13 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `denk`
- aanzien doet gedenken (=wat men met eigen ogen gezien heeft, is gemakkelijker te onthouden)
- anderhalve man en een paardenkop (=weinig aanwezigen)
- denken met kousen en schoenen in de hemel te komen (=denken dat men zich niet moet inspannen)
- denken moet je aan een paard overlaten, dat heeft een groter hoofd (=niet te veel denken maar doen)
- denken moet je aan een paard overlaten, die hebben een groter hoofd. (=je moet niet te veel denken)
- denkt aleer gij doende zijt en doende denkt dan nog. (Guido Gezelle) (=maak een plan alvorens ergens aan te beginnen, en stel tijdens de activiteit het plan bij indien nodig)
- elk zijn meug, zei de boer en hij at paardenkeutels in plaats van vijgen. (=boeren zijn koppige mensen die hun eigen zin doen)
- geen haar op mijn hoofd die er aan denkt (=ik wil hiermee niet akkoord gaan)
- het is er zo veilig als vlees in een hondenkot (=het is er volkomen onveilig)
- iemand van kwade trouw verdenken (=verdenken dat iemand bedriegt)
- niet meer kunnen wegdenken (=niet meer kunnen missen)
- paardenkeutels zijn geen vijgen (=uiterlijk kan bedriegen / laat je niks wijsmaken)
- zwijgen en denken zal niemand krenken. (=denk na voor je iets zegt wat pijn kan doen)
51 betekenissen bevatten `denk`
- naar zijn hielen omzien (=aan vluchten denken)
- de ratten verlaten het zinkende schip (=als de omstandigheden verslechteren denken sommigen alleen aan zichzelf en vertrekken)
- de tijd kent geen genade (=de tijd gaat sneller voorbij dan je denkt)
- bezint eer ge begint (=denk goed na over de gevolgen voordat je actie onderneemt)
- zwijgen en denken zal niemand krenken. (=denk na voor je iets zegt wat pijn kan doen)
- je doet de boter in de pan, maar bakt er niks van (=denken dat je iets begrijpt, terwijl je dat niet doet)
- denken met kousen en schoenen in de hemel te komen (=denken dat men zich niet moet inspannen)
- de waarheid in pacht hebben (=denken de enige te zijn die de waarheid kent of vertelt)
- het hart op de tong dragen (=direct zeggen wat iemand denkt, ongeacht of dat slim is of niet)
- je achter de oren krabben (=door een onverwachte, zorgelijke ontwikkeling tot nadenken gestemd zijn)
- het paard van Troje binnenhalen (=door onnadenkendheid of onnozelheid de vijand toelaten)
- het beestje bij zijn naam noemen (=duidelijk en precies zeggen hoe je over iets of iemand denkt; precies zeggen hoe iets zit)
- je woorden kauwen (=eerst nadenken en dan pas spreken)
- niet over een nacht ijs gaan (=eerst nadenken voor men iets doet - geen risico`s nemen)
- er een nachtje over willen slapen (=er eerst over na willen denken)
- een baas boven baas zijn (=er is altijd wel iemand die het beter kan of het beter denkt te kunnen)
- uit het oog verliezen (=er niet meer aan denken)
- te binnen schieten (=er plots aan denken)
- voor ogen (=er steeds weer aan denken)
- daar zitten nogal wat haken en ogen aan (=er zijn meer problemen dan je op het eerste gezicht zou denken)
- iets wikken en wegen (=erg lang over iets nadenken en alle voors- en tegens afwegen)
- zo wijs als Salomo`s kat zijn (=erg wijs denken te zijn, maar eigenlijk totaal niet zijn)
- memento mori (=gedenk dat je zal sterven)
- geld over de balk gooien (of smijten) (=geld verspillen, zonder nadenken uitgeven)
- elke ketter heeft zijn letter (=ieder denkt dat de eigen mening bewezen kan worden)
- elk meent zijn uil een valk te zijn (=ieder denkt het beste over de eigen prestaties)
- gedachten zijn tolvrij (=iedereen mag vrij denken wat diegene wil)
- gekke Henkie (=iemand die niets in de gaten heeft (bv. `Je denkt toch niet dat ik gekke Henkie ben ?`))
- iemand op het verkeerde been zetten (=iemand ergens een verkeerde indruk van geven, waardoor hij of zij iets gaat denken wat helemaal niet klopt)
- pluimen in de wind waaien (=iets doen zonder na te denken)
- wat van ver komt, is lekker (=iets wat van ver komt, is bijzonder. Daarom denkt men dat het ook beter zal zijn)
- `t Mag vloeien, `t mag ebben. Die niet waagt zal `t niet hebben (=je moet niet denken als je niets onderneemt dat ze het dan bij je thuis komen bezorgen)
- denken moet je aan een paard overlaten, die hebben een groter hoofd. (=je moet niet te veel denken)
- laten we elkaar geen mietje noemen (=laten we precies zeggen hoe we denken over de ander)
- wie staat ziet toe dat hij niet valle (=mensen die alles denken te weten of kunnen, moeten zelf maar oppassen voor fouten en problemen)
- er geen brood in zien (=niet denken dat iets kan werken)
- buiten de waard rekenen (=niet gerekend hebben op hoe anderen er werkelijk over denken)
- niet verder zien/kijken dan je neus lang is (=niet goed nadenken wat de gevolgen van iets zijn)
- verstand op nul zetten (=niet nadenken en gewoon handelen.)
- denken moet je aan een paard overlaten, dat heeft een groter hoofd (=niet te veel denken maar doen)
- heden ik morgen gij (=oud grafschrift: gedenk, lezer, dat jij ook zal sterven)
- hou ouder, hoe gekker. (=ouderen maken zich minder druk om wat anderen van hen denken)
- het hart op de lippen hebben (=over zijn emoties durven praten - alles zeggen wat men denkt)
- niet op zijn mondje gevallen zijn (=precies duidelijk maken hoe iemand over iets denkt)
- honi soit qui mal y pense (=schande over hem die er kwaad over denkt)
- traag gereden is vroeg thuis. (=sneller klaar zijn door eerst goed na te denken)
- iemand van kwade trouw verdenken (=verdenken dat iemand bedriegt)
- lijnrecht tegenover iets staan (=volledig het omgekeerde zijn of denken)
- twee handen op een buik (=ze werken samen, ze denken er hetzelfde over)
- twee hoofden onder een kaproen (=ze werken samen, ze denken er hetzelfde over)
50 dialectgezegden bevatten `denk`
- 'k heb 't er alle vertrouw'n ien (=ik denk dat het wel goed zit) (Westerkwartiers)
- 'k peiset (=Ik denk het) (Hansbeeks)
- 't Ink mij da... of 'k peise da (=Ik denk dat... / ik geloof dat...) (Zomergems)
- assët nie vërstees, moessët mér vërzitte (=denk maar eens lang en diep na) (Munsterbilzen - Minsters)
- bau steed zene kop toch mèr! (=denk in het vervolg wat beter na) (Munsterbilzen - Minsters)
- bekiek het dich mèr tegoej (=denk er maar wat over na) (Munsterbilzen - Minsters)
- bist du nog waol heulmoal zuuver in de panne? (=denk jij nog wel helder?) (Drents)
- Brèèk mie de bek niet lös (=Laat mij niet zeggen wat ik denk) (Zwols)
- da denk nie (=dat ben ik echt niet van plan) (Bredaas)
- da kump bij mich nog nie ès op (=ik denk er niet aan) (Munsterbilzen - Minsters)
- Da mende mar (=Dat denk je maar) (Brabants)
- da tinks mich ook wol (=dat denk ik ook wel) (Munsterbilzen - Minsters)
- da ziede van ier (=ik denk er niet aan) (Meers)
- dae zien eige bewaartj, bewaartj gein rotte appele (=denk aan je zelf) (Weerts)
- dah deank'k weh, joa (=dat denk ik van wel, ja) (Vechtdals)
- Dammedinkt (=Me dunkt, denk ik) (bambrugs)
- dan kunde nie schiete denk (=elk schot was raak) (Oudenbosch)
- dao dènk ich 't mient van (=daar heb ik mijn eigen mening over) (Steins)
- dat zal zin, ja ! (=dat denk je maar....) (Munsterbilzen - Minsters)
- dè dènk toch nie (=dat zal niet gebeuren) (Luyksgestels)
- dè dink ich! (=dat denk ik) (Achels)
- de kieks mér (=denk nog maar eens na) (Bilzers)
- de kieks mèr (=denk maar rustig na) (Munsterbilzen - Minsters)
- de moes nie dinke, mér waol wiëte (=ik denk dat....staat niet gelijk met ik weet dat precies) (Munsterbilzen - Minsters)
- déénk 'k wéh (=denk ik wel) (Sallands)
- denk er goed umme (=denk er goed om) (Hoogeveens)
- denk ok om dien medemins'n (=denk ook aan andere mensen) (Westerkwartiers)
- denk ook wel ja (=dat denk ik ook wel) (Steenwiekerwolds)
- denkte gij dè (=denk jij dat?) (Bosch)
- Die is van makke ouers (=Die denk dat hij niks hoeft te doen) (Monnickendams)
- dienk an juh nót (=denk aan je hoofd) (Zeeuws)
- dinkstë nau éch dat de gebroje hinnen autte loch valle (=denk je nu echt dat je niet moet werken) (Munsterbilzen - Minsters)
- echnie (=Ik denk het niet) (Westlands)
- Éj, denk t'r an, dalik stikt ie oe! (=Pas op, zo dadelijk steekt ie jou! (insect)) (Helenaveens)
- er es gien oar op maine kop da doa oan paast (=ik denk er niet aan) (Leefdaals)
- g'et 't goed op, gaae (=wat denk je wel) (Wichels)
- Ge moet ies een nuve piel in au uerapparoat steken want ik paas da ze leeg is. (=Je moet een niewe batterij in je hoorapparaat steken want ik denk dat ze leeg is.) (Vrasens)
- Gebruuk owwe hassens 's! (=denk eens na!) (Aaltens)
- Geen oar op men klooten dat doar op paast (=Ik denk er nog niet aan) (Bevers)
- geloik (=denk ik) (Oosterhouts)
- gien hoar op mien kop die d'r an denkt (=ik denk er beslist niet aan) (Westerkwartiers)
- Gien oar op meine kop da doarop paast (=Ik denk er niet aan) (Bevers)
- goed op: G'ét 'nt gij goed op! (=Wat denk jij wel!) (Lebbeeks)
- goede: Goede gouij, wa peisde gouij na! (=Maar neen, jij, wat denk jij nu!) (Lebbeeks)
- hoeist nou (=wat denk jij) (Brabants)
- ich dink dattët wir geet joengële (=ik denk dat het weer gaat regenen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ich höb ten daover op me leif (=ik denk dat ik hoger koorts heb) (Munsterbilzen - Minsters)
- ich kraaig de bibberebitsjes, alleen al bij et gedach (=ik krijg schrik als ik er nog maar aan denk) (Munsterbilzen - Minsters)
- ich trèk mich de hoëre autte kop... (=ik denk vreselijk diep na) (Munsterbilzen - Minsters)
- ik paas da'k te veul noapaas (=ik denk dat ik teveel nadenk) (Heist-op-den-Berg)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen