond hebben) (Westerkwartiers)
  28. brutoal'n hemm'm de haalve wereld (=brutalen mensen krijgen vaak hun deel) (Westerkwartiers)
  29. d'n duvel sjit ummer op d'n groeatsten haup (=Sommige mensen hebben altijd geluk) (Steins)
  30. d'r benn'n meer ziende mens'n die blind benn'n, as blinde mens'n die niet zien kenn'n (=sommige mensen weten niet wat er in de wereld te koop is) (Westerkwartiers)
  31. d'r blift 'n baarg an 'e striekstok hang'n (=teveel mensen moeten geld krijgen van deze zaak) (Westerkwartiers)
  32. D'r goat d'r meer dood an 'n draank as van 'n döst (=Er sterven meer mensen aan de drank dan van de dorst) (Twents)
  33. da kost stikken van mensen (=da's erg duur) (Wichels)
  34. Da ze denken dat ze Zwieten dan hemme ze genne kaa (=Wat zullen de mensen denken ....) (Herentals)
  35. dae mins hét mei verstand én éne vinger, dan dich én zen heil hand (=die is slimmer dan 2 mensen gelijk gij) (Munsterbilzen - Minsters)
  36. Dao löp ein blind paerd niks um (=Die mensen zijn zo arm, dat zij zich nauwelijks meubilair kunnen veroorloven) (Venloos)
  37. dao weurtj mieër leîd gevaare as gedraage (=rijke mensen hebben vaak meer verdriet) (Weerts)
  38. Dat soort mense moet je nie an je gat oale (=Dat soort mensen moet je je niet mee inlaten.) (Markers (merekers))
  39. de bès viël sjündër aste laachs (=lach eens op de mensen) (Munsterbilzen - Minsters)
  40. de bès waol viël sjunnër aste laachs (=lach eens naar de mensen) (Munsterbilzen - Minsters)
  41. de duvel ee wir op stelte gereje (=hier en daar zijn er mensen plotseling overleden) (Oudenbosch)
  42. de duvel sjietj altied op dezelfdje houp (=dat komt op de verkeerde plek terecht; mensen die het al goed hebben krijgen alleen nog maar meer) (Heitsers)
  43. de grauten (grutsten) hoop van de minse (=de meerderheid van de mensen) (Munsterbilzen - Minsters)
  44. De ien mag de koe strelen en de ander mag nie over 't hek kijken. (=mensen worden verschillend behandeld.) (brabants)
  45. De kins d' n aezel waal nao de baek leie maar um doon zoèpe kanste neet (=Domme mensen kan men niet alles leren) (Venloos)
  46. De kluit belazeren (=Een grote groep mensen bedonderen) (Amsterdams)
  47. de kons zen kie wol èn den Demer dauwe, mèr ze doen zwümme konste nie (=domme mensen zullen nooit wat bijleren) (Munsterbilzen - Minsters)
  48. de leu (=de mensen) (Twents)
  49. de maogërste vêrkë kaeken het helste (=onbeduidende mensen stellen vaak de hoogste eisen) (Munsterbilzen - Minsters)
  50. de meeste strontvliege vèndste trèg op de maogërste beiste (=de armste mensen worden het meest uitgebuit) (Munsterbilzen - Minsters)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen