Spreekwoorden met `os`

Zoek


90 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `os`

  1. Joost mag het weten (=geen idee hebben (Joost = de duivel))
  2. kleine vossen bederven de wijngaard (=kleine fouten kunnen zorgen voor grote problemen in het geheel)
  3. koste wat kost (=hoe dan ook. (ook wel: coûte que coûte))
  4. los in de mond zijn (=zichzelf goed kunnen uitdrukken en gedachten kunnen verwoorden)
  5. met de vossenstaart geselen (=zacht straffen)
  6. met de wolven (in het bos) huilen (=doen wat de meerderheid doet)
  7. met los kruit schieten (=schijnbaar streng straffen met een straf die in feite geen nadeel oplevert)
  8. mossel noch vis (=noch het een noch het ander - goed noch slecht)
  9. mosterd na de maaltijd (=een oplossing die te laat komt)
  10. naar Canossa gaan (=zich aan een ander onderwerpen)
  11. niet goed bij zijn positieven zijn (=niet op zijn gemak zijn, een beetje ziek zijn)
  12. onze Lieve Heer heeft vreemde kostgangers (=er bestaan nu eenmaal merkwaardige mensen)
  13. ook van de mosterd eten (=veel geld aan iets verliezen)
  14. oost west, thuis best (=waar je ook bent, thuis voel je beter op je gemak)
  15. Oost-Indisch doof zijn (=doen alsof er niets gehoord wordt)
  16. op de kloosters reizen (=altijd bij vrienden of kennissen logeren)
  17. op een apostelpaard rijden. (=lopen)
  18. op het apostelpaard rijden (=te voet gaan)
  19. op je post blijven (=niet weggaan)
  20. roep geen mosselen voordat ze aan de wal zijn (=verkoop de huid niet voordat de beer geschoten is)
  21. rosse buurt (=een slechte buurt (buurt met prostitutie))
  22. slapen als een marmot/otter/roos (=erg vast en heerlijk slapen)
  23. twee joden weten wat een bril kost (=we hoeven elkaar niets wijs te maken)
  24. uit de oude doos (=al oud, nostalgisch)
  25. van de os op de ezel springen (=steeds van onderwerp veranderen)
  26. van God los zijn (=gek zijn, boven de wet staan)
  27. van je á propos gebracht worden (=in de war gebracht worden)
  28. van zijn á propos (=buiten bewustzijn, groggy)
  29. vang vossen met vossen (=je moet een slimme persoon vangen door slim te zijn)
  30. veel garen op zijn klos hebben (=veel te zeggen hebben - veel aanmerkingen maken)
  31. vragen kost geen geld (=al heb je weinig kans, je kan het in elk geval maar vragen)
  32. wat de vos niet weet, weet de haas ook niet (=het is moeilijk iets te weten als het je nooit verteld is)
  33. wat doe je voor de kost? (=hoe verdien je je geld?)
  34. weten waar Abraham de mosterd haalt (=weten hoe iets in zijn werk gaat; dingen goed snappen)
  35. wolven dromen van bossen. (=men kan zijn aangeboren aard niet vergeten)
  36. zo broos als glas (=erg breekbaar)
  37. zo gesloten als een oester (mossel) (=hij zegt weinig en laat niets los)
  38. zo het handje thuis tost, tost het nergens (=uiteindelijk gaat er niets boven het eigen huis)
  39. zo slim als een vos zijn (=heel erg slim zijn)
  40. zoals de vos steelt, steelt ook het vosje. (=valse ouders hebben valse kinderen.)

198 betekenissen bevatten `os`

  1. de kool en de geit sparen (=een oplossing vinden waar beide partijen tevreden mee kunnen zijn)
  2. van je paard gevallen zijn (=een positie verliezen)
  3. één zwaluw maakt nog geen zomer (=één positieve gebeurtenis betekent niet dat alle problemen opgelost zijn.)
  4. donderbuien zuiveren de lucht. (=een ruzie kan een hangende situatie oplossen)
  5. doekje voor het bloeden (=een schrale troost, of een ontoereikende, slechts symbolische maatregel)
  6. rosse buurt (=een slechte buurt (buurt met prostitutie))
  7. de gulden middenweg (houden/bewandelen/verkiezen) (=een tussenstandpunt of tussenoplossing verkiezen)
  8. ergens geen kwaad kunnen doen. (=een zeer positieve reputatie hebben ongeacht wat je doet)
  9. water naar de zee dragen (=een zinloos karwei opknappen)
  10. wat helpt fluiten, als het paard niet pissen wil. (=een zinloze oplossing)
  11. een hartje zonder zorg (=een zorgeloos iemand)
  12. de kost gaat voor de baat uit (=eerst moeten er kosten worden gemaakt alvorens men er iets aan verdienen kan)
  13. je het apezuur zoeken (=eindeloos zoeken)
  14. een hard hoofd in iets hebben (=er geen oplossing in zien)
  15. er geen gat in zien (=er geen oplossing meer voor zien)
  16. er behoort meer tot een huishouden dan het zoutvat. (=er zijn veel bijkomende kosten)
  17. gauw op de teentjes getrapt zijn (=erg gauw boos en beledigd zijn)
  18. de nacht brengt raad. (=ergens een nachtje over slapen leidt tot betere beslissingen of oplossingen)
  19. een oude rat vindt licht een gat. (=ervaren mensen weten vaak een oplossing te vinden)
  20. korte rekeningen maken lange vriendschappen. (=financiële geschillen moet je direct oplossen)
  21. tijd brengt raad. (=geduldig zijn leidt tot betere beslissingen of oplossingen)
  22. Joost mag het weten (=geen idee hebben (Joost = de duivel))
  23. met de handen in het haar zitten (=geen oplossing meer weten)
  24. schaakmat zijn (=geen oplossing meer weten)
  25. bij de pakken neerzitten (=geen oplossing meer zoeken, niet meer verder doen)
  26. in de piepzak zitten (=geen oplossing weten, Bang zijn voor de gevolgen)
  27. al zijn kruit verschoten hebben (=geen verdere oplossingen meer weten - niet meer verder kunnen)
  28. uit de brand zijn (=geholpen zijn, problemen opgelost)
  29. aan de strijkstok blijven hangen (=geld dat aan een goed doel wordt besteed verdwijnt voor een groot deel bij mensen die oneerlijke onkosten maken)
  30. rozen (paarlen) voor de zwijnen werpen (=geld of moeite verspillen aan iets nutteloos)
  31. Keulen en Aken zijn niet op een dag gebouwd (=grote projecten kosten tijd (en vergen geduld))
  32. de vingers jeuken hem (=het bijna niet kunnen laten er op los te slaan)
  33. het is geen roofgoed (=het heeft veel geld (of moeite) gekost)
  34. het is zondegeld (=het is jammer dat daar kosten voor gedaan zijn)
  35. de kou is uit de lucht. (=het is opgelost)
  36. wat baten kaars en bril als de uil niet zien en lezen wil (=het is vruchteloos iemand te willen voorlichten als hij dat niet wil)
  37. het is boter aan de galg gesmeerd (=het is zinloos, het kan niet helpen)
  38. je weet nooit hoe een koe een haas vangt (=het kan altijd nog op onverwachte wijze tot een oplossing komen)
  39. het eet geen brood (=het kost niets om het te bewaren, behoeft geen onderhoud)
  40. de teugels afwerpen. (=het loslaten van regels en verantwoordelijkheden)
  41. het probleem onder de knie hebben (=het probleem is opgelost)
  42. het ene gat met het andere stoppen (=het slecht beheren van geld door met de ene schuld de andere af te lossen)
  43. een eitje met iemand te pellen hebben (=hetzelfde als: een appeltje met iemand te schillen hebben. Nog iets met iemand moeten oplossen.)
  44. de stoom komt uit zijn oren (=hij is heel erg boos)
  45. zo gesloten als een oester (mossel) (=hij zegt weinig en laat niets los)
  46. ieder moet zijn eigen stoep schoonvegen (=ieder moet zijn eigen problemen oplossen - zich afvragen of hij zelf schuldig is)
  47. men vindt geen molenaar of hij at gestolen koren. (=ieder zoekt zijn voordeel, ook al is het ten koste van anderen.)
  48. zoveel hoofden, zoveel zinnen (=iedereen heeft een eigen mening waarbij men moeilijk samen tot een oplossing kan komen)
  49. het krullen van de staart is het fatsoen van de hond. (=iedereen heeft wel een positieve eigenschap)
  50. iemand in het zadel helpen (=iemand aan een (goede) functie/positie helpen)

28 dialectgezegden bevatten `os`

  1. Ós sjoan Limburgs landj (=Ons mooie Limburgse land) (Gelaens (Geleens))
  2. os ter vil wiend is, moet ie em vasthoeden an de nummers van d'huuzen (=een magere man) (Brugs)
  3. os tin eur kop zit zittet nie in eur gat (=als ze iets wil, gaat ze ervoor) (Brugs)
  4. os verstand éste riëje van os beston (=cogito, dum sum) (Bilzers)
  5. Sjut ós 'ns ee i. (WT) (=Doe het glas eens vol) (Mechels (NL))
  6. sjuus de mèlk, anges is de os zoeë good as de koe (=er zit bijna geen verschil tussen die zaken) (Heitsers)
  7. sloëpe waaj nen os (=diep slapen) (Munsterbilzen - Minsters)
  8. snurke waaj nen os (=zwaar snurken) (Bilzers)
  9. stuur nekieër os ge goe garriveert zijt (=laat eens weten als je goed aangekomen bent) (Kaprijks)
  10. Tes van kalven os (=Dat is niet mogelijk) (Hams)
  11. tésse os gezaag en gezwiëge (=neem het maar van me aan) (Bilzers)
  12. ut kump zoeë langsaam wie de milk bei der os (=dat duurt wel erg lang) (Sjeeter plat)
  13. vae moeten os mér zien te behélpe, zaagte boer, en hae spande zen vroo én de ploeg (=In geval van nood mag en moet iedereen dopen) (Bilzers)
  14. vae zien os nog wol! (=tot kijk!) (Munsterbilzen - Minsters)
  15. van den os op ten ieëzel (=van hot naar her) (Munsterbilzen - Minsters)
  16. van den os opten ieëzël springe (=steeds van onderwerp wisselen) (Munsterbilzen - Minsters)
  17. van os er è sjcheete verdroaid zit (=zodra er een probleem oprijst) (Veurns)
  18. vé kinne os matte oprolle (=ons liedje is uit) (Bilzers)
  19. verslenste bloeme konste vërvange, mèr os vlëmke blif vër altijd branne (=bloemen verwelken en scheepjes vergaan, maar onze liefde blijft altijd bestaan) (Munsterbilzen - Minsters)
  20. waaj pa bij os ma wor èngëbroeëke, heb ich nieëgë moen èn de bak gezaetë (=toen onze pa onze mama heeft gepakt, was ik de klus) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. Wae verstaon ós dèk baeter door get minder te kalle! (=Wij verstaan ons vaak beter door wat minder te praten!) (Kinroois)
  22. wae zulle oet ós döp mótte kieke (=wij zullen goed op moeten letten) (Heitsers)
  23. We kösse os schup af (=We zijn weg / muizen er vandoor) (Stals)
  24. webbe nut gat net as d n os (=de beste tijd ligt weer achter ons) (Oudenbosch)
  25. wie de os het hongerliéu gewend waar ging hé kepot (=ergens gewend aan raken) (Maasbrees)
  26. ze schuifelt os in de wind stoat (=tegen een mager iemand) (Kaprijks)
  27. ze zin al on os begonne! (=die van mijn jaren sterven nogal) (Munsterbilzen - Minsters)
  28. zoe vèt as nen os (=vet, dik) (Munsterbilzen - Minsters)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen