Spreekwoorden met `ko`

Zoek


444 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `ko`

  1. leven uit de korf zonder zorg (=onbekommerd leven)
  2. lieverkoekjes worden hier niet gebakken (=zin of geen zin, je moet het doen)
  3. magerman is in die keuken kok (=het is er armoe troef)
  4. maken dat men wegkomt (=ervandoor gaan)
  5. man met de hamer tegenkomen (=totaal uitgeput geraken)
  6. mei koel en wak, veel koren in de zak. (=als het in mei nat en koud is wordt de opbrengst hoog)
  7. men noemt geen koe bont, of er is een vlekje aan (=als er allerlei vervelende dingen worden verteld is er vast wel iets van waar)
  8. men poot de aardappelen wanneer men wil, ze komen toch niet in april (=boerenregel. Aardappelen komen pas in mei uit)
  9. men vindt geen molenaar of hij at gestolen koren. (=ieder zoekt zijn voordeel, ook al is het ten koste van anderen.)
  10. menen ligt dicht bij kortrijk (maar verre van Waregem) (=iets menen is niet genoeg; je moet er zeker van zijn.)
  11. met beslagen paarden op het ijs komen. (=goed voorbereid zijn voor zijn taak)
  12. met de klompen op het ijs komen (=zich onvoorzichtig ergens begeven waar men niet thuis hoort)
  13. met de konijnen door de tralies kunnen eten (=zeer mager zijn)
  14. met de kop door de muur willen (=het onmogelijke willen)
  15. met de kop tegen de muur lopen (=nutteloos geweld gebruiken)
  16. met de kous op de kop thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
  17. met de nachtschuit komen (=laat komen / iets vertellen dat iedereen al weet)
  18. met de sok op de kop gezet (=er onbewust door toedoen van anderen voor joker bijlopen)
  19. met een nat zeil thuiskomen (=dronken thuiskomen)
  20. met een waterzeil thuiskomen (=doornat zijn)
  21. met een zwarte kool aangetekend staan (=ongunstig bekend staan)
  22. met hangende pootjes thuiskomen (=bewust van schuld (thuis)komen / zeer tegen zijn zin)
  23. met het water voor de dokter komen (=zeggen wat je bedoelt)
  24. met iemand in aanvaring komen (=ruzie of problemen met iemand krijgen)
  25. met iets op de proppen komen (=iets vertellen, ermee voor de dag komen)
  26. met je hoed in je hand kom je door het ganse land (maar met je pet op je test kom je er ook best) (=met beleefdheid kun je veel bereiken)
  27. met vragen komt men in Rome. (=wees niet bang om hulp te vragen)
  28. met zout komen als het ei op is (=te laat komen (met een oplossing))
  29. mettertijd komt Hannes in het wammes (=met veel geduld lukt het wel)
  30. morgen komt er weer een dag (=niet zo haastig, morgen kan het ook nog)
  31. na regen komt zonneschijn (=na een periode van tegenslag, komt er een betere tijd)
  32. niet aan zijn trekken komen (=niet krijgen wat men wil)
  33. niet kousjer zijn (=niet deugen)
  34. nog geen koude aardappel waard zijn (=weinig waard zijn)
  35. nu komt de aap uit de mouw (=nu blijkt wat werkelijk de bedoeling was)
  36. nu komt er licht in de duisternis (=nu komt er een oplossing)
  37. om van te kotsen (=erg lelijk, absoluut onplezierig)
  38. onbeslagen ten ijs komen (=niet voorbereid zijn)
  39. onder de hamer komen (=op een veiling verkocht worden)
  40. onder de mensen komen (=buitengaan , mensen ontmoeten)
  41. onder ogen komen (=zich laten zien)
  42. ongeluk komt zelden alleen (=een tegenslag wordt vaak gevolgd door nog meer problemen)
  43. onze Lieve Heer heeft vreemde kostgangers (=er bestaan nu eenmaal merkwaardige mensen)
  44. op de boom verkopen (=boomvruchten verkopen voor ze geplukt zijn)
  45. op de keien komen (=ontslagen worden)
  46. op de koffie komen (=zonder afspraak ergens heen gaan)
  47. op de koop toe (=bovendien)
  48. op de koop toe nemen (=een onbedoeld gevolg accepteren)
  49. op de kop af (=nauwkeurig / precies, exact)
  50. op de kop tikken (=voor een goede prijs iets kopen)

422 betekenissen bevatten `ko`

  1. de berg heeft een muis gebaard (=ondanks de grote beloften is er vrijwel niets van terecht gekomen)
  2. tegen de verdrukking in groeien (=ondanks zware omstandigheden toch vooruit komen)
  3. het ene ongeluk kan niet op het andere wachten. (=ongeluk komt zelden alleen)
  4. het ene ongeluk roept het ander. (=ongeluk komt zelden alleen)
  5. de noppen van de kleren houden (=onkosten met zich meebrengen)
  6. boven het hoofd groeien (=onoverkomelijk worden)
  7. iemand tegen het lijf lopen. (=onverwacht iemand tegenkomen)
  8. komen als een dief in de nacht (=onverwacht komen)
  9. door de achterdeur weer binnenkomen (=onverwacht terugkomen op een afgeronde situatie)
  10. uit zijn nek praten (kletsen) (=onzin verkopen)
  11. beidt Uw tijd, duur Uw uur (=op de toren van de Amsterdamse koopmansbeurs)
  12. onder de hamer komen (=op een veiling verkocht worden)
  13. komen waar de duivel zijn staart keert (=op een zeer onherbergzame plaats aankomen.)
  14. je slag slaan (=op het goede moment de kansen benutten, bijv. dingen kopen)
  15. elkaar vliegen afvangen (=op onbeduidende details elkaar beconcurreren dan wel duidelijk willen laten uitkomen dat men zelf gelijk heeft en de ander niet)
  16. op zee blijven (=op zee vergaan/omkomen)
  17. ervan lusten (=op zijn kop krijgen)
  18. zich de kaas niet van het brood laten eten (=opkomen voor iets)
  19. lekker is maar één vinger lang (=oppervlakkige genoegens geven ook maar een betrekkelijke voldoening. / leuke dingen duren meestal maar erg kort)
  20. het paard ruikt de stal (=opschieten om gauw thuis te komen)
  21. de markt afschuimen (=overal zoeken wat er `te koop` is)
  22. volgens het boekje (=overeenkomstig de theorie of overeenkomstig de voorschriften)
  23. het eindje draagt de last. (=pas aan het eind komen de problemen tevoorschijn)
  24. de lachende derde (=persoon die buiten een conflict staat, maar profiteert van de uitkomst)
  25. verrijzen als paddenstoelen na een regenachtige dag (=plots tevoorschijn komen)
  26. goed voordoen doet verkopen. (=presentatie is belangrijk als je iets wil verkopen)
  27. tussen lepel en mond valt veel pap op de grond (=problemen komen vaak pas op het laatst)
  28. witte paarden hebben veel stro nodig (=pronkzieke vrouwen kosten veel geld)
  29. het pad warm houden. (=regelmatig op bezoek komen)
  30. de bui afwachten (=rustig afwachten wat voor onheil er komt)
  31. hoe later op de avond/dag hoe schoner volk (=schertsend gezegd bij het laat binnenkomen van vrienden of familie)
  32. een garnaal heeft ook een hoofd (=schertsend gezegd van een kind dat koppig aan zijn mening vasthoudt)
  33. schoon schip maken (=schulden betalen, de boel opruimen, na ruzie/problemen samen er uit komen en het verleden laten rusten)
  34. eten dat je zweet en werken dat je het koud krijgt, dat zijn de waren. (=slecht personeel. Uit de tijd dat meiden en knechts bij de boer in de kost waren.)
  35. aan de pan gelikt hebben (=slecht terechtkomen of veel schade hebben)
  36. als paddenstoelen uit de grond schieten (=snel en in grote massa tevoorschijn komen)
  37. korte afrekening maakt lange vriendschap (=snel terugbetalen (teruggeven) voorkomt ruzie)
  38. er een eind/punt aan breien (=snel tot een afsluiting komen (bijvoorbeeld van een toespraak))
  39. een jan-contant (=solide koopman / iemand die contant betaalt)
  40. op hetzelfde aambeeld hameren/slaan (=steeds weer op hetzelfde onderwerp terugkomen)
  41. het nakijken hebben (=te laat in actie zijn gekomen, een ander was je voor)
  42. komen met de paal als het brood in de oven is (=te laat komen)
  43. met zout komen als het ei op is (=te laat komen (met een oplossing))
  44. te veel hooi op je vork nemen (=te veel werk aannemen, zodat je in moeilijkheden komt)
  45. een oogje op iemand hebben (=tedere, mogelijk verliefde, gevoelens voor iemand koesteren)
  46. voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten (=tegen minimale kosten maximaal voordeel verlangen)
  47. met de kous op de kop thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
  48. van een koude kermis thuiskomen (=teleurgesteld thuiskomen)
  49. boven water komen / boven water halen (=tevoorschijn komen / tevoorschijn halen, verschijnen, opduiken)
  50. stoom afblazen (=tot rust komen)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen