318 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `PA`
- een PAard dat stormt en een meisje dat wil trouwen zijn niet tegen te houwen. (=niet tot iets anders te bewegen)
- een PAard met een zachte mond moet men met zachte toom besturen. (=zachtaardige mensen moet men niet streng behandelen)
- een PAard, dat voor de tweede keer de sprong niet neemt, neemt hem ook voor de derde keer niet. (=iemand die al twee keer geen beslissing durft te nemen, komt nooit tot een besluit)
- een PAardenmiddel (=een uiterste remedie)
- een PAk van het hart (=een grote opluchting)
- een PAkje wordt een zakje. (=als je een probleem niet aanpakt kan het zich uitbreiden en erger worden.)
- een PAling (snoek) gevangen hebben (=iemand die per ongeluk in het water is gevallen)
- een PAnnetje lusten (=een borrel lusten)
- een PApieren zoldertje (=een dunne ijskorst)
- een PAtat geven (=een mep geven)
- een PAter goedleven (=iemand die van het leven geniet)
- een ridder van het lui PAard zijn (=steeds smoesjes verzinnen en de schuld buiten jezelf leggen)
- een schuimsPAan zijn (=een zuiplap of niksnut zijn)
- een schurftig PAard vreest de roskam (=iemand die aan iets schuldig is, heeft liever niet dat datgeen onderzocht wordt)
- een schurftig PAard vreest de roskam. (=wie wat op z`n geweten heeft, is bang voor het onderzoek)
- een smulPAap zijn (=van lekker eten houden)
- een sPAak in het wiel steken (=door iemands ingrijpen gaat een plan van de ander niet door)
- een veeg uit de PAn krijgen (=een klap incasseren / op zijn donder krijgen / een standje krijgen)
- een vinger in de PAp hebben (=ergens iets in te zeggen hebben, invloed hebben)
- een vrouwenhaar trekt sterker dan tien PAarden. (=de invloed van een vrouw is zeer sterk)
- een woord op zijn PAs is een daalder waard (=spreken op het juiste ogenblik is waardevol)
- een woord op zijn PAs is zo goed als geld in de tas (=spreken op het juiste ogenblik is waardevol)
- een ziekte komt te PAard en gaat te voet (=men wordt snel ziek maar genezen duurt lang)
- een ziekte komt te PAard en gaat te voet. (=snel ziek worden, maar langzaam genezen)
- eet geen PAaseieren op goede vrijdag (=alles op zijn tijd, het feest niet te vroeg vieren)
- elk zijn meug, zei de boer en hij at PAardenkeutels in plaats van vijgen. (=boeren zijn koppige mensen die hun eigen zin doen)
- er geen PAp van gegeten hebben (=er weinig over weten)
- er geen sPAan van geloven (=niets ervan geloven)
- er geen sPAan van heel laten (=iets compleet vernielen)
- er naar uitkijken als de PAstoor naar het geld in het kerkenzakje (=iets vol verwachting tegemoet zien)
- er PAal en perk aan stellen (=orde op zaken stellen)
- er PArt noch deel aan hebben (=er niets van weten of niet aan deelgenomen hebben)
- er SPAans aan toe gaan (=erg wild en rumoerig aan toe gaan)
- er uitzien als een PArnas (=er goed uitzien)
- er wel PAp van lusten (=er niet genoeg van kunnen krijgen)
- eruit zien of men een PAal ingeslikt heeft (=er erg stijf, harkerig uitzien)
- eten als een PAard. (=heel veel eten)
- ga PAtatten planten (=loop naar de maan)
- gauw op het PAard zitten. (=snel driftig worden)
- geen katje om zonder handschoenen aan te PAkken (=geen gemakkelijk persoon)
- geen PAp meer kunnen zeggen (=verzadigd zijn)
- geen pot zo scheef of er PAst een deksel op (=voor iedereen is wel een levenspartner te vinden)
- geen tien PAarden brengen me daar naar toe. (=in geen geval ga ik daar naar toe)
- gePAard gaan met (=samengaan met)
- gePAkt en gezakt (=klaar voor vertrek (met alle koffers ingepakt))
- goede PApieren hebben (=de goede eigenschappen hebben (voor een baan))
- grote PArade en klein garnizoen (=een grote vertoning maar niet veel zaaks)
- heeft de duivel `t PAard gegeten, dan neemt hij de toom ook nog. (=ben je eenmaal in handen van slechte mensen gevallen, dan verlies je alles.)
- heeft de duivel het PAard gegeten, dan neemt hij de toom ook nog. (=ben je eenmaal in de macht van slechte mensen, dan wordt het alleen maar erger)
- het beste PAard struikelt ook wel eens. (=iedereen maakt wel eens een fout)
160 betekenissen bevatten `PA`
- de boog kan niet altijd gespannen zijn (=men moet zich soms ook kunnen ontsPAnnen)
- wie staat ziet toe dat hij niet valle (=mensen die alles denken te weten of kunnen, moeten zelf maar opPAssen voor fouten en problemen)
- een boer met kiespijn lacht niet (=mensen met pijn kunnen moeilijker ontsPAnnen)
- waar het warm is, is het goed vrijen. (=mensen uit een rijke familie kunnen makkelijker een PArtner krijgen)
- met bed en bult (=met alles wat men bijeen kan PAkken op reis gaan)
- het op een akkoordje gooien (=met elkaar afspreken iets op een bePAalde manier aan te PAkken)
- de sterke arm der wet (=met gePAst geweld optredende overheidsorganisatie, bijvoorbeeld politie of justitie)
- met hart en ziel (=met plezier en PAssie)
- zonder strijd, geen overwinning (=na grote insPAnning wordt succes PAs bereikt)
- als een tang op een varken passen/sluiten (=niet bij elkaar PAssen)
- geen hout snijden (=niets bewijzen , niet van toePAssing zijn)
- onder de plak zitten (=niets durven tenzij de PArtner het goed vindt)
- nieuwe bezems vegen schoon, maar oude bezems kennen alle hoeken en gaten (=nieuwe medewerkers (of: nieuwe leiders) PAkken de zaken grondig aan, maar oude medewerkers (of: oude leiders) weten hoe het moet op grond van ervaring)
- op hete/gloeiende kolen zitten (=ongeduldig wachten / veel haast of sPAnning hebben)
- op je gemak zijn (=ontsPAnnen zijn)
- op een andere leest schoeien (=op een andere manier aanPAkken)
- de steven wenden (=op een andere manier de dingen gaan aanPAkken)
- de hort op zijn (=op PAd zijn)
- veel in huis hebben (=over veel caPAciteiten beschikken)
- kort en goed valt licht en zoet. (=PAk dingen snel op en doe het goed)
- het eindje draagt de last. (=PAs aan het eind komen de problemen tevoorschijn)
- wie het laatst lacht, lacht het best (=PAs aan het einde kan je zien we gewonnen heeft)
- prijs de dag niet voor het avond is (=PAs als alles gedaan is kun je zeggen of het goed ging)
- als het kalf verdronken is dempt men de put (=PAs als het te laat is, neemt men maatregelen)
- om de kracht van het anker te voelen moet men de storm trotseren (=PAs als men iets ernstig meemaakt, weet men op wie men kan vertrouwen)
- zorg dat daar geen zwarte hond tussen komt (=PAs op dat het niet misgaat)
- dominee brand je bekje niet (=PAs op! Het eten of de drank is heet!)
- het kind moet (toch) een naam hebben (=PAssend of niet, je moet het kunnen noemen)
- als het kind maar een naam heeft (=PAssend of niet, je moet het kunnen noemen (een naam geven))
- het staat geschreven en gedrukt je moet krabben waar het jeukt (=problemen bij de bron aanPAkken)
- tussen lepel en mond valt veel pap op de grond (=problemen komen vaak PAs op het laatst)
- de buikriem/broekriem aanhalen (=sPAarzamer worden)
- iemand de pen op de neus zetten (=streng ondervragen of aanPAkken)
- aan de haak slaan (=te PAkken krijgen)
- bij de kladden krijgen (=te PAkken krijgen)
- als David zijn volk telde verloor hij de strijd (=tel de winst PAs uit bij het einde van de strijd)
- op tijd en stond (=ten gePAsten tijde, af en toe)
- gaar zijn (=uitgeput zijn, met name na geestelijke insPAnning, bijvoorbeeld een hele dag vergaderen)
- voor galg en rad opgroeien (=vanaf de jeugd een levensPAd volgen dat later waarschijnlijk naar criminaliteit leidt)
- de liefde kent vlek nog gebrek. (=verliefde mensen zijn blind voor tekortkomingen van hun PArtner)
- ex cathedra (=volgens uitspraak van het hoogste gezag (meestal de PAus))
- op ieder potje past wel een dekseltje (=voor iedereen bestaat er een geschikte levensPArtner)
- geen pot zo scheef of er past een deksel op (=voor iedereen is wel een levensPArtner te vinden)
- je lijn vasthouden (=voortgaan volgens de vanaf het begin gehanteerde aanPAk)
- in geen twee sloten tegelijk lopen (=voorzichtig zijn en op zichzelf kunnen PAssen)
- je moet geen `hei` roepen voordat je de brug over bent (=vreugde over een goede afloop is PAs toePAsselijk als er niets meer verkeerd kan gaan)
- de wil voor de daad nemen. (=waarderen dat het goed bedoeld is ook al PAkte het anders uit)
- kan uit Nazareth iets goeds komen? (=wanneer iemand een bePAalde opvoeding heeft gehad kan daar niks goeds van verwacht worden)
- we zullen ze eens een poepie laten ruiken (=we zullen iets doen dat hen zal verbluffen (vooral toegePAst in situaties waar sprake is van competitie))
- de kont tegen de krib gooien (=weersPAnnig zijn)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen