14 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `ziel`
- de ogen zijn de spiegels der ziel (=in de ogen van een persoon herkent men het karakter)
- door de ziel gaan (=erg pijnlijk of verdrietig zijn)
- eten en drinken houdt lijf en ziel bijeen. (=eten en drinken blijven levensbehoeften.)
- het gelaat is de spiegel der ziel. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- hoe hoger het hart, hoe lager de ziel (uit het Fries) (=hoogmoed is het kenmerk van een dwaas)
- hoe meer zielen, hoe meer vreugd (=hoe meer mensen er bij zijn, hoe leuker dat het is)
- je ziel en zaligheid verkopen (=absoluut alles opofferen)
- je ziel in lijdzaamheid bezitten (=gelaten het ongelijk verdragen)
- met een goed geloof en een kurken ziel drijft men de zee over (=met vertrouwen en optimisme kan men alles aan)
- met hart en ziel (=met plezier en passie)
- met zijn ziel onder de arm lopen (=zich vervelen)
- moederziel alleen (zijn) (=helemaal alleen (zijn))
- ter ziele zijn / ter ziele gaan (=gestorven zijn of sterven, ook figuurlijk: iets dat niet meer bestaat of actief is)
- twee zielen, één gedachte (=twee mensen die op hetzelfde moment hetzelfde idee hebben)
24 dialectgezegden bevatten `ziel`
- aot je beuze nie vermag dan vermag jn ziel het (=als je je schulden niet kunt betalen scheld ik ze kwijt) (Kortemarks)
- As de fles leeg is, zöt men de ziel. (=Dronken mensen leggen hun ziel bloot) (Drents)
- Da hat de erm ziël rów (=Dan hoeven we daarover al geen ruzie meer maken,) (Mechels (NL))
- die komt van achter t duunhek (=een simpele ziel uit Ouddorp) (Flakkees)
- doë verbranste zen ziel aon (=de koffie (soep) is nog te heet) (Bilzers)
- gij verbraant daore op oew ziel (=je branden aan heter dan gloeiendheet) (Oudenbosch)
- haag zën hiësës mér goed kiel, das goed heil goed vër lijf en ziel (=blijf altijd rustig en bezonnnen) (Munsterbilzen - Minsters)
- hae hèt het ziël aon (=hij is de pineut) (Bilzers)
- hae hèt zen ziel verkoch on den dievel (=hij heeft verraad gepleegd) (Munsterbilzen - Minsters)
- ien haart en nier'n (=met lichaam en ziel) (Westerkwartiers)
- je spoîg zn êrte en ze ziel uut (=hij verkondigde volop zijn mening) (Kortemarks)
- kiek haaj ès rondtech, haaj ès gene godsëtëge mins te zien (=in heel Bilzen is geen ziel te bekennen) (Bilzers)
- met zien ziel onner d' aarm loop'm (=verdrietig lopen te ijsberen) (Westerkwartiers)
- ooge spraeke iëveral dezelfde taol (=ogen zijn de afstraling van de ziel) (Bilzers)
- ooge spraeke iëveral dezelfste taol (=in de ogen zie je de ziel van de mensen) (Munsterbilzen - Minsters)
- wie kumpt d'n duvel aan 'n ziël (=hoe komt iemand ergens aan) (Steins)
- woar da ons eere een ziel ingestoken ee en al die schuene betroave buitenstoan (=die persoon heeft niet veel te bieden) (Sint-Lievens-Houtem)
- ze het heur ziel an 'e duvel verkocht (=zij is het slechte pad op gegaan) (Westerkwartiers)
- zën ziel aut ze leif kotse (=hevig moeten overgeven) (Munsterbilzen - Minsters)
- zen ziel aut ze lijf lope (=lopen alsof je leven ervan afhangt) (Munsterbilzen - Minsters)
- zen ziel autkotse (=braken tot het pijn doet) (Munsterbilzen - Minsters)
- zën ziel autkotse (=blijven overgeven) (Munsterbilzen - Minsters)
- zën ziel vërbranne (=te heet drinken) (Munsterbilzen - Minsters)
- zwiël op zën ziel hëbbe (=eelt op zijn ziel hebben, ongevoelig zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen