Spreekwoorden met `fijn`

Zoek

4 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `fijn`

  1. een fijne neus hebben (=gemakkelijk iets ontdekken, snel iets aanvoelen)
  2. fijnbesnaard (=gevoelig)
  3. het fijne ervan willen weten (=willen weten wat er precies aan de hand is)
  4. zo fijn als gemalen poppenstront (=zeer streng rechtzinnig)

7 betekenissen bevatten `fijn`

  1. haarscherp (=(van een afbeelding) getrouw tot in fijne details)
  2. om den brode doen (=alleen werken voor het geld en niet omdat het werk fijn/leuk is)
  3. een oud voerman hoort nog graag het klappen van de zweep (=iemand die oud is vindt het fijn te praten over dingen van vroeger)
  4. er op gebrand zijn (=iets heel erg fijn vinden en er naar streven)
  5. aan zijn trekken komen (=krijgen wat diegene graag wilt en fijn/leuk vindt)
  6. voor zijn roodkoperen zijn (=oud Haags voor: Alles is piekfijn in orde)
  7. in geuren en kleuren (=tot in de fijnste details)

26 dialectgezegden bevatten `fijn`

  1. 't Fienste is oek jen oar zeker? (=Je bent ook niet zo fijn van begrip zeker?) (Poperings)
  2. as ‘t waer neet good is op vaars hui, is ‘t toch good op moors kuuel (=het weer is altijd voor iemand goed (of niet); regen is niet fijn als er -door vader- gehooid moet worden, maar wel fijn voor -moeders- moestuin) (Heitsers)
  3. aste geen taan hëbs, hoeste ze ook nie te poetse (=veel mensen zouden het fijn vinden als ze ook eens met hun mond vol tanden zouden staan) (Munsterbilzen - Minsters)
  4. da kannik misse as kouwe pap (=iets helemaal niet fijn vinden) (Oudenbosch)
  5. daaj doech zoe fijn tieëge mich as poeppëstront (=ze kwam me terug opvrijen om het toch maar weer goed te maken) (Munsterbilzen - Minsters)
  6. daaj ès zoe fijn as poeppestront (=die is duidelijk vleierig) (Munsterbilzen - Minsters)
  7. daor motte gij fijn aantjes vor ebbe (=dat is een precies werkje) (Oudenbosch)
  8. Dat naast um waal. (WT) (=Dat vind hij wel fijn) (Mechels (NL))
  9. de grao sjik (=fijn uitgedost) (Munsterbilzen - Minsters)
  10. Det sjmaak fijn (=Dat smaakt goed) (Roermonds)
  11. dezju, vëndaog stees ter sjaun op (=verdorie, wat ben je vandaag fijn uitgedost) (Munsterbilzen - Minsters)
  12. Doe mer's gek, mer hauw ut fijn (=Doe maar gek, maar hou het netjes) (Eindhovens)
  13. Ei gezichske es 'n ingelke. (=Zij heeft een fijn gezichtje.) (Roermonds)
  14. fijn als gemalen poppestront (=streng gerefofmeerd) (Alblasserdams)
  15. fijn goeëren spinnen (=fijn garen spinnen fijn te werk gaan) (Meers)
  16. gezeefdj of door ein deukske (=hoe fijn wil je iets hebben) (Heitsers)
  17. jis up ze piekebeste (=hij is fijn uitgedost) (Kortemarks)
  18. keb jou mooi tukgat (=ik heb jou fijn beetgenomen) (Oudenbosch)
  19. mër een raar snoet trèkke (=niet fijn vinden) (Munsterbilzen - Minsters)
  20. moai toch (=fijn dat het zo is) (Leewarders)
  21. mooi daj d'r wes bunt en wier komm'n (=fijn dat je er was en tot ziens) (Twents)
  22. nau bèste en knepke mei wiëd (=fijn kostuumpje en haartjes in de plooi) (Munsterbilzen - Minsters)
  23. tzit fijn inien (=het steekt goed in elkaar) (Brakels)
  24. wah mojij nou? scheite! doe de bek ma los! (=Waar heb je het over? niet zo fijn persoon!) (Nijmeegs)
  25. zoe fijn as gemaolë poeppëstront (=zo zacht als kinderkak) (Munsterbilzen - Minsters)
  26. zukswat maag 'k wel over (=zoiets vind ik best fijn) (Westerkwartiers)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen