11 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `een gat`
- als het hemd scheurt dan heeft het een gat (=wees niet vooraf al nodeloos bezorgd)
- door een eiken plank kunnen zien als er een gat in zit (=niet zo bijzonder zijn als je je voordoet)
- een gat in de dag slapen (=lang doorslapen)
- een gat in de lucht slaan (=een onnozele handeling doen)
- een gat in de lucht springen (=ongeremd enthousiast zijn)
- een gat in het dak krijgen (=niet erg slim zijn)
- een gat in zijn hand hebben (=geld te gemakkelijk uitgeven)
- een oude rat vindt licht een gat. (=ervaren mensen weten vaak een oplossing te vinden)
- er geen gat in zien (=er geen oplossing meer voor zien)
- niet voor een gat te vangen (=niet door één moeilijkheid te ontmoedigen)
- voor elke spijker een gat weten (=voor elk probleem een oplossing weten)
25 dialectgezegden bevatten `een gat`
- a patatte kommen oit (=je hebt een gat in je sok) (Opwijks)
- ain stet op beurt kiekie altied veur, n gat. A-j ie nen stet op beurt kiek ie altied veur nen gat.* (=als je de staart op tilt kijk je altijd naar een gat) (Twents)
- baeter misgesjoëte dan nie gesjoëte (=beter een gat in je schoen dan een schoen in je gat) (Munsterbilzen - Minsters)
- cinemates (=een gat in je broekzak) (Heist-op-den-Berg)
- Dae hieët zien aerpel neet opgaete (=Iemand met een gat in zijn sok) (Weerts)
- de höbs zen ieërappel nog nie aut (geaete) (=jij hebt een gat in je sokken) (Munsterbilzen - Minsters)
- Dem kaome de eapel oet. (WT) (=Hij heeft een gat in zijn sokken) (Mechels (NL))
- Die lat zich veur een dubbeltie een gat in de ribben boren (=Die is heel zuinig) (Giethoorns)
- Die lat zich veur een dubbeltje een gat in de ribben boren (=Heel zuinig) (Giethoorns)
- doar is de bakker zien vrouw deur hen kroop'm (=als er een gat in het brood zit) (Westerkwartiers)
- ë koet ès ë koet, zaag te boer, en hae sproeng op zën zoëg (=een gat is een gat, zei de boer, en hij besprong zijn zeug) (Munsterbilzen - Minsters)
- een gat in de wiend jaagn (=doelloos op weg gaan) (Noord-Veluws)
- een gat in j'n and'n en (=gemakkelijk geld verteren) (Veurns)
- een kot in maan kaws (=een gat in mijn kous) (Mols)
- een ol in zénne kop (=een gat in zijn hoofd, blessure) (Meers)
- Een ruibbe me een gat of 4 in (=Een mager persoon) (Lenniks)
- Hee hef 'n gat in de kop. (=Hij heeft een gat in zijn hoofd.) (Aaltens)
- Hij leup zich een gat oet 'n haak'n (=hij is er heel erg druk mee) (Twents)
- Ik woon in Boarschot (=Ik woon in een gat) (Tilburgs)
- kpeins dateije van ierbove een gat in zen kroan ée (=ik denk dat het dadelijk weer gaat regenen) (Antwerps)
- lievër e koet èn mëne sjoen, dan ne sjoen èn me koet (=ik verkies een gat in mijn schoen boven een schoen in mijn gat) (Munsterbilzen - Minsters)
- petatte: A petatte kommen oët (=Je hebt een gat in je sokken) (Lebbeeks)
- zën ieërappel koeëmen aut (=je hebt een gat in je kous) (Munsterbilzen - Minsters)
- zën iërappel koëmen al aut (=je hebt een gat in (de teen van) je kous) (Munsterbilzen - Minsters)
- zën iërappel nie autgeaete hëbbe (=een gat in zijn sokken hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen