2 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `bang zijn`
- bang zijn voor zijn eigen schaduw (=overdreven bang zijn)
- bang zijn zich aan koud water te branden (=erg voorzichtig zijn)
10 betekenissen bevatten `bang zijn`
- in de naad zitten (=bang zijn)
- in de rats zitten (=bang zijn of angst hebben / in de problemen zitten)
- keur baart angst. (=bang zijn om niet de goede keuze te maken door een teveel aan opties)
- zeven kleuren bagger schijten (=erg bang zijn)
- je hart vasthouden (=ernstig zorgen maken, bang zijn dat het mis gaat)
- in de piepzak zitten (=geen oplossing weten, bang zijn voor de gevolgen)
- als de dood zijn voor iets (=heel erg bang zijn voor iets)
- bang zijn voor zijn eigen schaduw (=overdreven bang zijn)
- bang voor zijn hachje zijn (=weinig durven en bang zijn om gevaar te lopen)
- een klein hartje hebben (=weinig durven/gauw bang zijn)
42 dialectgezegden bevatten `bang zijn`
- 't lópt um dun dör deboks (=bang zijn) (Genneps)
- ‘t löp mien dunne deur de broek (=bang zijn) (Kampers)
- bè de poepers zitte (=bang zijn) (Tiens)
- Bönne frèten (=bang zijn) (Lommels)
- d'n erteklop èmmen (=snelle hartslag, bang zijn) (Meers)
- de poeppers emme (=bang zijn) (Hals)
- er is nag noewt emus van ene berm doëd gevalle (=bang zijn om fouten te maken) (Maasbrees)
- floep hőbbe (=bang zijn) (Neerharens)
- in de pienszak zittn (=zeer bang zijn) (Veurns)
- in z'n broek doen (=bang zijn) (West-Vlaams)
- in zen broek schijte van de schrik (=zeer bang zijn) (Diesters)
- inne poepzak zitte (=bang zijn) (Weerts)
- kneîp hebbe, hae kneîpdj 'm (=bang zijn) (Weerts)
- Kzitten met de poepers (=bang zijn) (Brugs)
- mè de poepers zitten (=bang zijn) (Meers)
- mee een èj zit'n, schou zijn (=bang zijn) (Brakels)
- mee te poebers zidn (=bang zijn) (Kaprijks)
- mee voire zjidn (=bang zijn) (Kaprijks)
- mei een eit in zae gat zitte (=bang zijn) (winksels)
- met de poepers zitten (=bang zijn) (Lovendegems)
- met e genepen gatjie zitten (=bang zijn) (Brugs)
- mètte poepers zitte (=bang zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- mette poeppers zitte (=bang zijn) (Booms)
- mètten doaver opze lijf zitte (=bang zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- mi een au in zè gat zitten (=bang zijn) (Meers)
- mi en ei op zitn (=bang zijn) (Veurns)
- mit de poepers zitten (=bang zijn) (West-Vlaams)
- ni vervei zaan (=niet bevreesd zijn, niet bang zijn) (Westmeerbeeks)
- schoeft zin, mette poepers zitten (=bang zijn) (Sint-Niklaas)
- skau zijn (=bang zijn) (Meers)
- Skittende Skuw Zin (=bang zijn) (Kortrijks)
- stijte en broeksjijte (=bluffen en bang zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
- strank 'öbbe veur get of emes (=bang zijn voor iets of iemand) (Steins)
- van geeën klientje vervoard zijn (=niet gauw bang zijn) (Waregems)
- van niets vervoard zijn (=van niets bang zijn / niet terugdeinzen) (Waregems)
- verrèkke van den angs (=erg bang zijn) (Bilzers)
- versjchrikt zien; in ze kultn doeën (=heel bang zijn) (Veurns)
- Wae bang is vör aod te weade, mót zich jónk laote hange. (WT) (=Niet bang zijn om oud te worden) (Mechels (NL))
- Ze Nippen (Je Nipt ze) (=bang zijn) (kortrijks)
- Ze thope doeën (=bang zijn) (Veurns)
- ze toope slon (=bang zijn) (Veurns)
- zich van angs besjijte (=ziekelijk bang zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen